Histologie samenvatting van alle colleges inclusief computerpracticum links. Denkvragen die tijdens de colleges werden gesteld zijn ook genoteerd en beantwoord.
Oculair = bovenste lens van de microscoop waar je doorheen kijkt (lens dichtst bij het oog)
Objectief = de lens die het dichtstbij het preparaat is, de meeste microscopen hebben 3-4 objectieven
met verschillende vergrotingen (B.v. 4X, 10X, 40X & 100X)
Condensor = bundelt het licht voor optimale belichting van het preparaat. De opening van de
condensor kan verandert worden. Meer of minder licht wordt doorgelaten, het microscopisch beeld
wordt lichter of donkerder. Zie http://zeiss‐
campus.magnet.fsu.edu/tutorials/basics/condenseraperturefunction/indexflash.html
Field Diaphragm = De opening van het diafragma kan vergroot en verkleint worden → Het
microscopisch beeld wordt ook kleiner of groter. Zie http://zeiss-
campus.magnet.fsu.edu/tutorials/basics/fielddiaphragm/indexflash.html
Weefsel inbedden en snijden
Denkvraag: Voor welk soort weefsels kan EtOH dehydratie voor een afwijkend beeld van het weefsel
zorgen? Membranen en vetweefsel in het algemeen (ethanol lost vet op)
Fixatie:
- Het fixatief maakt cross-links in de molecuulstructuur van eiwitten
Formaldehyde (fixatief voorbeeld)
-vaak gebufferd (in zure omgeving vervalt formaldehyde snel tot forminezuur)
-soms in een isotone (saline) oplossing van 37% → zelfde zoutpercentage als lichaam
,Fixeren kan op twee manieren
1) Immersiefixatie
-weefsel wordt in een bakje met fixatief gelegd voor een aantal dagen
2) Perfusiefixatie (alleen in proefdieren)
-Door de aorta wordt eerst een zoutoplossing (buffer) om al het bloed te verwijderen heen
gestroomd, en vervolgens de fixatievloeistof
Denkvragen:
1. Waarom snijd je het weefsel in kleine stukken voor immersiefixatie? Buitenkant wordt eerder en
langer gefixeerd dan de binnenkant, je wilt dat het weefsel zo egaal mogelijk gefixeerd wordt dus
moeten er kleine stukken gebruikt worden.
2. Wanneer zou je voor immersiefixatie kiezen en wanneer voor perfusiefixatie?
Immersiefixatie= wanneer je autopsie materiaal wilt onderzoeken (b.v. kankerweefsel)
Perfusiefixatie= Je kan de vloeistof door heel het lichaam laten stromen, fixatievloeistof komt zelfs
in de haarvaten → egale fixatie. Mooier resultaat
Inbedden:
1) Dehydratie: water lost niet op in vet (paraffine)
- Door het weefsel in oplopende concentraties van EtOH te leggen tot het weefsel in 100%
ethanol ligt en al het water uit het weefsel verwijdert is .
2) Clearing: EtOH wordt vervangen door organisch oplosmiddel (xyleen)
3) Infiltratie: Weefsel komt in bad van gesmolten paraffine
- Paraffine dringt diep het weefsel binnen
4) Embedding: Paraffine is afgekoeld → wordt vast, en weefsel is ingebed
, Snijden:
-Sledemicrotoom (apparaat)
3-10 µm dunne coupes
Denkvraag: Waarom heb je dunne plakken van het weefsel nodig? Wanneer onder de microscoop
moet het licht erdoorheen kunnen vallen
Snijden kan misgaan:
Oriëntatie weefsels: 3D naar 2D
-Vlak waarin je snijdt is erg belangrijk
Kleuren
Doel = specifieke weefseltypen/eiwitten zichtbaar maken
Grofweg twee technieken om weefsels te kleuren:
1) Histochemie:
• Chemisch
• Hematoxyline en eosine (HE) kleuring
• Periodic acid-Schiff reaction (PAS) kleuring
, • Sudan Black (vetten)
• Metal impregnation (vezels in bijv. zenuwweefsel: Golgi-stain)
2) Immunohistochemie
• immunologisch
Denkvraag: Wat moet er met de coupes gebeuren voor je er een kleuring (=waterige oplossing) op
gaat uitvoeren? Paraffine moet je weer kwijt voor de kleuring er op uitgevoerd kan worden, de
techniek moet andersom uitgevoerd worden → tot je weer in water zit
Hematoxyline en eosine (HE):
Hematoxyline (paars/blauw)
- Basische kleuring, dus kleurt basofiele (=‘zure’) celcompenenten, o.a.:
• DNA (nucleus)
• RNA-rijke region’s in het cytoplasma
• Matrix in kraakbeen
Periodic Acid-Schiff (PAS):
-Schiff’s reagent reageert met de hexose-ringen van polysacchariden → van kleurloos naar intens
rood.
• O.a. muceus weefsel (slijm)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller dorinesuvaal. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.90. You're not tied to anything after your purchase.