100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting De Juridische Gereedschapskist, Saxion Hogeschool $5.96   Add to cart

Summary

Samenvatting De Juridische Gereedschapskist, Saxion Hogeschool

 15 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Deze samenvatting bevat de hoofdstukken 1 t/m 4 van het boek 'Inleiding in het Nederlandse recht', 20e druk. Dit is de leerstof van het vak De Juridische Gereedschapskist, dat wordt gegeven in het eerste kwartiel van het eerste leerjaar (Saxion). Eigen behaalde cijfer: 8.

Preview 3 out of 24  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1 t/m 4
  • November 1, 2022
  • 24
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
2021/2022

De juridische gereedschapskist




Saxion Hogeschool
Leerjaar 1, kwartiel 1
Hoofdstuk 1 t/m 4

,Hoofdstuk 1
1.1. Inleiding
In de samenleving heeft het recht de taak om – zo mogelijk – conflicten te voorkomen en bestaande
conflicten op te lossen. Het recht probeert de vrede in de samenleving te bewaren door de belangen
van de gemeenschap en de belangen van de individuele leden van de samenleving te beschermen.
De overheid speelt hierbij een belangrijke rol.

Rechtsregels hebben als doel om menselijke gedragingen te ordenen en daarmee ook te uniformeren
(gelijktrekken), doordat ze voor iedereen gelijkelijk van kracht zijn. Ze beogen een maatschappelijke
ordening van menselijk gedrag door het vaststellen van voorschriften en verplichtingen, vaak een
gebod of verbod. Bij veel rechtsregels gaat het erom te bevorderen dat het tussen mensen eerlijk
toegaat. Tegelijk speelt bij rechtsregels de doelmatigheid vaak een rol.

Het recht bestaat grotendeels uit een verzameling van regels die betrekking hebben op het handelen
van mensen als leden van de samenleving, en op de organisatie van die samenleving. Naast het
ordenen van menselijk gedrag, heeft het recht nog een tweede belangrijke functie: de regels moeten
worden gehandhaafd. Dit betekent dat er toezicht wordt uitgeoefend op het niet naleven van de regels
en dat conflicten daarover aan de rechter kunnen worden voorgelegd. Het recht kent daarom veel
regels die betrekking hebben op het beslechten van deze conflicten.

1.2. De rechtsbronnen
Onder de term ‘recht’ verstaan we het geheel van geldende rechtsregels. Dit noem je positief recht /
objectief recht. In Nederland bestaat het positieve recht uit alle rechtsregels die hier op dit moment
gelden. Het is belangrijk om deze rechtsregels te onderscheiden van de voorschriften die uit de
moraal of de godsdienst voortkomen.

Deze voorschriften hebben wel invloed op ons recht, maar in het Nederlandse rechtssysteem zijn ze
(vrijwel) nooit rechtstreeks vastgelegd in rechtsregels en daarmee behoren ze niet tot het positieve
recht. Ook rechtsregels die nog niet zijn ingevoerd en rechtsregels die zijn afgeschaft behoren niet tot
het positieve recht. Naast het positieve recht kennen we het natuurrecht. Dat is het recht dat voor
iedereen geldt, ongeacht plaats en tijd, omdat het door de ‘natuur’ is gegeven. Hierbij gaat het om
universele waarden en normen die zijn voortgekomen uit de natuur.

De rechtsregels van het objectieve recht ordenen de verhoudingen tussen personen door aan hen
bevoegdheden en verplichtingen toe te kennen. Deze regels vormen geen doel op zichzelf, maar
dienen ertoe om in de werkelijkheid steeds te worden toegepast zodra het in de regel geschreven
geval zich voordoet. Onder subjectief recht verstaan we de bevoegdheid die iemand in een concreet
geval aan een regel van objectief recht ontleent. Het woord ‘recht’ heeft twee betekenissen: algemene
regels en individuele bevoegdheid.

Rechtsbronnen zijn de bronnen waaruit het geldend recht voortkomt. Bij rechtsbronnen gaat het om de
vorm waarin rechtsregels zich voordoen, en niet om de inhoud van de regel. De wet is één van de
rechtsbronnen. Ons positieve recht staat in de wet. Onder wet wordt verstaan elke algemeen
geldende geschreven rechtsregel die afkomstig is van een tot wetgeving bevoegd overheidsorgaan.
Niet al het geldende recht staat in de wet.

Rechtsbronnen in het Nederlandse recht:

1. De wet
2. De jurisprudentie (de rechtspraak)
3. De gewoonte
4. Verdragen / besluiten van volkenrechtelijke organisaties.

Ook de rechter vormt rechtsregels, omdat ze nogal eens worden geconfronteerd met wetten waarin
minder duidelijke regels staan. Deze onduidelijke regel legt de rechter uit door het maken van een
nadere regel of door het zelfstandig formuleren van een nieuwe regel. Als andere rechters deze regel
ook gaan toepassen, is er sprake van jurisprudentie (rechtersrecht). Rechtersrecht heeft dezelfde
rechtskracht als het wettelijk recht.

, Naast wet en jurisprudentie is de gewoonte een zelfstandige bron van het positieve recht. In veel
sectoren van het bedrijfsleven heersen tal van gewoonten die niet in de wet zijn vastgelegd, maar die
wel als bindende rechtsregels worden gezien. De rechter kan de geldigheid van zo’n rechtsregel uit
het gewoonterecht beoordelen. Verdragen en wetgevende besluiten van volkenrechtelijke organisaties
waartoe Nederland behoord zijn van toenemend belang voor ons positieve recht. Zij hebben in ons
recht dezelfde werking als gewone wetten en behoren daarom ook tot het positieve recht.

1.3. Nationaal en internationaal recht
Ieder land bepaalt binnen zijn grondgebied de omvang en inhoud van zijn nationale rechtsstelsel. Het
staat ieder land dus vrij om in zijn wetgeving te regelen wat het nodig acht, en te bepalen welke
bevoegdheden aan het bestuur en de rechterlijke macht toekomen. Dit heet soevereiniteit.
Soevereiniteit geldt zowel naar buiten als naar binnen. Soevereine staten oefenen hun
overheidsmacht in volledige onafhankelijkheid uit, zonder inmenging van andere staten. De overheid
in elk land heeft de bevoegdheid tot wetgeving, bestuur en rechtspraak. Het uitoefenen van die
bevoegdheid leidt tot recht van nationale oorsprong (nationaal recht). Dit nationale recht heeft alleen
binnen een nationale staat rechtskracht. Naast het nationale recht geldt er binnen staten ook recht van
internationale oorsprong (internationaal recht). Dit noemen we kortheidshalve internationaal recht.

1.4. Materieel en formeel recht
Ons positieve recht bestaat enerzijds uit regels die aan personen rechten verlenen en / of plichten
opleggen, en anderzijds uit regels die aangeven hoe geschillen over de juiste toepassing van deze
regels in concrete gevallen moeten worden beslecht in een juridisch proces. Regels die betrekking
hebben op de rechten en plichten van personen in hun onderling verkeer, worden regels van materieel
recht genoemd. Zij zijn op de inhoud gericht. Regels over de wijze van procederen bij de rechter
worden regels van formeel recht genoemd. Formeel recht wordt ook procesrecht genoemd. Beide
groepen regels worden vaak kortweg aangeduid met materieel recht en formeel recht. Handhaving
van het recht kennen we op de terreinen van het strafrecht, het bestuursrecht en het burgerlijk recht.
Het procesrecht op elk van deze drie gebieden heeft een eigen structuur, eigen rechters en eigen
regels van procesrecht.

1.5. De rechtsgebieden
1.5.1. Het staatsrecht
Het staatsrecht bevat de regels die betrekking hebben op de organisatie van de Staat en zijn organen,
en op de bevoegdheden van die organen. Het omvat tevens de verhouding van de burgers tot de
Staat en de mogelijkheden die de burgers hebben om invloed uit te oefenen op het functioneren van
diverse staatsorganen. Het wettelijk fundament van het staatsrecht wordt gevormd door de Grondwet.
De Grondwet bevat een beknopte, geschreven regeling met daarin een aantal hoofdlijnen van de
organisatie van onze Staat. Het eerste hoofdstuk van de Grondwet gaat over de grondrechten. De
grondrechten vormen een bijzondere categorie rechten die berusten op de gedachte dat de mens
meer is dan alleen onderdaan van een staat en dat de overheid meerdere heeft te eerbiedigen.

Dit type grondrechten valt uiteen in vrijheidsrechten en politieke rechten. Vrijheidsrechten zijn onder
meer de vrijheid van godsdienst en de vrijheid van meningsuiting. De politieke rechten geven de
burger zeggenschap over de samenstelling van de overheid. Tot de politieke rechten behoren het
kiesrecht en het recht om een openbaar ambt te bekleden. Als tegenhanger van de vrijheidsrechten
hebben we de sociale grondrechten, omdat ze de overheid verplichten zich in te spannen voor het
algemene welzijn. De belangrijkste staatsorganen (de Koning, de ministers, de Staten-Generaal, de
Raad van State, de rechterlijke macht en provincies en gemeenten) worden in de Grondwet genoemd
en hun bevoegdheden worden daar samenvattend omschreven. Op een aantal plaatsen in de
Grondwet wordt aangegeven dat over een bepaald onderwerp nadere regels moeten worden gemaakt
in een wet. Een wet die zo’n uitwerking bevat wordt een organieke wet genoemd.

Naast de Grondwet en de organieke wetten bestaat het staatsrecht uit een aantal regels die geleidelijk
in het parlementaire leven zijn ontwikkeld en die niet in een wettelijke regeling zijn vastgelegd. Het
gaat dan met name om de verhoudingen tussen regering en parlement en om de gang van zaken bij
de kabinetsformatie. In ons staatsbestel zijn we aangewezen op de bereidheid van regering en
parlement om zich op deze terreinen aan de ongeschreven regels te houden en eventuele conflicten
daarover zelf op te lossen. Daarbij speelt het gewoonterecht een belangrijke rol.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hidingfixtures. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.96. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67163 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.96
  • (0)
  Add to cart