100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Inleiding in de psychologie samengevat, met voorbeelden $8.52   Add to cart

Summary

Samenvatting Inleiding in de psychologie samengevat, met voorbeelden

 8 views  0 purchase
  • Module
  • Institution

In dit document zijn de belangrijkste aspecten beschreven voor de toets inleiding in de psychologie, het is te verwachten als je heel dit document leert je de toets gegarandeerd haalt.

Preview 3 out of 24  pages

  • November 2, 2022
  • 24
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
Psychologie een inleiding
Hoor-/werkcollege 1: geest, gedrag en psychologische wetenschap

Wat is psychologie?

Psyche = geest logos = studie

Psychologe is dus wetenschap van het gedrag en de psychische processen

Geschiedenis van psychologie (/filosie)

Rationalisme: filosoof Decartes, hij bedacht het om de spirituele geest en het fysieke lichaam apart
te houden waardoor hij gedrag van mensen toch kon bestuderen. Hierbij gaat het dus om de
lichamelijke activiteit in het zenuwstelsel. Zag het denken, als enige middel om aan wetenschap en
filosofie te doen.

Empirisme: filosoof John Locke, zij beweren dat waarnemingen, ervaringen en experimenten de
enige ware bronnen van kennis zijn. Hij beweerde dat de mens bij de geboorte tabula rasa is: een
onbeschreven blad dat door ervaring, leerprocessen en opvoeding persoonlijkheid en vaardigheden
(zoals intelligentie) krijgt.

Willem wundt

- Elementen van bewuste waarneming ontdekken (zoals periodiek sytsteem), heeft hij nooit
gedaan.
- Eerste psychologische experimenten (in laboratorium)
- Reactietijden

Edward Titchener

- Structuralisme
- Structuren van de geest aan het licht brengen (bijv dromen koppelen aan trauma’s)

William James

- Functionalisme
- Ideeën afgeleid van Darwin (aanpassen van mensen aan de werkelijke wereld)

John Watson (pavlov, skinner)

- Als reactie op structuralisme en functionalisme >>>> behaviorisme
- Bestuderen van gedrag i.p.v. bewustzijn
- Gedrag direct observeer baar
- Relatie stimuli en respons
- Sociale invloed zou invloed hebben

De 6 belangrijkste perspectieven van psychologie:

- Biologische perspectief
Decartes, lichaam apart bestudeerd van de geest, zenuwstelsel, genen en endocriene stelsel.
2 varianten: neurowetenschap (hersenen) en evolutionaire psychologe (genetisch adaptat,
overleving en voortplanting)
- Cognitieve perspectief
Mentale processen wetenschappelijk onderzocht

, Verwerking en interpretatie van ervaringen
Onderzoek naar geheugen, taal, info-verwerking
- Behavioristische perspectief
Tabula rasa
(Het brein word gezien als een black box (brein is te vaag en subjectief))
Conditioneren
Waarneembaar gedrag
- Whole-person perspectief
Psychodynamisch (onbewuste verlangens en drijfveren, psychoanalyse) Freud (intospectie)
Humanistisch (vrije wil/ eigen keuze/ unieke mens)
Karakter, temparement (persoonlijkheid)
- Ontwikkelings- perspectief
Nature & nurture (aangeboren & aangeleerd)
Levensloop psychologie (leeftijdsspecifiek)
- Socioculturele perspectief
Sociale interactie/ leren
Cultuur algemeen
Cross- culture psychologie

De specialisatie in forensisch psychologen, klinisch psychologen en gerontopsychologen spreekt mij
aan.

Opdracht 1: eigen visie

- Lex is 18 en rookt sinds zijn 15e
Biologisch: het is waarschijnlijk genetisch aangelegd dat hij een zwak heeft voor verslavingen.
Cognitief: als je ziet dat je omgeving een sigaret opsteekt wanneer hij/zij stress heeft ga je
dat ook sneller doen.
Ontwikkeling: wanneer hij mensen in zijn omgeving heeft die roken, kan hij eerder getriggerd
worden om ook te roken.
Socioculturele: zijn vriendenkring rookt allemaal.

Hoor-/werkcollege 2: bio psychologie, neurowetenschappen en de
menselijke aard

Bio psychologie: dit is een specialisme in de psychologie dat de
interactie tussen biologie, gedrag en omgeving bestudeert.

Evolutie: het geleidelijke proces van biologische verandering van een
soort doordat die zich succesvol aanpast aan zijn omgeving.

Natuurlijke selectie: drijvende kracht achter de evolutie, waardoor de
omgeving de best aangepaste organismen ‘selecteert’.

Genotype: kenmerken van een organisme zoals die genetisch (dus op DNA) zijn vastgelegd.

Fenotype: waarneembare fysieke kenmerken van een organisme. DUS het uiterlijk.

, Genoom: het genoom van een organisme omvat een complete set van chromosomen

DNA: lang, complex molecuul dat informatie bevat over alle genetische eigenschappen.

Genen: stukjes van een chromosoom waarin de codes voor de erfelijke lichamelijke en psychische
eigenschappen van een organisme zijn opgeslagen. Ze vormen de functionele elementen van een
chromosoom.

Chromosoom: lange, dunne en spiraalvormige draad waarlangs de genen zijn gerangschikt als de
kralen van een ketting. Chromosomen bestaan voornamelijk uit DNA.

Twee van de 46 chromosomen in ons lichaam verdienen speciale aandacht: de
geslachtschromosoom -> De X en de Y. Deze bepaalt onze lichamelijke geslachtskenmerken.
Vrouwen hebben XX en mannen heb XY. Vrouwen kunnen dus alleen een X doorgeven aan hun
nageslacht.

Chromosomen die geen geslachtschromosomen zijn noemen we autosoom.

Epigenetica

Hoe kan het dat miljarden DNA-paren zich in iedere cel van ons lichaam persen? -> dat komt door de
dubbele helixstructuur van DNA: DNA-moleculen zijn in strakke spiralen gedraaid, zodat een streng
molecuul van 1,5 tot 2 meter in werkelijkheid maar een minuscule fractie van die ruimte in beslag
neemt.

DNA wikkelt zich rond een specifiek eiwit -> histoon.

Signalen vanuit ons lichaam, evenals signalen uit onze omgeving zetten bepaalde genen in een
specifieke cel ´aan´ en andere genen ´uit´.

Epigenoom -> een reeks chemische codes die ‘aanvullende ervaringen’ op het DNA vormen. Het
epigenoom is flexibel en past zich aan de omgeving en ervaring aan door genen ‘aan’ en ‘uit’ te
zetten.

Neuron (zenuwcel) -> een cel die gespecialiseerd is in het ontvangen, verwerken en doorsturen van
informatie. Een bundeling van een groot aantal neuronen wordt een zenuw genoemd.

Je hebt verschillende soorten neuronen:

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller linda3jan. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.52. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

73918 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy revision notes and other study material for 14 years now

Start selling
$8.52
  • (0)
  Add to cart