1. Oudheid................................................................................................................................................. 2
1.1 Structurele uitdagingen ........................................................................................................................ 5
1.3 Militaire architectuur .................................................................................................................................... 7
Woonhuizen in klassieke Griekse stad ................................................................................................................ 9
Wonen in Romeinse stad .................................................................................................................................. 10
Nabloei van de antieke stad en architectuur .................................................................................................... 10
Erfenis? ............................................................................................................................................................. 12
3. Middeleeuws stedelijke context .......................................................................................................... 16
Middeleeuwse stadsontwikkeling ..................................................................................................................... 16
Europese stadsgroei in Vroege Middeleeuwen ........................................................................................... 16
Kenmerken van de stad in Vroege Middeleeuwen in Nederlanden (7de – 10de eeuw) ............................. 17
Typologie ..................................................................................................................................................... 17
Ontwikkeling en bloei van middeleeuws stedensysteem in 11de – 13de eeuw ......................................... 17
Stedelijk netwerk rond 13de eeuw .............................................................................................................. 18
Ongelijke spreiding ...................................................................................................................................... 18
Morfologie middeleeuwse steden ............................................................................................................... 18
Nieuwe stadsstichtingen .............................................................................................................................. 19
Sociale structuur en inrichting van middeleeuwse stad .............................................................................. 20
Middeleeuwse crisisfase 14de-15de eeuw .................................................................................................. 20
5. Renaissance en Barok .......................................................................................................................... 26
Wijzigend wereldbeeld ................................................................................................................................ 26
Ontwerp vs constructie................................................................................................................................ 26
Renaissance ................................................................................................................................................. 28
Lage landen .................................................................................................................................................. 30
17de – 18de eeuw, naar een Barokke architectuur........................................................................................ 31
Nieuwe stedelijke fenomenen ..................................................................................................................... 31
1
, 1. Oudheid
Griekse en Romeinse bouworden: Dorisch, Ionsich, Corinthisch
à kapitelen
Dorische orde
- Grotere zuilen
- Geen basis (geen sokkel onderaan)
- Zuilschacht versmalt naar boven toe
à estetisch en structureel: doordat beneden breder wordt kunnen de
krachten beter worden afgedragen naar het maaiveld
- Gecannuleerde (groef) zuil
- Eenvoudig kapiteel, geen decoratie
Ionische orde
- Slankere zuilen dan dorische
- Basis of tokkel
- Voluutvormig (spiraal/ krul) kapiteel
Corinthische orde
- Meest geornamenteerde zuilenorde
- Hoge zuilenbasis
- Kapiteel gedecoreerd met acunthusbladen
2
, Genderconnotatie bij Viturvius:
Corintisch wordt gezien als
- Fris
- jong
- levendig
Dorisch als
- Mannelijk
- Robuust
Ionisch als
- Natuur
- Vrouw
Hoofdgestel portiek in klassieke architectuur:
Fronton = bekroning van een gevel, venster of ingang naar klassieke
trant door driehoekig/ segmentvormig lichaal
Timpaan = driehoekig gevelveld tussen kroonlijst en schuin oplopende
daklijsten ve gebouw
Kroonlijst = bovenste uitspringende lijst van hoofdgestel
Fries = in KA, het horizontale deel tussen kroonlijst en architectraaf. In
HA een horizontale band met schilder en beeldhouwerk
guttae
Architectraaf = hoofdbalk, onderste gedeelte van hoofdgestel
Kapiteel (dorisch) = kopstuk ve zuil, gedragen last op smaller draagvlak
over te brengen
C = dekplaat B = hals
Zuil = pijler, vrijstaand dragend bouwdeel waarvan de horizontale
snede een cirkel is
Kroonlijst in hedendaagse architectuur: geornamenteerde deklijst boven een muur,
bouwonderdeel
3
,Guttae: versiering bij Dorische orde/ druppel
Trigliefen: verticale versiering in de fries
Metopen: vlakken tussen de trigliefden
Grondplan Parthenon: rechthoekig
grondplan, met peristyle
- Peristyle: zuilenrij rond het centrale gedeelte van een tempel of rond een
binnenplaats
- Vestibule: inwendig portaal
Basisfuncties zijn:
- Schatkamer : bewaring giften aan priester
- Cella : plaats voor de verering van de goden
4
,Erechteion
Basisvolume: tempel met dubbele cella
Noordelijk volume: toegang ot cella en bibliotheek
Zuidelijk volume: tribune met karyatide
Karyatide = zuil in vorm van een vrouwenlichaam
Atlant = zuil in vorm van mannenlichaam
1.1 Structurele uitdagingen
A. Tongewelf
= gewelven met een eenvoudig, halfrond dwarsprofiel ondersteund
door evenwijdige muren of arcades
à voordeel: grote draagkracht
à nadeel: kleinere raamopeningen door grote dikte van muren
Het Colosseum is gebouwd uit Romeins beton, kalk-, tuf- en bakteen die
bekleed werd met een parament in travertijn, deze werden aan elkaar
bevestigd met ijzer. Een groot aantal zitplaatsen, muurbekledingen en
ornamenten werd uitgevoerd in marmer.
B. Bogen en bogenrijen
Colosseum, Rome vanaf 70:
- 3 rijen van 80 bogen die worden gescheiden door halfzuilen onderaan in Dorisch,
midden Ionisch en boven Corinthische kapitelen
5
, - Bestaat uit Romeins beton, kalk-, tuf- en baksteen, bekleed met parament in
travertijn
- Meeste zitplaatsen, muurbekleding en ornamenten uitgevoerd in marmer
- 1ste rij bogen bestaat uit kalksteen, 2de en 3de bogen uit rode baksteen
C. Kruisgewelf
= Opgebouwd uit 2 tongewelven die elkaar loodrecht snijden
Vb: Basicilica, Rome 4de eeuw
= gebouw dat als hal werd opgetrokken met verschillende functies, in 1ste instantie niet
religieus
- Rondbogen, ton- en kruisgewelven
- Rechthoekig grondplan, hoger schip met 2 lagere zijbeuken
- Verhoogd middelste schip met lichtbreukramen
- Functie: rechtspraktijk en handel
- Toegang langs langse zijde want die komt uit op forum
en biedt zo toegang
D. Koepel
Vb: Pantheon, Rome 2de eeuw
à Tempelfunctie: Pantheon betekent gewijd aan de goden
Deze tempel bestaat uit:
- Portico (toegangsgeboud)
- Centraal bouw als religieus gebids ruimte
- Licht via zenitaal licht
- Koepel ontworpen op basis van perfecte bol 43,3m
- Hoe hoger in het gebouw, hoe lichter de material zijn die
werden gebruikt
Oculus = ronde opening in kruin van gewelf
6
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller meno3. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.77. You're not tied to anything after your purchase.