100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Inleiding Privaatrecht alle literatuur (2022/2023) $6.86   Add to cart

Summary

Samenvatting Inleiding Privaatrecht alle literatuur (2022/2023)

 7 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Deze samenvatting bevat H1,2,4,5, 7 en 8 en aanvullende literatuur van Onderwijs Online voor het tentamen IPRIV. (de schuingedrukte stukjes hoef je niet te weten, is gewoon extra uitleg en voorbeelden)

Last document update: 1 year ago

Preview 4 out of 34  pages

  • No
  • H1, 2.1-2.5, 4.1-4.3.1, 5.1-5.7, 7.1-7.7.6, 8.1-8.4
  • October 31, 2022
  • March 30, 2023
  • 34
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Inleiding Privaatrecht alle
literatuur
Hoofdlijnen Nederlands Recht
1 Terreinverkenning
4 functies van het recht

1. normatieve functie: schrijft voor hoe je je hoort te gedragen, deze gedragsregels
ordenen de samenleving

2. geschiloplossende functie: dat enkel de rechterlijke macht beoordeelt of iemand
moet worden gestraft en zo ja, op welke wijze en met welke procedure.

3. additionele functie: als partijen vergeten zijn op een bepaald punt afspraken te
maken, geeft het recht aan welke regel geldt.

4. instrumentele functie: de wetgever heeft bepaald hoe dingen geregeld zijn en daar
moet men zich aan houden.

4 rechtsbronnen

1. de wet

2. het verdrag

3. de jurisprudentie

4. de gewoonte

a. vaste gedragslijn: binnen de groep handelen alle betrokkenen overeenkomstig
de gegroeide opvatting

b. rechtsplicht: betrokkenen achten zich moreel verplicht de regel te volgen

verschillende rechtsgebieden

1. privaatrecht

2. strafrecht



Inleiding Privaatrecht alle literatuur 1

, 3. staatsrecht

4. bestuursrecht

Onderverdelingen privaatrecht

a. personen- en familierecht: zaken als geboorte, huwelijk, geregistreerd
partnerschap, echtscheiding, adoptie, ondercuratelestelling en de regeling van
vermogen tussen echtgenoten. Deze regels zijn in het BW in Boek 1 te vinden.

b. vermogensrecht: alle op geld waardeerbare handelingen tussen burgers onderling
waar juridische gevolgen aan verbonden zijn. Voorbeelden zijn koop, ongelukken,
schade etc. Regels hierover zijn vooral te vinden in Boeken 3, 5 en 6 van het BW.

c. ondernemingsrecht: regelt alles wat ondernemingen en bedrijven betreft. Dus over
NV´s en BV ´s, stichtingen, coöperaties etc. Vooral in Boek 2 van het BW.

d. burgerlijk procesrecht: regels over het juridische proces op het terrein van
privaatrecht. Voornamelijk in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering Rv te
vinden.

Wetten op het terrein van strafrecht staan in het Wetboek van Strafrecht, het Wetboek
van Strafvordering en een groot aantal losse wetten, zoals de Opiumwet, de Wet op
economische delicten en de Wet wapens en munitie. Bij het strafrecht heeft de staat
een monopoliepositie; alleen het OM kan tot vervolging van strafrechtelijke feiten
overgaan.


3 regels rangorde wetten

1. hoog boven laag

2. jong boven oud

3. bijzonder boven algemeen

Een rechter of rechtscollege spreekt niet alleen recht, het kan ook recht maken,
namelijk jurisprudentie. Om de soms vage termen in wetsteksten uit te leggen en te
verduidelijken heeft een rechter meerdere interpretatiemethodes tot zijn of haar
beschikking.

6 interpretatiemethoden van recht




Inleiding Privaatrecht alle literatuur 2

, 1. grammaticaal: de rechter kijkt naar de betekenis van het woord in het alledaags
spraakgebruik.

2. wetshistorisch: de rechter kijkt naar de parlementaire geschiedenis van een wet om
te kijken wat bij het maken van de wet bedoeld werd met het betreffende woord.

3. anticiperend: als nu al bijna zeker is dat een wetsvoorstel wet binnenkort wet zal
worden, kan een rechter zich in zijn oordeel alvast beroepen op de inhoud van die
nieuwe regeling.

4. rechtsvergelijkend: de rechter verwijst naar een buitenlands rechtsstelsel waarin het
onderwerp ook is geregeld. Kwam eerst niet heel vaak voor, maar aangezien het
steeds makkelijker wordt om uit te zoeken hoe in andere landen het recht geregeld
is, wordt deze meer gebruikt.

5. systematisch: de rechter legt een woord of zinsnede uit aan de hand van de
regeling waarvan die bepaling onderdeel uitmaakt. Want alle wetsartikelen zijn
onderdeel van een groter geheel en systeem.

6. teleologisch: de rechter kijkt naar de bedoeling die een wetgever had bij het maken
van de wet om zo onduidelijke woorden uit te leggen.

7. overig: binnen het privaatrecht

a. precedenteninterpretatie: de rechter verwijzen bij hun uitleg naar eerdere
uitspraken van rechters waarin de onduidelijke bewoordingen al zijn uitgelegd.

b. interpretatie naar redelijkheid en billijkheid: onduidelijke bewoordingen worden
door rechters regelmatig met een beroep op redelijkheid en billijkheid nader
ingevuld.

Er zijn ook nog twee bekende redeneerwijzen waarmee een rechter tot een uitspraak
kan komen.

1. a-contrarioredenering: de rechter gaat ervan uit dat een bepaalde rechtsregel niet
van toepassing is, omdat die regel uitsluitend geschreven is voor de gevallen die
uitdrukkelijk in die regel worden genoemd.

2. redenering naar analogie: de rechter stelt dat het standpunt in een situatie waar
geen wettelijke regeling voor is zo erg lijkt op een situatie die wel wettelijk geregeld
is, dat die regel ook voor de andere kwestie van toepassing is.




Inleiding Privaatrecht alle literatuur 3

, Dwingend recht is recht waar burgers niet van af mogen wijken. Als het toch gedaan
wordt dan zijn er wettelijke regels voor de gevolgen van toepassing. Of een wet
dwingend recht is kan je herkennen aan verschillende termen in het wetsartikel;
moeten, afwijking van het gestelde in het bovenstaande artikel is nietig, als het gaat
over de openbare orde.
Aanvullend recht is recht waarvan burgers mogen afwijken als beide partijen daarmee
akkoord zijn. Als partijen een overeenkomst sluiten, staan er meestal slechts enkele
concrete dingen in. De wet regelt dan alle overige situaties. Maar als in de
overeenkomst een specifieke afspraak staat dan gaat deze als boven de regel in de
wet. Mits de wettelijke regel geen dwingend recht is. Of een wetsartikel aanvullend is,
kan je herkennen aan het volgende woord ´kunnen´.

2.1 Praktijkvoorbeelden
Een verbintenis is een rechtsbetrekking tussen twee of meer partijen, op grond waarvan
de ene persoon tegenover de ander tot handelen of nalaten verplicht is, terwijl die ander
recht heeft op dit handelen of nalaten.

Obligatoire overeenkomst: een overeenkomst met het doel dat daaruit rechten en
plichten voortvloeien

Wederkerige overeenkomst: beide partijen verkrijgen ten minste een recht als een plicht

Eenzijdige overeenkomst: afspraken waaruit slechts een verbintenis voortvloeit

2.2 Wanneer ontstaat er een overeenkomst?
Art. 6:217 BW een overeenkomst komt tot stand door een aanbod en aanvaarding
daarvan. Voor het intrekken van een aanbod door de aanbieder zijn twee voorwaarden;
(1) aanbod mag nog niet zijn aanvaard, art. 6:219 lid 2 BW) en (2) de aanbieder mag
zijn bod niet onherroepelijk hebben gemaakt (art. 6:219 lid 1 BW). Art. 3:33 BW zegt dat
voor het tot stand komen van een overeenkomst vereist is dat de wilsverklaringen van
beide partijen met elkaar overeenstemmen.

2.3.1 Wil komt niet overeen met de verklaring
Wilsdefect: er is iets verklaard wat men (eigenlijk) niet wilde en daarom kan er ongeacht
wat de wederpartij dacht, geen overeenkomst zijn ontstaan. Volgens art. 3:33 BW is er
bij discrepantie tussen wil en verklaring geen overeenkomst tot stand gekomen. Er is




Inleiding Privaatrecht alle literatuur 4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AnnavanH. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.86. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

70840 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.86
  • (0)
  Add to cart