4.2 Presentatie
Gedichten verschillen qua onderwerp of aanleiding niet van verhalen of romans. Een gedicht kan overal over gaan en
alles kan aanleiding voor een gedicht zijn. Door de presentatie van de tekst op de pagina herken je een tekst als een
gedicht. Bij een gedicht is er veel wit van de pagina rondom de tekst en meestal zijn er witregels tussen de verschillende
delen van het gedicht. Een gedicht verschilt dus in de eerste plaats van een verhaal door de presentatie op de bladzijde.
4.3 Wie presenteert en wat?
Een verhalende tekst is een tekst met een verteller die een verhaal vertelt en dat de inhoud van dat verhaal een
geschiedenis is waarin personages handelingen verrichten. Deze omschrijving is op een beperkt aantal gedichten van
toepassing, namelijk die (langere) verhalende gedichten waarin duidelijk verteller, verhaal (sujet, plot) en geschiedenis
(fabel, story) te benoemen zijn.
In de meeste gedichten staat er geen geschiedenis (personage met handelingen) centraal, maar de weergave (de
verwoording) van een momentopname.
Een ik-figuur die in een gedicht nadrukkelijk de eigen gevoelens verwoordt, noem je een lyrisch-ik. Zo’n lyrisch-ik geeft
uiting aan een aan één moment gekoppeld gevoel; er is geen geschiedenis, maar de ervaring van een speciaal moment.
Lang niet alle gedichten hebben een lyrisch-ik.
Het tweede belangrijke verschil tussen een gedicht en een verhalende tekst is dat een verteltechnische benadering
(verteller, verhaal, geschiedenis) bij een gedicht niet of nauwelijks van toepassing is. In een gedicht tref je soms een
duidelijk lyrisch-ik aan, maar vaak is er alleen een ik-figuur of is niet duidelijk wie de verteller/focalisator is. Als lezer
veronderstel je dan de verteller/focalisator impliciet aanwezig.
4.4 Bouwstenen: versregels en strofen
Een gedicht bestaat uit een aantal bij elkaar horende versregels. Een gedicht lees je versregel voor versregel. De
versregels hoeven bij een gedicht niet door te lopen over de hele breedte van de pagina zoals bij proza, waar de regels
de totale breedte van de pagina vullen.
Versregels staan in groepjes bij elkaar. Een groepje bij elkaar horende versregels is een strofe. De verschillende strofen
van een gedicht worden van elkaar gescheiden door witregels.
Een gedicht bestaat uit een of meer strofen. Soms bestaat een strofe uit een regel of zelfs een woord, maar meestal
bestaat een strofe uit meerdere versregels. Een strofe heeft dan een door het aantal versregels bepaalde vaste vorm.
Je kunt deze strofevormen benoemen naar het aantal versregels. Dat zijn: distichon (twee versregels), terzine of terzet
(drie versregels), kwatrijn (vier versregels), kwintet (vijf versregels), sextet (zes versregels), septet (zeven versregels) en
octaaf (acht versregels).
Bij de presentatie van een gedicht op de pagina kan enjambement toegepast zijn. een versregel wordt dan afgebroken
op een plaats waar geen vanzelfsprekend einde van de versregel is. Het gevolg is dat de woorden voor en na het
afbreken door enjambement nadruk krijgen, of dat er extra betekenis wordt geactiveerd.
4.5 Herhaling: inhoud, klank, metrum en ritme
Inhoudelijke herhaling en variatie daarop zijn essentieel voor de samenhang van een gedicht. Deze samenhang zoeken,
is belangrijk voor het grip krijgen op een gedicht. Behalve door inhoudelijke (woord)herhaling kun je als leze samenhang
in een gedicht herkennen door de herhaling van klanken: rijm.
Rijm is de overeenkomst van klanken in niet te ver van elkaar verwijderde beklemtoonde lettergrepen. Door rijm
ontstaat er voor de lezer op klankniveau herkenbare samenhang in een gedicht. Rijmende woorden gaan door
klankovereenkomst bij elkaar horen. Het gebruik van rijm kan woorden ook extra nadruk geven. Er is rijm op basis van
vorm en op basis van plaats.
Op basis van vorm:
- Er is sprake van volrijm als de beklemtoonde klinker en de daaropvolgende medeklinker(s) of lettergrepen gelijk
luiden.
- Bij halfrijm rijmen alleen de klinkers, of alleen de medeklinkers. Bij assonantie luiden de beklemtoonde klinkers
gelijk, terwijl de medeklinker(s) verschillen. We spreken van alliteratie als de beginmedeklinkers van beklemtoonde
woorden gelijk zijn.
De bekendste vorm van rijm op basis van plaats is eindrijm. De laatste woorden van de versregel rijmen (met volrijm)
op elkaar. Als er eindrijm is, kun je een rijmschema opstellen. Bekende en veel gehanteerde rijmschema’s zijn: gekruist
rijm (abab), gepaard rijm (aabbcc…) en omarmend rijm (abba).
Samenhang kan ook ontstaan door het gebruik van metrum (versmaat). Met het begrip metrum wordt de regelmatige
afwisseling bedoeld van sterke en zwakkere beklemtoonde lettergrepen.
De verschillende vormen van metrum:
- Bij jambe is er een regelmatige afwisseling van een onbeklemtoonde: (U) met een beklemtoonde (-) lettergreep.
- Bij de anapest is er de regelmaat van twee onbeklemtoonde lettergrepen gevolgd door een beklemtoonde: (U) (U)
(-).
- Een trocheus heeft de regelmatige afwisseling van een beklemtoonde en een onbeklemtoonde lettergreep: (-) (U).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller emmapeerboom. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.07. You're not tied to anything after your purchase.