In het derde jaar van het nieuwe curriculum geschreven. Deze wordt dus nog steeds gebruikt op de PABO aan de Hanze in Groningen. Inclusief samenvatting artikelen
Gedragsproblemen in scholen
Hoofdstuk 1
Factoren die invloed hebben op gedragsproblemen: aanleg, biologisch-genetische
factoren, gezondheid, gezinsfactoren, sociaaleconomische omstandigheden,
etnische herkomst, opvoedingsklimaat en vrienden.
Buffering hypothese = bij gelijke aanwezigheid van risicofactoren in het gezin
of in de directe omgeving ervan, kan een goede school de effecten van deze
factoren in een aantal gevallen beperken of opheffen.
In dit boek wordt er van uit gegaan dat gedragsproblemen het resultaat zijn van
interacties tussen de leerling, zijn thuisomgeving en de verschillende aspecten
van de schoolomgeving.
Het primaire proces: de klassensituatie. (Schoolcontext: situatie)
Prevalentie = hoe vaak komt het voor?
Comorbiditeit = verschillende gedragsproblemen doen zich in combinatie voor.
SEV = de sociaal-emotionele vragenlijst. Deze heeft de volgende
probleemcategorieën:
- ADHD.
Aandachttekort, hyperactiviteit en impulsiviteit.
- ODD = Oppositional Defiant Disorder en CD = Conduct Disorder.
Oppositioneel-opstandig gedrag (ODD), agressief gedrag (CD) en
antisociaal gedrag (CD).
- Angstig en stemmingsverstoord gedrag.
Gegeneraliseerde angst = angstig gedrag in het algemeen, sociale
fobie = sociaal angstig gedrag en dysthyme stoornis = angstig
depressief gedrag.
- Autistisch gedrag.
9 criteria om onderscheid te maken tussen ernstig en opvallend (maar
voorbijgaand) gedrag:
- Leeftijd.
- Duur.
- Omstandigheden.
- Socioculturele setting. Past het gedrag in de cultuur waartoe het kind
behoort?
- Hoeveelheid en frequentie.
- Type problemen en mate van vóórkomen van die problemen in de
populatie.
- Intensiteit. Intensief = in sterke mate.
- Verandering van het gedrag. Is het gedrag onverwachts?
- Situatiegebondenheid.
Search for pathology = het zoeken naar stoornissen. Dit komt voor doordat
leerlingen met een bepaalde stoornis extra geld krijgen voor hulp (Rugzakbeleid).
Attribueren = in gedachten op zoek gaan naar factoren die met de oorzaak
samenhangen.
- Externe attributies = oorzaken van de problemen verbinden met
kenmerken van de ander.
De school en de ouders wijzen naar elkaar bij een bepaald probleem. Zo is
het moeilijk om het probleem op te lossen.
- Interne attributies = de leerkracht, ouder of leerling nemen hun eigen
rol in ogenschouw en voelen zich (mede)eigenaar van het probleem.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Tara91. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.