Gedragsproblemen in de klas in het voortgezet onderwijs
Samenvatting uit het boek Gedragsproblemen in de klas in het voortgezet onderwijs. Geschreven door Anton Horeweg. Plus extra samenvatting over kindermishandeling. Samenvatting grotendeels compleet, alleen hoofdstuk 15 niet.
Hoofdstuk 1: Gedragsproblemen in de klas
DSM 5= handboek voor classificatie van psychische stoornissen. Aan de hand
hiervan kan ook een diagnose gesteld worden.
Met een stoornis word je geboren. Kenmerken gedragsstoornis:
- Een gedragsstoornis is niet te verhelpen
- De oorzaak zit in de genen of de neurologie van iemand
- Het probleem zit in de aanleg of rijping van het zenuwstelsel of de bouw
van de hersenen
- De problemen houden langere tijd aan
- Een stoornis lost zich niet op, hij is in principe permanent.
Je kunt wel proberen de beperkingen ervan te verminderen. Zo kan de omgeving
de stoornis ook verergeren. Een stoornis is dus de oorzaak van de problemen. Je
invloed hierop is beperkt.
Kenmerken gedragsproblemen
- Zit niet in je als je geboren wordt.
- Ontstaat door verkeerde interactie tussen kind en omgeving
- Gedragsprobleem is gebonden aan iets uit de omgeving. Bijv.: trauma,
slechte opvoeding of leerproblemen
- Een gedragsprobleem is een gevolg van iets
- Minder ernstig.
Externaliserend probleemgedrag: probleemgedrag dat je opmerkt. Het ziet eruit
als:
- Dwars, dwingend, onrustig en brutaal
- Agressief, dominant, niet sociaal, niet eerlijk en regels schendend
- Druk, ongeconcentreerd, overbeweeglijk en impulsief
- Wisselende buien, onvoorspelbaar, explosief, angstig en snel beledigd
- Weinig motivatie, slechte werkhouding
Externaliserend probleemgedrag wordt vaak als lastig beschouwd. 60% van de
gedragsproblemen vallen hieronder.
Internaliserend probleemgedrag: dit merk je bijna niet op. Het ziet eruit als:
- Moeilijk contact maken, niet communicatief en eenzijdig gericht
- Stil, gesloten, angstig, weinig aansluiting bij de andere leerlingen en zijn
passief en somber
- Onzeker, weinig zelfvertrouwen, faalangst en zijn dwangmatig in
gewoonten.
Ze worden meestal niet herkend als leerlingen met probleemgedrag. Hebben
vooral zelf last ervan.
Geen enkel kind komt ’s ochtends naar school met de gedachte om dwars te
liggen. Kinderen met gedragsproblemen willen het ook goed doen op school. Het
lukt hen alleen (nog) niet.
Als je kijkt naar het gedrag van de leerling in de omgeving gebruik je het
transactionele model en het ecologische model. Je kijkt niet alleen of de leerling
zijn gedrag moet veranderen, maar ook wat er in zijn omgeving moet
, veranderen. Denk hierbij aan gezinssituatie, omgeving, vrienden en
persoonlijkheid.
Veel gedragsproblemen blijken te verminderen door een veranderde houding van
de leraar. De leerling is namelijk vaak niet in staat om het gedrag te veranderen.
Wat kun je als docent doen?
- Zet in op de relatie met de leerling (veilig voelen). Bijvoorbeeld gesprekjes
die niets met school te maken hebben.
- Erken goed gedrag door de leerling te prijzen en relativeer ongewenst
gedrag.
- Namen leren
- Leerlingen verwelkomen
- Naar de leerlingen kijken
- Bewaak relaties tussen leerlingen onderling
- Zorg voor een duidelijke, voorspelbare omgeving
- Zorg voor voorspelbare lessen. Reageer en handel zo consequent mogelijk.
Afspraak= afspraak.
- Zorg dat je goed ‘volgbaar’ bent
- Zorg voor een positieve groepssfeer
- Geef je groep verantwoordelijkheid
- Verwacht veel en spreek dit ook uit
- Behandel iedereen gelijkwaardig, maar niet gelijk.
- Let op je taalgebruik (woorden als altijd, nooit). Een leerling is niet ‘altijd’
vervelend.
- Consequent zijn in het hanteren van regels
- Positieve controle uitoefenen (benoemen wat goed gaat)
- Rolmodel zijn. Jij moet het gedrag dat jij van de leerlingen verwacht ook
zelf laten zien.
Als een klas aan het begin van het jaar bij elkaar wordt gezet, is het nog geen
groep. De groep ontstaat pas in het groepsvormingsproces. De fases die je groep
aan het begin van het schooljaar doormaakt zijn de volgende:
1. Forming Verkenningsfa 1 á 2 weken Ze kennen elkaar nog niet. De
se bij nieuwe groep is vaak nog rustig.
groepen Leerlingen met zichzelf bezig en
hoe ze overkomen
2. Storming Profileren/gren De hiërarchie wordt bepaald. Er
zen verkennen zijn botsingen, onenigheden en
ruzietjes.
3. Norming Leiders bepalen de
ongeschreven regels
(‘gedragscode’). Deze staan
vast. Hoe ga je met elkaar om;
Wat mag wel/niet?
4. Performin Na De groep is klaar voor te
g anderhalve werken. Terugkeren naar vorige
tot twee fase kan door bijvoorbeeld
maanden conflict.
5. Terminati Nadert eind Examenklassen maken deze
on van het jaar fase erger door. Groepsregels
niet meer belangrijk, er kan
normvervaging optreden.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tessablume. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.49. You're not tied to anything after your purchase.