Vennootschapsrecht
1 De bronnen en structuur
Wetgeving: het wetboek van Vennootschappen en verenigingen.
Intreding 1 mei 2019
Alle vennootschappen moeten tegen 31 december 2023 aan de nieuwe regels voldoen.
Structuur:
2 Algemene bepaling boek 1
Begrip vennootschap:
Rechtshandeling (wel bewust gedaan met juridische gevolgen)
Één of meer personen
Inbreng doen
Uitoefeningen van een activiteit tot voorwerp
Rechtstreeks of onrechtstreeks vermogensvoordeel uit te keren
Begrip verenging:
Overeenkomst
Twee of meer personen, leden
Belangeloos doel
Activiteit tot voorwerp
GEEN vermogensvoordeel uitkeren
Begrip stichting:
Geen leden
Rechtshandeling
Een of meer personen
, Belangeloos doel
Van activiteit tot voorwerp
GEEN eigenvermogensvoordeel uitkeren
2.1 Materiele geledigsheidsvereisten voor vennootschapscontracten:
1. Een rechtshandeling-meerhoofdig-eenhoofdig
2. Inbreng
3. Voorwerp-nauwkeuring omschreven activiteit
4. Rechtstreeks of onrechtstreeks vermogensvoordeel
2.1.1 Een contract-meerhoofdigheid-eenhoofdigheid
Een vennootschap, vereniging of stichting ontstaat altijd door een contract. Dit moet aan 4
voorwaarden voldoen:
1. De geldige toestemming
2. Bekwaamheid
3. Voorwerp
4. Oorzaak
2.1.2 Inbreng = Aandelen
De inbreng kan bestaan uit 3 opties: geld, natura en nijverheid.
Geld= geld inbrengen in de vennoot
Natura= lichamelijke of onlichamelijke goederen zoals een huis, auto.
Nijverheid= is arbeid verrichten in de vennoot om zo aandelen te krijgen
2.1.3 Voorwerp-welbepaalde activiteit/doel
De vennootschap wil vooral naar winst streven, door economische activiteiten uit te oefen
zoals: voorwerpen verkopen, diensten verlenen.
Een vereniging of stichting wil vooral hun doen financieren en heeft geen winstoogmerk
zoals: WWF, stichting tegen kanker….
2.1.4 Rechtstreeks of onrechtstreeks vermogensvoordeel
Vennootschap: de winst gaat naar de leden
Vereniging en stichting: gaat de winst naar het doel en niet naar de leden
Persoon staat centraal Het kapitaal staat centraal
De maatschap NV
De VOF En kan ook BV
Fe commv
BV
2.3.3 Overdracht van vennootschap titels
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sheilavd. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.36. You're not tied to anything after your purchase.