Hoofdstuk 1 Macronutriënten
1.1 Energie
- Belangrijkste functie van voeding is het leveren van energie (brandstof)
Macronutriënten = Eiwitten, koolhydraten en vetten
- Lichaam heeft dagelijks grote hoeveelheden nodig (gram per dag).
Koolhydraten en vetten
- Voorziet lichaam van energie
o Warm blijven, lichamelijke activiteiten, hersenactiviteiten en lichamelijke processen
Eiwitten
- Bouwstoffen voor alle soorten weefsels, voor onderhoud en opbouw van het lichaam
o Spieren, organen, bloed en de botten
- Voorziet lichaam van energie
Warmte- energie
Eenheid: joule (J) 1 kcal = 1000 calorieën
In de voedingsindustrie: calorie (cal) 1 kcal = 4,186 kilojoule (kJ), afgerond 4,2 kJ
- Gebruik gemaakt van kilocalorie (kcal) Kcal -> kJ: vermenigvuldigen met 4,185
1.1.1 Energetische waarde
Energetische waarde = hoeveelheid energie (kcal) die een product levert.
Bepaald door totale hoeveelheid energie geleverd door alle micro- en macronutriënten
Eiwitten en koolhydraten 4 kcal (17kJ) per gram
Vetten 9 kcal (38kJ) per gram
Energetische waarde berekenen
- Aantal gram koolhydraten, eiwitten en vetten bepalen
- Aantal gram vermenigvuldigen met aantal kcal per gram per stof
Voorbeeld:
80 gram eiwit x 4 kcal = 320 kcal
275 gram koolhydraten x 4 kcal = 1100 kcal
60 gram vet x 9 kcal = 540 kcal --------------------
Totaal 1960 kcal
Lichaam wordt niet dik van vet of koolhydraten. Meer energie (kcal) binnenkrijgen dan het verbruikt, dan
neemt lichaamsgewicht toe.
Energieprocent/ energie%
- De door de Nederlandse Gezondheidsraad geadviseerde hoeveelheid macronutriënten dat het
lichaam binnen zou moeten krijgen
- Aandeel dat voedingsstof levert aan de totale energie-inname
- 10 energieprocent vet = tien procent van totale hoeveelheid kcal afkomstig uit vet
Energieprocent uitrekenen
Vrouw eet 2000 kcal per dag, 10 energieprocent komt uit verzadigd vet, hoeveel gram verzadigd vet mag ze eten?
2000 kcal : 10 energieprocent = 200 kcal verzadigd vet. 1 gram verzadigd vet levert 9 kcal dus 200:9 = 22 gram verzadigd vet
1.2 Eiwitten
- Stikstofverbindingen opgebouwd uit aan elkaar gekoppelde aminozuren
- Aminozuren zijn de bouwstenen van een eiwit
Peptidebinding = Koppeling tussen 2 aminozuren
, Peptide = Eiwit bestaande uit 10 tot 100 aminozuren
Eiwitten = ketens van meer dan 100 aminozuren
22 aminozuren: 13 niet-essentiële en 9 essentiële aminozuren
Niet - essentiële aminozuren
- Aminozuren die het lichaam in voldoende mate kan Alanine Glutaminezuur
Arganine Glycine
maken uit andere aminozuren
Asparagine Hydroxyproline
Asparaginezuur Proline
Cysteïne Serine
Cystine Tyrosine
Glutamine
Semi- essentieel
- Bij bepaalde ziektebeelden kan de aanmaak van 6 niet – essentiële aminozuren tekortschieten.
- Aanvulling via voeding noodzakelijk
Essentiële aminozuren Fenylalanine Methionine
- Aminozuren die via de voeding ingenomen worden Histidine Threonine
Isoleucine Tryptofaan
Leucine Valine
1.2.1 Functies van eiwitten Lysine
Proteïne = andere naam voor eiwit
- Lichaam volwassene bestaat uit 12kg eiwit
Functies van eiwitten
Bouwstof (opbouw en onderhoud lichaam)
- Bouwstoffen voor alle soorten weefsel, zoals spieren, organen, bloed en botten
- Voorziet lichaam van energie
- Opbouw van spier- en botweefsels
- Groei van het lichaam
- Vernieuwen van lichaamscellen
- Transport van stoffen binnen en buiten de cellen
- Verschillende eiwitten als neurotransmitter (boodschapperstof in de hersenen) of voorloper
- Verschillende eiwitten als hormonen of voorloper
Brandstof
- Energiebron als lichaam onvoldoende koolhydraten en vetten binnenkrijgt.
Enzymen = eiwitten die een rol spelen bij stofwisseling
- Helpen bij het omzetten van stoffen zonder hierbij zelf te veranderen
- Bij de spijsvertering veel enzymen
Antistoffen = eiwitten die een rol spelen bij de bescherming en afweer in het lichaam
Lichaamseigen eiwitten
- Aminozuren uit de voeding worden tijdens de vertering in de maag en darmen omgezet naar een
lichaamseigen eiwit.
- Vast aminozuurpatroon bestaande uit essentiële en niet-essentiële aminozuren
Lichaamscellen = voortdurend vernieuwd. Lichaam breekt eiwit af en vervangt dit door nieuw eiwit.
- Spieren, organen en botten bestaan uit eiwitten
- Haren, nagels en huidschilfers bevatten kleine hoeveelheden eiwitten
1.2.2 Bronnen van eiwitten
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller liisanne. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.35. You're not tied to anything after your purchase.