100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Colleges Klinische Chemie en Pathofysiologie $5.35
Add to cart

Class notes

Colleges Klinische Chemie en Pathofysiologie

 9 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Een samenvatting van alle colleges van Klinische Chemie en Pathofysiologie uit master jaar 1 Farmacie.

Preview 4 out of 83  pages

  • November 9, 2022
  • 83
  • 2022/2023
  • Class notes
  • Unknown
  • All classes
avatar-seller
Klinische Chemie en Pathofysiologie
Introductie – Enzymen en eiwit markers
Chemie voor medische doeleinden.
• 24/7 open

Diabetes en nier → 3 uur

4 okt ma 10 okt voor tt (oud tt oefenen)

Afkapgrenzen diabetes en troponine (welke grens hartinfarct uitsluiten)

Klinische chemie: lichaamseigen stoffen in lichaamseigen vloeistoffen.

Serum: gestold bloed → centrifugeert bloedkoek onderin, waterige deel over
• Geen anticouglantia (additieven)
• Schoner materiaal → minder eiwitten, stollingsfactoren verbruikt
• -: nastolling kan plaatsvinden
Plasma: bloed met middel om te zorgen dat het niet stolt (Heparine, EDTA, citraat)
• Veel snellere verwerking, nastolling kan NIET plaatsvinden
• WEL additief, kan storen in assay
• Stollingsfactoren aanwezig (kan storen in assays)
• Meer gebruikt in 24h setting

Plasma/serum specifieke eiwitten: albumine (colloid osmotische druk)
Enzymen van exocriene klieren: amylase, lipase
Cellulaire enzymen: transaminases ALAT, ASAT

Waarom komen niet-specifike eiwitten in het plasma voor?
• Verwachten dat alles een beetje lekt (fysiologisch, referentiewaarden op gebaseerd)
o Erythrocyten kapot, deel inhoud in plasma
In verhoogde conc:
• Verhoogde permeabiliteit → necrose
• Blokkade secretie route
• Inductie/overproductie van eiwitten

Uitscheiding eiwitten in plasma
1. Opname door weefsels (katabolisme)
2. Uitscheiding nieren (laag MW) → bepaling t1/2
→ Dynamische concentratie

Sensitiviteit: voor orgaan schade hangt af van de enzymactiviteit in een specifiek orgaan (in
vergelijking met normaal serum).
Specificiteit: voor orgaan schade hangt af van de enzymactiviteit in ANDERE organen.

Intracellulaire locatie van enzymen bepaald mate van lekken. Vrijkomen in circulatie wordt bepaald
door: afstand cel-capillair bloedvat; dikte basale membraan; MW.

Combinatie van bepalingen kan aanvullende informatie geven.

,Een vrijgekomen eiwit bereikt na necrose de bloedcirculatie, afhankelijk van: afstand cel-capillair;
dikte basaalmembraan (om weefsel).

3 fasen uitvoering lab: pre-analyse (tets selectie, bloedafname, transport en voorbewerking); analyse
(meting); post-analyse (rapportage, interpretatie, follow up).
• Meeste fouten in pre-analyse

Iedere buis → eigen additief
• Geen universele buis
Roze buis: EDTA buis (celmorfologie)

Celkleuren + additieven




Soms Na en Cl heel hoog → afname bij infuusarm die behandeld wordt met NaCl.

Wanneer sprake patiënt verwisseling? → Alleen wanneer eerdere uitslagen, delta alarm
• Kritische bepalingen (vaststellen bloedgroep) → 2x

Soms hemolyse: inhoud erythrocyten plasma
• LDH, K, ASAT, foliumzuur omhoog
• Specifieke geneesmiddelen neemt plasmaconcentratie toe
• Geen correctie mogelijk
• Invloed kleurreacties; enzymatische reacties door interferentie van intracellulaire stoffen

Bij plasmabepalingen → kijken naar name hemolyse; icterie (biliburine); lipemie (vet)
• Kwantitatieve screening
• Boven bepaalde grenswaarde?

Interferentie door medicatie
• Fysiologisch (anti-stolling) → verlengde APTT (bedoeling)
• Analytisch → biotine: storing assays
• Combinaties → kreatinine assay (bij paracetamol intox → NAPQI)
o Nierschade dus fysiologisch kreatinine verhoogd
o Interfereert in assay dus analytisch kreatinine verlaagd

Sandwich principe: grotere deeltjes detecteren
• 2 verschillende antilichamen (complex): binden aan elkaar

,Competitief principe:




Referentiewaarden voor volwassenen:
• Hangen ook samen met analysemethoden; temperatuur; antilichaam

Referentiewaarde = 95% CI

Bespreken aantal bepalingen en toepassingen in de klinische chemie.
• Hartinfarct
• Hartfalen
• Ontsteking
• Leverschade
• Acute pancreatitis
Reden verhoging: necrose; blokkade; overproductie/inductie enzymen of eiwitten?

, 1. Hartinfarct
Tnt < 14 ng/l

Troponine: speelt rol bij spiercontractie en relaxatie.
• Skelet- en hartspierweefsel
• NIET in gladde spier
3 subunits: C, I, T.
• Voor hartschade: I en T → bepaald met immunoassay

Hartinfarct type 1 → scheuren van plaque in ader
• Bloed in lipide kern (vat verstopt) → bloedstolsel
Wanneer er een ACUTE toename is in troponines OF een daling in troponine.
• Wanneer 1 waarde boven 99% van normaal komt
• EN, wanneer klachten; ECG-afwijking.

Hartinfarct type 2 → te kort zuurstof
Wanneer er een ACUTE toename is in troponines OF een daling in troponine.

Duurt even voordat marker aantoonbaar is in bloed.
• Direct na ontstaan klachten monster → lage waardes
• Met high sensitivity troponin assay → snel uitsluiten
• Vaker diagnose type 1 (acuut vs chronische schade)




Alleen opnieuw meten wanneer achteraf kans te vergroten of te verlagen.
→ Wanneer hoge verdenking DIRECT BEHANDELEN
• Laag/gemiddelde kans her meten

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller eliselammers. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.35
  • (0)
Add to cart
Added