Alle aantekeningen en informatie uit de lessen van traumasensitiviteit, powerpoints en het boek Trauma sporen. Boek niet meer voor nodig, hierin staat alles uitgewerkt.
Psychotrauma: een zeer ingrijpende of schokkende ervaring, of een reeks van dergelijke
ervaringen. Sprake van feitelijke of dreigende dood, ernstige verwonding, ernstige en/of
langdurige (emotionele) verwaarlozing of seksueel geweld. Het meemaken hiervan kan,
maar hoeft niet per se uit te monden in psychotrauma- en stressorgerelateerde stoornissen.
Er kan wel naast of in plaats van psychotrauma- en stressorgerelateerde stoornissen andere
klachten of aandoeningen ontstaan. Denk hierbij aan stemmingsstoornissen,
middelenmisbruik of een fobie. Ook kunnen er sociale problemen ontstaan die iemands
kwaliteit van leven kunnen ondermijnen. De term stressor heeft betrekking op een
omgevingsconditie of een gebeurtenis die stress veroorzaakt.
(Zelf ondergaan, persoonlijk getuige geweest, werk gerelateerd ondergaan van
herhaaldelijke of extreme blootstelling aan de afschuwwekkende details van
psychotraumatische gebeurtenis(sen)).
Classificering:
PTSS kan zich ontwikkelen na blootstelling aan een extreem bedreigende of verschrikkelijke
gebeurtenis of serie gebeurtenissen.
Gekarakteriseerd door alle volgende kenmerken:
- Her-ervaringen in de vorm van levendige opdringende herinneringen, flashbacks of
nachtmerries. Herbeleven kan zich voordoen met 1 of meerdere sensorische
zintuigen en wordt meestal vergezeld door sterke en overweldigende emoties
- Vermijden van gedachten en herinneringen van de gebeurtenis, of het vermijden van
activiteiten, situaties of mensen die doen denken aan de gebeurtenis
- Aanhoudende percepties van verhoogde huidige bedreiging. Bv over-waakzaamheid
of een vergrote schrikreactie op stimuli zoals onverwachte geluiden.
- De symptomen houden aan voor ten minste meerdere weken en veroorzaken
significante beperkingen op verschillende gebieden.
• Sensitief werken door verschillende vormen van trauma te kennen
• Binnen de zorg; neiging om te definiëren (zodat we weten wat er is en wat voor zorg
er nodig is bv). Dit lijkt soms op universeel maken, maar er zijn vele factoren van
invloed.
Niet iedereen heeft last van (gedeeltelijke) langdurige stagnatie in het functioneren van het
individu en zijn sociale context na een traumatische gebeurtenis. Meeste gevallen leren
mensen ermee omgaan (coping). Dit is afhankelijk van allerlei (externe) factoren.
Een persoon met een psychotrauma krijgt ook te maken met reacties. Dit kan een positieve
of negatieve impact hebben op dat trauma.
Ongeveer 70% maken schokkende gebeurtenissen mee (PTE/OLE).
• In Nederland:
, - 43,8% blootgesteld doodbedreiging, zwaar lichamelijk letsel of seksueel geweld
(PTE)
- 2% ontwikkeld PTSS
- 7,4% ooit PTSS gehad
- Vrouwen die slachtoffer zijn van interpersoonlijk geweld ontwikkelen het vaakst
een depressie
- Traumatische ervaringen ‘tellen op’
• 80% mensen met PTSS, sprake van comorbiditeit (vaak eerst trauma)
• Vaak onvoldoende ruimte voor klinisch beeld van getraumatiseerde personen uit
niet-westerse traditionele gemeenschappen en culturen
• Bij de diagnosestelling wordt er rekening gehouden met bijvoorbeeld sociale,
psychologische en biologische factoren die een rol spelen
Balaev: Trauma wordt over het algemeen begrepen als een zwaar ontwrichtende ervaring
die een diepzinnige impact heeft op de emotionele organisatie zelf en de perceptie van de
externe wereld.
Aarts: Trauma’s zijn een aanval op de menselijke integriteit.
• Bij rampzalige ervaringen omtrent controleverlies bevat vaak het psychische
compromis van jezelf de schuld geven. Dit is vaak draaglijker dan geloven dat de
gehele wereld onvoorspelbaar of gevaarlijk is.
Pas rond 1884 kwam de term trauma binnen de psychiatrie, daarvoor meer onderdeel van
de chirurgie
De industriële revolutie en het aansprakelijk stellen van anderen voor letsel en het niet meer
te kunnen werken, heeft ervoor gezorgd dat er een medisch juridisch vraagstuk is gecreëerd
in de beschouwing van psychotrauma
Afnemende interesse in psychotrauma tot de 1e wereldoorlog
Toen kwamen veel soldaten terug met afwijkend gedrag, ze hadden 3 theorieën toen;
1 patho-anatomische verklaringen (hersenschudding of verrekte zenuwen)
2 psychologische oorzaak (overweldigende angst de oorzaak of had het te maken met
onderliggende persoonlijkheid?)
3 aanstellerij met als doel niet meer te hoeven vechten > leidde tot executies
Na de oorlog bleef de relatie tussen psychologisch trauma en oorlogsneurose en hysterie
onduidelijk, deze en andere uitingen van psychologische onrust en stress werden
gegroepeerd onder de categorie “psychic trauma” – toegeschreven aan non-specifieke
schade aan het zenuwsysteem
Hierna nam aandacht voor trauma binnen de psychiatrie weer af
Na 2e wereldoorlog werden mensen langer gevolgd
Werd een psychiatrische screening ontwikkeld, daarin nog veel focus op persoonlijkheid,
daarna meer ook andere factoren zoals omgeving
,In bijvoorbeeld Duitsland, Scandinavië en Oost-Europa vooral organische interpretaties. Dus
bijvoorbeeld denken ze door ondervoeding. Hield geen stand, ook mensen zonder dit
vertoonden symptomen
Theorie: samengevouwen
Samenvouwen: het bijeenkomen en verzamelen van verschillende posities; geschiedenissen
en herinneringen
Uitdaging: het herkennen van je eigen plek in die historische vouwen en de vouwen die de
verschillende geschiedenissen met elkaar in aanraking brengen. Sommige raken elkaar aan,
sommige niet, sommige vouw je met elkaar of uit elkaar, etc.
Verbonden geschiedenissen: herinneringen bewegen over de grenzen van generaties,
culturen, perspectieven en geopolitiek. Bv george floyd bracht weer veel op in de wereld
over racisme.
Transgenerationeel trauma: trauma overnemen van bv je ouder. Je neemt hun paniek over
DSM is een classificatie, geen diagnose
Kritiek DSM:
- Bessel van der Kolk: te veel gericht op symptomen en niet op menselijke
processen
- Eric Vermetten: na de DSM-IV is het doorgeschoten en in handen gevallen van
zorgzerzekeraars en zorg inkopers. Het wordt nu veel gebruikt voor verzekeringen
(de voorwaardes van wat er in de DSM staat)
- Eric ook: een trauma spectrum-stoornissengroep komen met daarin PTSS, OCD,
dissociatieve stoornissen en borderline bij elkaar gevoegd. Volgens hem zou dit
meer recht doen aan de oorzaak van psychotrauma
Niet altijd is praten het beste na trauma’s. Kan ook geuit worden door middel van kunst,
zang, dans etc
, Les 2
Gevolgen trauma:
Bv contactverlies met je lichaam, onthechting, aanpassingsproblemen
Traumatische herinnering wordt dominant opgeslagen (in de hersenen en het lichaam)
- Bedoeld als waarschuwing, let op functionaliteit
- Beinvloedt de verwerking
- Bedenkt andere herinneringen of maakt die juist los
Globale “fasering” reacties
- Ongeloof, verbijstering
- Heftige emoties of juist vervlakking
- Lichamelijke reacties (autonoom systeem)
- Afwisselend herbeleven/ vermijden (wegstoppen)
- Realiseren: inventarisatie verlies en gevolgen
- Beheersing: m.n. emoties
- Herstel, rouw en reorganisatie
- Zoeken naar betekenisgeving (reflecteren) en het verhaal kunnen vertellen
- Acceptatie en integratie (verinnerlijking)
Van der Kolk: rol van hersenen bij trauma
3 breinen/hersenen: (rationele brein en het emotionele brein)
- Het rationele brein (mensenbrein): bewuste brein
- Limbisch systeem (zoogdierhersenen): emotionele of onbewuste brein/ intuitie
- Reptielenbrein: instinct/hersenstam/basale functies
Vechten, vluchten, verstarren (fight, flight, freeze) > in het oerbrein
- Ook ineenstorting
Rookmelder > wachttoren > de kok
Route hersenen bij waarneming: eerst ruggenmerg > limbisch systeem > ik denk rationeel
Bij verstoord systeem ten gevolge van trauma wordt die langere weg niet afgelegd. Dus
schrikreactie, maar daarin blijven zitten, niet rationeel kunnen denken (directe route)
Directe route van thalamus (stimulus prikkel) naar amygdala (response reactie).
Slaat de indirecte route (cortex) over. Kan erg vermoeiend zijn.
Thalamus = de kok: poort naar de hersenschors. Onderdeel limbisch systeem. Geeft signalen
naar amygdala + neocortex (frontale kwabben). Heel soepje of ingrediënten?
De weg naar de amygdala is het snelst. Er wordt nog niet gedacht = onbewust
De weg naar de frontale cortex duurt wat langer. Er wordt over nagedacht = bewust
Naar beneden > amygdala. Paniek. Ingrediënten.
Naar boven > bewustzijn. Hele soep
Bij PTSS is dit stuk: de waarnemingen worden niet goed geïntegreerd. Beelden, geluiden,
geuren en aanrakingen worden als losstaande fragmenten doorgegeven. Tijd staat stil, lijkt
alsof het een eeuwigheid duurt.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller meganhogeschoolleiden. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.86. You're not tied to anything after your purchase.