Goederen recht
Week 1
Hoofdstuk 1
Hoofdstuk 1 Compendium
Hoofdstuk 6 Compendium
Goederen recht
• Maakt onderdeel uit van het vermogensrecht
• Verhouding tussen persoon en goed staat centraal
• Persoon kan op twee manieren een verhouding hebben:
• Feitelijke verhouding —> bezit en houderschap (3:107 e.v. BW)
• Juridische verhouding
• Verbintenisrechtelijk: een persoon heeft een recht met betrekking tot een goed
• Goederenrechtelijk: een persoon heeft een goederenrechtelijk recht op het goed
• Gesloten systeem
• Alle rechten zijn geregeld in de wet
• De wet bepaalt in belangrijke mate de inhoud van de goederenrechteljke rechten
• Partijen zijn niet bevoegd naar eigen dunken nieuwe soort goederenrechtelijke rechten in het
leven te roepen
• I.b. dwingend recht
• Goederenrechtelijke rechten:
• Absolute rechten
• Werken ten opzichte van iedereen
• Droit de suite: zaaksgevolg
• Prioriteit: oudere rechten gaan vóór nieuwe rechten
• Separatisme in faillissement
• HR Blauwboer/Berlips
Kenmerken
• Het recht rust op een zaak of op een vermogensrecht
• Absoluut en exclusief
• Goederenrechtelijke rechten werken jegens eenieder
• De rechthebbende is gerechtigd met uitsluiting van alle anderen
• Het bestaan van een beperkt recht op een goed beperkt de rechthebbende in zijn
beschikkingsbevoegdheid op dat goed
Hoofdstuk 6 Compendium
Verbintenissenrecht (persoonlijke rechten)
• Verhouding persoon tot persoon staat centraal
• Regelend recht
• Alleen dwingend recht als de belangen van een der partijen in het nauw dreigen te komen of
de positie van derden op het spel staat
• Open systeem (contractsvrijheid)
• Wet somt niet alle soort verbintenissen op
• I.b. contractvrijheid
• Verbintenisrechtelijke rechten:
• Relatief
• Geen droit de suite
• Paritas creditorum
• Geen separatisme in faillissement
• De rechten zijn onderling even sterk
Vermogensrecht
• Gedeelte van het objectieve recht, dat een regeling geeft van de subjectieve rechten en plichten
die onderdeel van een vermogen kunnen vormen
• Indeling berust op het onderscheid van de actieve vermogensbestanddelen (goederen) in zaken
en vermogensrechten
,Hoofdstuk 2
Hoofdstuk 2 Compendium
Goederen: art. 3:1 BW —> alle zaken en vermogensrechten. Wat geen zaak is en geen
vermogensrecht, is geen goed
• Alle actieve vermogensbestanddelen
• Wordt onderscheiden in: zaken en vermogensrechten
Zaken: art. 3:2 BW —> alle voor menselijke beheersing vatbare sto elijke objecten
Vermogensrechten: art. 3:6 BW —> moeten een van de volgende kenmerken hebben:
• Overdraagbaar
• Ertoe strekken de rechthebbende sto elijk voordeel te verscha en
• Is verkregen in ruil voor sto elijk voordeel
• Passieve vermogensbestanddelen (schulden) zijn als zodanig geen goederen. Maar het er
tegenover staande vorderingsrecht is wel een goed
12
Roerende/onroerende zaak
• Art. 3:3 lid 1 BW “duurzaam met de grond verenigd zijn”
• HR Protocabin: zaak is onroerend indien:
• Naar aard en inrichting bestemd is om duurzaam ter plaatste te blijven
• Dit naar buiten toe kenbaar is
• Daarbij is kenbare bedoeling van bouwer van belang
• Verkeersopvattingen geen zelfstandige maatstaaf
• Bij het oordeel is niet van belang dat technisch de mogelijkheid bestaat om het bouwsel
te verplaatsen en dat de verkeersopvattingen geen zelfstandig criterium zijn
• Indien verbinding met de grond ontbreekt is de zaak roerend (3:3 lid 1 BW) (woonboot)
• Alle zaken die niet onroerende zaken zijn
13/14
Bestanddeel
• Art. 3:4 BW: onzelfstandige zaaks delen die opgaan in de zaak waarvan zij deel uitmaakt
• Alles wat volgens verkeersopvattingen onderdeel van een zaak uitmaakt, is bestanddeel (lid
1) (HR Depex/curatoren)
• Hoofdzaak is zonder het object onvoltooid of anderszins incompleet
• De hoofdzaak en het object zijn qua constructie speci ek op elkaar afgestemd
• Een zaak verliest haar zelfstandige karakter indien zij zodanig met een hoofdzak wordt
verbonden, dat zij daarvan niet kan worden afgescheiden zonder de beschadiging van
betekenis wordt toegebracht aan een van beide zaken (lid 2)
• Gevolgen:
• Eigenaar zaak is ook eigenaar van al haar bestanddelen
• Bestanddelen van een onroerende zaak zijn onroerend
• Goederenrechtelijke rechtshandelingen met betrekking tot een afzonderlijk bestanddeel zijn
niet mogelijk zonder beëindiging van de onzelfstandigheid
• Goederenrechtelijke rechtshandelingen met betrekking tot de zaak omvatten ook de
bestanddelen van die zaak
• Verbintenisrechtelijek rechtshandelingen met betrekking tot een zaak omvatten ook de
bestanddelen, tenzij van een andere partijbedoeling blijkt
Register goederen (art. 3:10 BW)
• Goederen waarbij voor de overdracht of vestiging van een beperkt recht daarop inschrijving in
daartoe bestemde openbare registers noodzakelijk is
1. Onroerende zaken (3:89 BW)
2. Te boek gestelde vliegtuigen (zijn ingeschreven in de openbare registers) (8:1306 BW)
3. Te boek gestelde schepen (8:199, 8:790 BW)
4. Aandelen in registergoederen (3:96 BW)
5. Alle rechten die op een van de eerdere drie categorieën kan worden gevestigd is ook een
registergoed —> een beperkt recht op een beperkt recht dat een registergoed is, is ook een
registergoed (bijvoorbeeld, het recht van hypotheek op een huis) (3:98 jo 3:89 BW)
Volledige rechten:
• Eigendom (zaken)
• Art. 5:1 lid 1 BW
• Absoluut recht
• Vorderingsrechten, die recht geven op een door een bepaalde schuldenaar te verrichten
prestatie
• Relatief recht
• (Volledige) rechten op voortbrengselen van de geest
• Absoluut recht
Beperkt (art. 3:8 BW)
• Recht dat is afgeleid uit een meer omvattend recht
• Is een goederechtrechtelijk recht
• Gesloten systeem van beperkte rechten
• gebruiks-/genotsrechten
• Vruchtgebruik (3:201 BW)
• Erfdienstbaarheid (5:70 BW)
• Erfpacht (5:85 BW)
• Er moet periodiek betaald worden
• Opstal (5:101 BW)
• Zekerheidsrechten
• Pand (3:236 e.v. BW)
• Hypotheek (3:260 BW)
Zakelijke rechten
• Zijn alle rechten op zaken
• Het eigendomsrecht
• Beperkte rechten op zaken
20
Vruchten
• Natuurlijke vruchten: zaken die volgens verkeersopvatting als vruchten van andere zaken
worden aangemerkt (3:9 lid 1 BW)
• Wordt een zelfstandige zaak door haar afscheiding, een burgerlijke vrucht wordt een
zelfstandige recht door haar opeisbaar worden (3:9 lid 4 BW)
• Burgerlijke vruchten: rechten die volgens verkeersopvatting als vruchten van goederen worden
aangemerkt (3:9 lid 2 BW)
Hoofdstuk 6 Compendium
Goederenrechtelijke verhouding
• Rechtsverhouding van persoon tot persoon te onderscheiden in:
• Goederenrechtelijke rechten
• Het eigendomsrecht
• Alle beperkte rechten
• Andersoortige goederenrechtelijke verhoudingen
• Bezit: een feitelijke machtsverhouding die gepaard gaat met de suggestie van een eigen
recht (titel 3.5)
, • Bewind: een op bepaalde goederen liggend verband, dat met een beperk recht kan
worden vergeleken
• Gemeenschap: situatie waarin een of meer goederen toebehoren aan twee of meer
deelgenoten gezamenlijk (titel 3.7)
• Verhaalsrechten op goederen (titel 3.10)
Hoofdstuk 3
Eigendom
• Meest omvattend recht dat een persoon op een zaak kan hebben (art. 5:1 BW)
• Het eigendomsrecht van een zaak wordt vaak met de zaak zelf vereenzelvigd
• De eigenaar van een zaak is tevens eigenaar van al haar bestanddelen (5:3 BW,
eenheidsbeginsel)
• Subjectief recht
• Heeft betrekking op de juridische verhouding
• Volledig recht
• Gerechtigde wordt rechthebbende genoemd
• Bestanddelen zijn onzelfstandige onderdelen van een zaak (3:4 BW) —> je kan geen
goederenrechtelijk recht hebben op een bestanddeel
• Ideële band (verkeersopvattingen)
• HR Depex/Curatoren
1. Antwoord op de vraag of gebouw en apparatuur in constructief opzicht op elkaar zijn
afgestemd
2. Antwoord op de vraag of het gebouw zonder apparatuur als onvoltooid met worden
beschouwd
3. De omstandigheid dat een zaak ten opzichte van een andere zaak een tijdelijke
hulpfunctie vervult en bestemd is om daarna te worden verwijderd, levert in het algemeen
een aanwijzing op dat dit geen bestanddeel is. —> HR Prorail/Rijswijk Wonen
• Materiële (hechte) band
• individualiseringsbeginsel
• Vatbaar voor eigendom zijn geïndividualiseerde zaken, en niet slechts naar de soort of
hoeveelheid bepaalde zaken
• Er is sprake van oneigenlijke vermenging
• HR Teixeira de Mattos
Subject
• Alle door het recht erkende subjecten, te weten alle natuurlijke personen en rechtspersonen
kunnen eigenaar zijn
• Twee of meer eigenaren —> mede-eigendom (3:166 BW)
• Ieder heeft een aandeel in de zaak —> aandeel is een vermogensrecht (3:6 BW)
Hoofdstuk 3.4
Object
• Alleen zaken kunnen als object dienen
• Aanvullende eis voor het hebben van eigendom op een zaak is dat duidelijk is op welke zaak de
eigendom precies betrekking heeft —> HR Nieuwe Matex arrest, eigendom (en bezit) van
uitsluitend naar soort en hoeveelheid bepaalde zaken is niet mogelijk
• Men kan hierdoor een bestaand eigendomsrecht verliezen wanneer niet (meer) kan worden
aangetoond op welke zaken dit recht precies betrekking heeft.
• Oneigenlijke vermenging: indien een zaak bij soortgelijke zaken van een ander terecht komt
en niet meer onderscheiden kan worden welke zaak aan welke persoon toebehoort, is een
eigendomsrecht op de eerstgenoemde zaak niet meer aantoonbaar
• HR Teixeira de Mattos, degene die de feitelijke macht heeft over een zaak wordt, behoudens
tegenbewijs, vermoed eigenaar te zijn
• Eenheidsbeginsel: bestanddeel heeft goederenrechtelijk geen zelfstandige status. Zijn lot volgt
van de hoofdzaak.
Hoofdstuk 14 Compendium
Natrekking (5:14 BW)
• Indien een zaak bestand deel word van een andere onroerende zaak
• Het bestanddeel houdt op een zelfstandige zaak te zijn
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ambertijdhof. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.64. You're not tied to anything after your purchase.