Samenvatting van het vak Strafprocesrecht/Formeel strafrecht (tweede leerjaar). Het boek dat ik hierbij heb gebruikt is Ons strafrecht deel 2 - Strafprocesrecht (dertiende druk). Dit zijn alle leerdoelen van college 1 t/m 12 kort en bondig uitgewerkt. Het is een overzicht van alle onderwerpen die j...
Leerdoelen STRR1 college 1 t/m 12
Leerdoelen college 1:
- De student heeft kennis van de algemene beginselen van een goede
procesorde. Ook kan de student deze begrippen toepassen.
Uit het arrest ‘Ontvankelijkheid OM’ is de regel afgeleid dat de niet-ontvankelijkheid
van het OM ook kan berusten op regels van ongeschreven recht of beginselen van
een goede procesorde. Beginselen van een goede procesorde kunnen de
beoordelingsvrijheid en de beleidsvrijheid van politie en justitie dus begrenzen.
Schending van de beginselen kan leiden tot consequenties in de einduitspraak van
de rechter.
Vertrouwensbeginsel: een verdachte mag gerechtvaardigd vertrouwen op
mededelingen van politie en justitie.
Equality of arms: zowel de verdediging als het OM strijden met hetzelfde dossier en
met dezelfde middelen.
Verbod op dubbele vervolging (ne bis in idem): het verbod van artikel 68 Sr houdt in
dat een verdachte niet tweemaal voor hetzelfde feit mag worden vervolgd.
Recht op een eerlijk proces: staat geregeld in artikel 6 lid 1 EVRM.
Beginsel van zuiverheid van oogmerk (verbod op misbruik van bevoegdheid &
Detournement de pouvoir): een publieke bevoegdheid mag niet worden aangewend
voor een ander doel dan waarvoor zij gegeven is.
Het gelijkheidsbeginsel: gaat uit van de gelijke behandeling van gelijke gevallen.
Het beginsel van de redelijke en billijke belangenafweging: de in het strafrecht
geldende eisen van proportionaliteit en subsidiariteit liggen besloten. Relevante
belangen dienen behoorlijk tegen elkaar te worden afgewogen. Beslissingen die - in
verhouden tot het algemeen belang – onevenredig groot nadeel aan de belangen van
de burger toebrengen, dienen achterwege te blijven.
Onschuldpresumptie: een verdachte wordt onschuldig geacht totdat het tegendeel
door een rechter wordt bewezen. Staat in artikel 6 lid 2 EVRM en moet worden
uitgelegd als een richtlijn voor de houding van de strafvorderlijke autoriteiten en de
rechterlijke macht.
Het legaliteitsbeginsel: overheidshandelen moet gebaseerd zijn op een vooraf
aanwezige wettelijke bepaling. Wetten mogen niet met terugwerkende kracht worden
toegepast.
- De student heeft kennis en inzicht in de werking van het legaliteitsbeginsel en
de actoren (deelnemers) van het strafprocesrecht.
Volgens artikel 1 Sv heeft strafvordering alleen plaats op de wijze bij wet voorzien.
Wet = wet in formele zin.
- De student kan onderscheid maken in de artikelen 6 en 8 EVRM.
Artikel 6 EVRM: een rechter moet onpartijdig en onafhankelijk zijn. Het is een
waarborg tegen willekeurige bestraffing.
Artikel 8 EVRM: garandeert het recht op privacy (HR onderzoek in een smartphone).
1
, Leerdoelen college 2:
- De student kent de rechten van verdachte die voortvloeien uit art. 6 EVRM.
1 Nemo tenetur-beginsel (art. 29 lid 1 en 2 jo. art. 14 lid 3 sub g IVBPR)
2 Onschuldpresumptie (art. 6 EVRM jo. art. 14 lid 7 IVBPR)
3 Ne bis in idem (art. 68 Sr jo. art. 14 lid 7 IVBPR)
4 Zwijgrecht (art. 29 Sv)
5 Recht op rechtsbijstand (art. 28 Sv jo. art. 6 lid 3 sub c EVRM)(+ art. 27c lid 2 Sv en
art. 28c lid 1 Sv)
6 Recht op een tolk/vertaling (art. 29b Sv jo. art. 32a Sv jo. art. 6 sub 3 EVRM jo. art.
14 lid 3 sub f IVBPR)
7 Recht op (inzage in) processtukken (art. 30 t/m 34 Sv)
+ nog andere rechten:
- Recht op een tolk/vertaling (art. 27 lid 4 Sv, art. 29b Sv en 32a Sv)
- Rechten bij aanhouding (art. 27c Sv)
- Tijd en faciliteiten voor de voorbereiding van je zaak (art. 28 lid 4 Sv jo. art. 28b Sv
jo. art. 31 Sv)
- Raadsman (keuze of toevoeging) (art. 28c Sv jo. art. 28d Sv jo. art. 38 Sv jo. art. 39
Sv)
- Ondervragen van getuigen (art. 263 Sv)
- Behandeling in redelijke termijn (HR Redelijke Termijn II) (art. 359a Sv jo. art. 6 lid 1
EVRM)
-> Beperkingen rechten: art. 28e Sv jo. art. 32 lid 2 Sv jo. art. 46 Sv.
- De student weet wat de begrippen ‘Nemo tenetur’ en ‘onschuldpresumptie’
inhouden.
Nemo tenetur: de verdachte hoeft niet actief mee te werken aan zijn eigen
veroordeling. HR Saunders. (art. 29 lid 1 en 2 jo. art. 14 lid 3 sub g IVBPR)
Onschuldpresumptie: iemand is onschuldig tot het tegendeel is bewezen. (art. 6
EVRM jo. art. 14 lid 7 IVBPR)
Leerdoelen college 3:
- Studenten weten wat het opsporingsonderzoek inhoudt en wie ervoor
verantwoordelijk is.
Opsporing is een onderzoek in verband met strafbare feiten (art. 132a Sv). Het doel
is dat er een strafvorderlijke beslissing wordt genomen (bijv. dagvaarden, sepot, etc.).
Het opsporingsonderzoek is onder gezag van de Officier van Justitie. De OvJ heeft
de leiding over het onderzoek (art. 132a en art. 148 lid 2 Sv). Vaak voeren
opsporingsambtenaren het onderzoek feitelijk uit. Meestal politieagenten (art. 141
Sv). De RC heeft een toezichthoudende taak (art. 152 jo. 153 Sv)
(verbaliseringsplicht).
5 type opsporingsonderzoeken:
a. Klassieke opsporing
b. Repressieve controle
c. Proactieve opsporing
(d. Inlichtingenwerk)
(e. Verkennend onderzoek)
- Studenten weten wat de rol van de rechter-commissaris in strafzaken is.
De RC is een belangrijke toezichthouder en procesbewaker binnen het strafproces
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Merelduits. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.36. You're not tied to anything after your purchase.