Hoofdstuk I – Uitwendige geschiedenis
Keizer Justinianus (527-565)
Levensloop van Justinianus;
o Door de broer van zijn moeder, Justinus een generaal van het Romeinse leger,
werd de loopbaan van Justinianus bepaald -> toen heette hij nog Petrus
518; Justinus wordt keizer en laat Justinianus naar Constantinopel
komen
o 521; Justinianus wordt consul, hij zag toen nog als voornaamste taak het
handhaven en verdedigen van de katholieke orthodoxie tegen o.a. ketterij
o 527; Justinianus wordt keizer en kreeg hiermee het imperium over het hele
Romeinse Rijk
Echter door de val van het West-Romeinse Rijk was hij in feite alleen
keizer van het oostelijke deel
Hij wilde echter beheersen wat hem toekwam en het Rijk herstellen ;
Armis legibusque -> de wapens en de wetten
De arma en de leges werden door het Latijn beheerst -> dit is
apart aangezien het gebied waar Justinianus keizer was over het
algemeen Grieks sprak
Hij wilde niet alleen in iure (rechtens), maar ook de facto (in feite)
leiding geven aan het Romeinse Rijk
Codex Justinianus (529); keizerlijke constituties verdeelt over 12 boeken, naar de wet
der Twaalf Tafelen
o Codex; een boek bestaande uit bij elkaar gebonden bladen, in die tijd hoefde er
nog niet per se iets juridisch op te staan
o Constituties; verordeningen van de keizer
o Oudere verzamelingen werden vaak gemaakt door particuliere personen
Gregorianus (196-297) en Hermogenianus (291-295)
Men spoorde toen het geldende keizerrecht op door de rechtsregel ‘lex
posterior derogat legi priori’ op te volgen
o Men maakte ooit onderscheid in leges generales (wetten) en rescripta
(beschikkingen)
De rechter wilde vervolgens dat er alleen nog maar een beroep gedaan
kon worden op leges generales
Dit kwam mede door het besluit uit de Codex Theodosianus om het leges
en het ius te verenigen
438; vanaf 435 is men bezig geweest met het ordenen van de
juristengeschriften van 306-435 om deze vervolgens met de constituties
te verenigen per onderwerp
Deze verkregen geen rechtskracht aan het imperium van
Theodosius maar aan die van de keizer die hem had
uitgevaardigd -> lex posterior derogat legi priori
Codificerende element; exclusiviteit van de keizer aan de
verzameling Codicis Auctoritate -> niet opgenomen consituties
verliezen dus hun rechtskracht
o M.b.v. voornamelijk Tribonianus kon de codex van Justinianus in één jaar
gemaakt worden en was deze ook exclusief en verving hij eerdere codices
Hij loste twee problemen op;
De rechtsregels voor een enkel geval kregen rechtskracht
Codex op chronologische volgorde waardoor binnen het boek
ook de lex posterior-regel gold
, Nieuwe functie voor Tribonianus; quaestor sacri palatii -> minister van
wetgeving en justitie
Digesten / Pandekten (533); geschriften van juristen uitgegeven als één constitutie
bestaande uit 50 boeken -> ius
o Onder leiding van Tribonianus werd het werk van Theodosius voortgezet in het
ordenen van de juristengeschriften
o Lex citandi (426); er mocht nu slechts nog geciteerd worden uit Papinianus,
Paulus, Ulpianus, Modestinus en Gaius.
Anderen alleen gelding als ze werden geciteerd door één van deze vijf
Bij verschillende meningen gold het volgende;
Meerderheid over een juridisch vraagstuk kreeg gelding
Staking van de stemmen dan gaf opinie van Papinianus de
doorslag en had hij geen opinie mocht de rechter zelf kiezen
Gelding tot 533 toen de Digesten als één keizerlijke constitutie gelding
kreeg
Toch is bij elk fragment de naam van de jurist erbij gezet als
eerbied naar hen toe, ook al moesten de leges geacht worden van
de keizer afkomstig te zijn
o Ongerijmde en anachronistische onderneming;
Het volk kon het nieuwe wetboek niet lezen omdat het in een vreemde
taal was geschreven
Het ius werd in feite afgeschaft en vervangen door de enige rechtsbron
die overbleef, de keizerlijke constituties
o Gevolgen van de inlijving van het ius in de leges;
Optelregel van de lex citandi afgeschaft waardoor de Theodosiaanse
constitutie ook niet meer voorkwam
Papinianus verloor zijn ereplaats
Tegenstellingen (antinomiae) werden in de Digesten geacht niet
meer voor te komen -> verschillende meningen werden
geharmoniseerd
Krachtens de lex posterior regel kregen de Digesten in zijn geheel
voorrang boven andere constituties
Geen toepassing van de lex posterior-regel binnen de Digesten zelf -> om
tekstbederf te voorkomen werden een tweetal dingen verboden;
Siglenverbod = geen afkortingen en cijfers in letters
uitgeschreven
Geen verklarende aantekeningen (commentarii) bijschrijven
Instituten / Elementen (533); leerboek voor eerstejaars rechtenstudenten gebaseerd op
het boek van Gaius, verdeeld over vier boeken naar de vier elementen
o Tribonianus heeft samen met de twee hoogleraren Theophilus en Dorotheus een
leerboek gemaakt met daarin de grondbeginselen van het Romeinse recht
o Het leerboek voor de cupida legum iuventus (de naar wetten begerige
jongelingschap) kregen op 30 december 533 kracht van wet als wetboek
Codex repetitae praelectionis (herziene Codex) (534); na het instellen van de Digesten
en de Instituten bleek de Codex Justinianus verouderd
o Elke opgenomen constitutie behoudt haar eigen rechtskracht en rangorde, dus
ook zonder herziening hadden de Digesten door de lex posterior0regel voorrang
gehad en was de Lex citandi regel dus vervallen
Novellen / Novellae post Codicem constitutiones (534); nieuwe keizerconstituties
o Na de dood van Justinianus grotendeels opgenomen in de particuliere
verzameling van Justinus II en Tiberius II
Slot
, Basilca door keizer Leo de Wijze (900); zuiveringsoperatie na het verschijnen van
Griekse samenvattingen en Novellen o.g.v. de Codex
o De anakatharsis (zuivering) is goeddeels bereikt doordat elke titel in de zestig
boeken bestaat uit een Digestentitel + de overeenkomstige Codextitel(s) +
Novelle
o 1350; men ging een uittreksel van de Basilica gebruiken verdeeld in 6 boeken ->
Hexabiblos
Deze bleef ook na verovering van het Oost-Romeinse rijk zijn gelding
behouden door de Turken
Receptie van het Romeinse recht; in de 11e eeuw werd in West-Europa het Romeinse
recht opnieuw aangenomen als geldend (subsidiair) recht
o Samen met het canonieke recht werd dit het gemene recht -> ius commune
o Einde door het verschijnen van nationale codificaties
Hoofdstuk II – Procesrecht
Algemeen
Procesrecht ook wel het recht der acties genoemd;
o Naar het Latijnse woord actio voor rechtsvordering
o Boek 4 van de Instituten van Gaius
o Iemand begint een proces zodat hij een voor hem gunstig vonnis kan krijgen, wat
hij ten uitvoer kan leggen
Overheid past dan dwangmaatregelen toe gericht tegen de persoon of
het vermogen van de veroordeelde
Wordt alleen toegepast bij een voldoende mate van waarschijnlijkheid ->
blijkt vaak uit de executoriale titel
Ook al voldoet de veroordeelde vrijwillig toch is de overheid verplicht
mee te werken aan de tenuitvoerlegging en dient daarbij gebruik te
maken van haar ambtenaren (deurwaarders + praetor)
Soorten van tenuitvoerlegging
Veroordelende / condemnatoire (condemnatio) vonnis (iudicatum); men werd eigenlijk
altijd veroordeeld tot het betalen van een geldsom
o Omnia iudicia pecuniaria sunt; alle processen zijn geldelijk
Als iemand een goed terugeiste werd deze eis dus omgezet in een
geldsom, wat gebeurde naar schatting van de waarde -> litis aestimatio
Parate executie; tenuitvoerlegging van de overheid zonder executoriale titel
o In de Romeinse tijd deed de praetor dit indien de gedaagde niet ten processe
verscheen
o Bijv. nu is dat; pandrecht en hypotheekrecht (art. 3:248 en 3:268 BW)
Eigenrichting; men verschaft zelf recht, waarbij de overheid dus niet van pas komt
o Eigenrichting werd in de Digesten verboden door Marcus Aurelius, echter was
het in sommige gevallen wel toegestaan;
Bijv. iemand neemt een goed terug van degene die het van hem gestolen
heeft, indien de bezitter / dief zich beroept op bezitsbescherming kan de
ander zich zelf het recht verschaffen door zich te beroepen op vi aut clam
-> verkregen met geweld of op heimelijke wijze
Drie vormen van proces
Stelsel der wettelijke acties (boerenstaat) -> werd pas grotendeels afgeschaft toen Rome
politiek en economische een wereldmacht was (Keizer Augustus)
o Het geding d.m.v. de wettelijke actie (per legis actionem); geding in twee fases
Eerste fase in iure ten overstaan van een overheidsmagistraat (sinds 367
v. Chr. De praetor)
, Men werd hier bijgestaan door iurisconsultus
Partijen zeiden in deze fase enkele formele spreuken op, waarbij
ze rituele handelingen verrichten -> deze handelingen waren
voornamelijk omschreven in de Wet der Twaalf Tafelen
Werden de spreuken niet goed uitgesproken -> men
verliest proces
Werden de spreuken goed uitgesproken ->magistraat
bezegelde dit met het uitspreken van één van de drie
heilige woorden (do / dico / addico)
Tweede fase in iudicio voor de rechter -> dit was een iudex privatus en
dus geen beroepsrechter
Nu zou dat arbitrage zijn wat volgt uit art. 1020 Rv; ofwel
compromis ofwel arbitraal beding
Men werd hier bijgestaan door de orator
Won men een zaak voor de rechter moest men weer met een
wettelijke actie aanvangen om deze ten uitvoer te leggen ->
zonder opnieuw een tweede fase
o De tenuitvoerlegging van de wettelijke actie; personele executie
Manus iniectio (handoplegging); de schuldenaar was machteloos
geworden nu de schuldeiser de hand op de schouder kan leggen
Door een wettelijke actie ten overstaan van het magistraat
wanneer de schuldenaar niet nakwam en de executoriale titel ten
uitvoer gelegd moet worden
Men bond (ligare) zich in de Romeinse tijd letterlijk aan de verbintenis
(obligatio), dit boeien door de schuldeiser was slechts geoorloofd o.g.v.
executoriale titel
Men kon de schuldenaar nu ook echt boeien en in zijn kelder
opsluiten
Als na 3 weken nog niemand het vonnis van de schuldenaar
had voldaan
Formulastelsel (wereldrijk) -> nog enige burgerlijke vrijheid
o Overgang van wettelijke actie naar formulaproces;
Leges Iuliae iudiciariae; afschaffing van de wettelijke acties door deze
wetten van Julius
Het nieuwe formulaproces berustte ook op de wet en is dus ook wel het
wettelijke geding genoemd – iudicium legitimum
Slechts de algemene voorwaarden waaraan het proces moest
voldoen, wilde het een wettelijke proces zijn
De drie voorwaarden (die voldoende waren);
De partijen moesten Romeins burger zijn -> een lex bond immers
slechts Romeinse burgers
Proces moest plaatsvinden in de stad Rome
Het vonnis moest gewezen worden door één rechter en binnen
anderhalf jaar nadat het geschil aan hem was voorgelegd
Verhouding tussen de lex en het imperium;
Lex kon een inbreuk maken op het imperium
Praetor had echter de bevoegdheid op grond van zijn imperium
wetten corrigeren wanneer zij onbillijk waren of regels in het
leven roepen als de wet daarin niet voldeed
Processen die liepen bij de praetor bleven slechts gelden ten tijde
van het imperium van de praetor, dus voor één jaar
o Het formula- / normale proces; iudicium ordinarium
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller leontiencombee. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.62. You're not tied to anything after your purchase.