100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Theory III, alle filosofen, theorieën en hun discussies $10.77   Add to cart

Exam (elaborations)

Theory III, alle filosofen, theorieën en hun discussies

1 review
 28 views  6 purchases
  • Course
  • Institution

Elke historicus, filosoof, antropoloog en andere academici die je moet kennen voor het vak theory III staan hierin. Elke theory is op een simpele manier uitgelegd zodat het makkelijk te volgen is.

Preview 2 out of 15  pages

  • November 5, 2022
  • 15
  • 2021/2022
  • Exam (elaborations)
  • Questions & answers

1  review

review-writer-avatar

By: ewoudvanaalst4 • 1 year ago

avatar-seller
De historici/filosofen en hun argumentatie

Week 1

Ginzburg: “clues”

- je gaat aan de hand van clues, ook wel kleine stukjes informatie, een diagnose stellen. Hoe
meer stukjes informatie je hebt hoe beter de conclusie is die je kunt trekken. Voorbeeld van
sherlock holmes in college.
- op deze manier kom je ook vaak aan de aanname (aanname is iets waar je vanuit gaat
zonder enig bewijs, dit doe je elke dag en historici beginnen zo hun onderzoek vaak: ‘je wilt
wat onderzoeken maar hebt nog geen bewijs, dus dit bewijs ga je zoeken) van de historicus



week 2

Pleasants

- schreef een artikel over naturalism vs voluntarism
o naturalism is dat er geen metafysica bestaat en dat mensen dus zijn ontstaan uit
natuurlijke atomen en andere processen. Hierdoor is alles wat de mens doet een
natuurlijke actie. Hierdoor kunnen er dus (natuurlijke) wetten worden gemaakt
gebaseerd op menselijk gedrag en menselijke acties
 maar hoe zit het dan met vrije wil? Als alles wat de mens doet natuurlijk is
dan vallen alle mensen onder structuren en dus niet onder vrije wil.
o Voluntarism is dat je gelooft in vrije wil, gebeurtenissen zijn menselijke actie en deze
acties zijn bedoeld. Het wordt allemaal gedaan door menselijke acteurs. Deze acties
kunnen worden begrepen door de intenties van de acteur te onderzoeken
 Maar hoe zit het dan met externe factoren en bovenliggende motieven.
Mensen maken ook keuzes gebaseerd op de samenleving waar ze in leven
of in wat voor positie ze zijn  dus niet helemaal vrije wil.
- Pleasants schrijft in zijn artikel over de zaak van Browning vs Goldhagen. Gaat over een duits
bataljon dat bestond uit normale mensen die naar Polen werden gestuurd om Joden neer te
schieten.
o Browning beargumenteert dat dit komt door de sociale structuren waaronder de
soldaten zich bevonden. Denk hier aan groepsdruk, ze werden opgedragen door een
commandant en hadden dus geen keus, ze leefden in nazi Duitsland waar je om de
minste dingen werd gevangengenomen.
 Zijn argument is dat de soldaten onder dezelfde structuren bevonden als de
proefpersonen van het milgram onderzoek (1974). Hierin werden
proefpersonen op een pijnbank gelegd en moest een ander persoon ze een
schrok geven als de ander een vraag fout had. Dit werden ze opgedragen
door een professor die erbij stond. 70% van de proefpersonen deed de
andere proefpersonen enorm veel pijn omdat ze werden opgedragen door
een professor  normale mensen luisteren naar autoriteit. Het is een
causaal proces
o Goldhagen beargumenteert dat de Duitse soldaten verantwoordelijk moeten
worden gehouden omdat er altijd een keuze is om iets vreselijks te doen, namelijk je
doet het wel of niet. Deze soldaten hadden normen en waarden over het regime
waar ze in leefden en baseerden hun keuze ook hierop

,  Voornaamste argument is dat voordat de Duitse soldaten het dorp in werden
gestuurd ze werd gevraagd door een commandant of ze dit wel of niet
wilden doen. Maar 10 stapten uit en er is nooit bewijs gevonden dat deze
mannen zijn bestraft. Er was dus een keuze om niet mee te doen en dus was
het de vrije wil van de soldaten om deze acties te ondernemen
o Pleasants eigen interpretatie hierover is dat
 Browning niet helemaal deterministisch
 Er was druk uit verschillende structuren maar er was dus wel een
keuze
 Goldhagen niet helemaal voluntaristisch
 Hij zegt dus dat de normen en waarden en emoties van de soldaten
de reden waren waarom ze die mensen hadden vermoord. Alleen als
ze nooit daar naartoe werden verstuurd dan hadden ze dat weer niet
bedacht. Wat als er juist soldaten waren die wel mee wilden om te
moorden, dan zijn hun normen en waarden anders dan wellicht
andere soldaten die mee moesten gaan
 Pleasants eigen interpretatie is dat je het verschil tussen structuur en agency
empirisch kan bewijzen. omdat het niet een metafysische distinctie is, a
priori, kan het worden geobserveerd
 Rik peters is het hier niet mee eens  “without observing but it can be
observed, a posteriori so it is an empirical distinction. Peters is het hier niet
mee eens omdat structure en agency niet kunnen overlappen. Daarnaast
heeft pleasants al van tevoren een frame gekeken dat je het dus empirisch
kunt benaderen en dat empirisch onderzoek de enige oplossing is. Alleen
deze frame kun je niet van tevoren al hebben.

C.G. Hempel

- Was een positivist
- Geschiedenis moet de natuurlijke wetenschappen nadoen en wetten maken. Het doel van
geschiedenis is dan ook om gebeurtenissen uit te leggen aan de hand van wetten
- Hij was een logische empirist: echte kennis = wetenschap = hypotheses gebaseerd op
geobserveerde feiten
- Hij maakt 3 claims
o Algemene wetten of universele hypotheses kunnen niet worden vervangen in
historisch onderzoek
o In geschiedenis hebben universele hypotheses dezelfde functie als in de andere
wetenschappen: uitleggen en voorspellen
o Geschiedenis verschilt niet van de andere wetenschappen: het volgt dezelfde
methodes  methodologisch monisme: er is een methodologische samenheid
tussen de wetenschappen. er is geen verschil tussen fysische wetenschappen en de
menselijke wetenschappen
- Belangrijk is dat Hempel praat over algemene wetten die zijn gebaseerd op inducties(munten
zijn gevonden in romeinse settelmenten  munten kunnen gevonden worden in alle
romeinse settelmenten (na opsommingen een conclusie trekken alleen is een sterke
hypothese, is geen zekerheid empirisch onderzoek doen). Deze algemene wetten zijn dus
niet 100% waar. Hierom noemt hij het ook universele hypotheses ipv algemene wetten.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jelledubbeldam. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $10.77. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

73918 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$10.77  6x  sold
  • (1)
  Add to cart