Atoom model van Dalton: een atoom is een massief bolvorming deeltje en er zijn
20 verschillende atomen.
Atoommodel van Rutherford:
- geen massieve bolletjes, atomen bestaan uit nog kleinere deeltjes
protonen (p) geladen
neutronen (n) ongeladen
elektronen (e ) geladen
-
Plaats:
Protonen en neutronen zitten dichtbij elkaar in de atoomkern. Elektronen vormen
een elektronenwolk aan de buitenkant van het atoom.
Aantallen:
Een atoom is ongeladen – evenveel positieve als negatieve lading (p = e -). Elk
atoom heeft een vast aantal protonen en elektronen. Het aantal protonen wordt
aangegeven door het atoomnummer. De som van protonen en neutronen is het
massagetal.
Atoommodel van Bohr
- elektronenwolk heeft een bepaalde structuur
- hij deelde de elektronenwolk op in banen schillen
1 schil
e
K-schil 2 elektronen
2 schil
e
L-schil8 elektronen
3 schil
e
M-schil 18 elektronen
Isotopen – atomen met hetzelfde aantal protonen, maar verschillende aantal
neutronen. Noteren als: symbool-massagetal.
2.3 Het periodiek systeem
Het periodiek systeem is een systeem waarin alle atoomsoorten zijn
gerangschikt naar oplopend atoomnummer. Horizontale perioden en verticale
groepen. De atoomsoorten van elementen die op elkaar lijken staan in één
groep ze hebben stofeigenschappen die op elkaar lijken.
Eerste groep alkalimetalen
Tweede groep aardalkalimetalen
Zeventiende groep halogenen
Achttiende groep edelgassen
, 2.4 Ionen: deeltjes met een lading
Ionen – deeltjes met ene positieve of negatieve lading. Positieve ionen en
negatieve ionen trekken elkaar sterk aan.
Tijdens een chemische reactie verandert de samenstelling van de atoomkern
nooit. De samenstelling van de elektronenwolk kan welk veranderen: er kunnen
elektronen worden afgestaan of opgenomen. Atomen uit de groepen 1, 2, 13 en
15tm/17 zorgen er dan voor dat hun buitenste schil lijkt op een schil van een
edelgas edelgasconfiguratie.
Positieve ionen – een atoom met een positieve lading meer protonen in zijn
kern dan elektronen in zijn elektronenwolk; heeft elektronen afgestaan.
Negatieve ionen – atomen met een negatieve lading meer elektronen in de
elektronenwolk dan protonen in de kern; heeft elektronen opgenomen.
De elektrovalentie komt overeen met het aantal elektronen dat een atoom
opneemt of afstaat om een ion te worden. Metalen hebben een positieve
elektrovalentie (staan elektronen af). Niet-metalen hebben bijna altijd een
negatieve elektrovalentie (nemen elektronen op).
De naam van een positief ion is vaak de naam van het metaal+ion. De naam van
een negatief ion is vaak de naam van het niet-metaal+ide.
Zouten zijn opgebouwd uit positieve en negatieve ionen: metalen en niet-
metalen.
De atoommassa is de grootheid die voor hele kleine deeltjes, zoals protonen,
wordt gebruikt. De bijbehorende eenheid is u atomaire massa-eenheid.
De massa van een proton is gelijk aan de massa van een neutron; 1,0 u.
De massa van een elektron is te verwaarlozen; ± 0,0 u.
De relatieve atoommassa is de gemiddelde atoommassa van het
isotopenmengsel zoals dat in de natuur voorkomt Ar
Ionmassa is gelijk aan de massa van het atoom waaruit het ion is ontstaan.
Molecuulmassa, Mr, is gelijk aan de som van de massa’s van atomen waaruit
het molecuul bestaat.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mariekedriessen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.