Reumatologie
reu·ma·to·lo·gie
zelfstandig naamwoord • de v • g.mv.
1 medisch wetenschap die zich bezighoudt met de reumatische ziekten
Reuma
reu·ma
zelfstandig naamwoord • de v & het • g.mv.
Latijn rheuma - Grieks reuma [stroom, een ziekteverwekkende vloeistof]
1 verzamelnaam voor een groot aantal aandoeningen aan het bewegingsapparaat die niet
veroorzaakt worden door ongeval of blessure
= reumatiek
• chronische reuma
chronische ontsteking van het kapsel van kleine gewrichten, vooral van de hand (reumatoïde
artritis)
het gaat over de gewrichten maar het is meer dan dat
ook de huid, knieën, longen, hart, witte vingers = het gaat verder
we hebben een evolutie mee gemaakt ; vroeger waren er weinig mogelijkheden voor
behandeling, hooguit een basis medicatie. Vandaag de dag kunnen we het
controleren, zorgen dat je er weinig/ niets van merkt
het is een multidiscipilnaire discipline ; teamwork ( een heel netwerk )
Visie van patiënten
• Coachende rol
• Promoten en bevorderen van fysieke activiteit bij inflammatoire aandoeningen
• Wegnemen van barrières/drempels (educatie, motiverende gespreksvoering, focus
op bewegingsangst, angst voor meer schade)
• Opstellen van plan van aanpak
Visie van kinesitherapeut
• Inzicht in pathogenese
• Inzicht in de verschillende behandelingen
➔ Patiënten stellen veel vragen, vertrouwensband!
• Metabool ACTIEF weefsel à continue re-modelling doorheen het ganse leven
• Grote diversiteit aan celtypes
EIGENSCHAPPEN dat een bot nodig heeft
• Hard: resistent tegen weerstand (vb schedel: bescherming hersenen) vs
flexibel: absorptie van energie door deformatie
• Te hard/te flexibel à microfracturen à fractuur
• Licht à beweging mogelijk maken
• Herbergen van hematopoëtische cellen
hematopoëtische cellen = cellen die bloed aanmaken
• Calciumdepot
Macroscopische organisatie
• Axiale skelet (wervels – pelvis – schedel- sternum) vs appendiculaire skelet/lange
beenderen
• Corticaal bot ( = rand ) (parallelà rigide)) vs trabeculair bot (geweven – poreus à
veer, vormverandering en energie-absorptie, vb wervel)= spongeous bot ; veel beter
krachten opvangen en ergeie absorberen
• Lange beenderen:
• Epifyse (trabeculair bot)
• Metafyse (groeiplaat)
• Diafyse (corticaal bot)
• Endosteum – Periost (zenuwen –
bloedvaten – lymfevaten)
• Korte, platte beenderen: corticaal bot rond trabeculair bot
Microscopische organisatie
• Corticaal bot:
• Osteon = cilindrische structuur die minerale matrix (lamellen) + osteocyten
bevat met centraal een kanaal met bloedvaten
osteocyten = botcellen
• Parallel met de lange as van het bot
• Trabeculair bot: 3D network, open naar beenmerg
• Extracellulaire matrix: (~ flexibiliteit)
= eiwitten die er tussen zitten buiten de cellen
• 90% type I collageen ( = belangrijkste type )
• Andere proteïnen: proteoglycanen, osteocalcin, osteonectin
• Groeifactoren
• Calciumhydroxyapatiet: tussen de colageen-lamellen
à mineralisatie (~ stijfheid en dus sterkte)
3
, 3 soorten cellen
Osteoblasten = maken bot aan
Osteoclasten = breekt altijd af
Osteocyte = osteoblasten worden
omgezet naar osteocyte
Blasten en clasten zijn maar met
weinig/ minder maten aanwezig
1. Fysiologie : ( Re- ) modelling
Modelling = constructie = aanmaak: meer aanmaak hebben dan je afbreekt = ontkoppeld
proces
• Tijdens de groei - in utero periode tot adolescentie
• Chondrocyt differentiatie – matrix synthese –
calciumdepositie
• Verandering van grootte en vorm
• Formatie en resorptie ontkoppeld
• Groei: periost (breedte) – endochondrale ossificatie thv groeiplaat (lengte)
• Resorptie noodzakelijk voor beenmerg-caviteit
Re- modelling = re- constructie
• Tijdens volwassen leven
• Resorptie van oud bot en formatie van nieuw bot
• Vorm blijft behouden
• Resorptie (osteoclasten - 3 weken) gaat botformatie (osteoblasten – 3à4 maanden)
vooraf; gekoppeld fenomeen
➔ à cyclus van 90-130 dagen
Noodzakelijk voor:
• Gezond bot , herstel van ‘microdamage’, bot-
architectuur aanpassen aan de ‘mechanical load’
• Bron van calcium voor calcium homeostase
Bot is levend weefsel
Dynamisch proces
2. Piek- botmassa
Piek-botmassa (PBM; ‘peak bone mass’)= hoeveelheid bot opgebouwd op het einde van de
groei van het skelet (25j) – nadien botverlies gedurende de rest van het leven
• Bepaalt de rest van het leven het risico op fracturen, cruciaal!
• Botmassa = PBM – botverlies (door veroudering, menopauze,…)
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Anne2701. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.77. You're not tied to anything after your purchase.