Zelf een 9 gehaald op de eerste kans van 25 oktober 2022, mede door dit document. Het is een samenvatting van de voorgeschreven stof van het boek, maar ook de hoorcolleges zijn in het document verwerkt. Ik heb dit gedaan in schematische vorm, zodat je alles per onderwerp bij elkaar hebt en weet wat...
Jeugdrecht samenvatting boek en hoorcolleges 2022
Demi Altena
Week 1: Inleiding en minderjarigheid
H1: Introductie
Algemene intro.
H2: De minderjarige: naam, nationaliteit, afstamming en adoptie
Geboorte, art. 7 IVRK
o Binnen 3 dagen na de geboorte bij de ambtenaar van de burgerlijke stand, art. 1:19e lid 6 BW.
o Geen aangifte doen is een strafbaar feit.
o Art. 1:2 BW: een ongeboren kind kan aangemerkt worden als reeds geboren, als zijn belang dat vordert.
Er moet dan sprake zijn van een zwangerschap en het kind moet levend ter wereld komen.
o Een kind kan een schadevergoeding verzoeken wegens een onrechtmatige handeling van
bijvoorbeeld het ziekenhuis, als hij met afwijkingen is geboren wegens een fout van een arts of
het ziekenhuis.
o Het is ook mogelijk voor de geboorte al de maatregel van kinderbescherming uit te spreken.
Geslachtsnaam, art. 7 IVRK
Er is een nieuwe regeling waaruit volgt dat de ouders kunnen kiezen welke van hun beider
geslachtsnaam ze geven, art. 1:5 BW.
o Binnen het huwelijk: de ouders kunnen kiezen. Binnen 3 dagen moet dit worden bepaald. De
naamkeuze kan al enige tijd voor de geboorte worden gedaan (wat handig is vanwege de
verschijningsplicht). De keuze is bindend t.a.v. alle opvolgende kinderen – tenzij het eerste
kind ongeboren ter wereld komt. Als de ouders geen keuze maken krijgt het kind de naam van
de vader.
o Buiten het huwelijk geboren: het kind krijgt dan in beginsel de naam van de moeder. Een
keuze voor de vader of duomoeder kan enkel als het kind door die persoon wordt erkend.
Erkenning kan ook op een later moment, waardoor de achternaam dan alsnog aangepast kan
worden.
o Adoptie: de adoptiefouders bepalen welke naam het kind zal dragen.
o Gerechtelijke vaststelling: in beginsel houdt het kind de naam van de moeder. De ouders
kunnen anders bepalen.
Rechtspositie minderjarige: als een kind 16 jaar is op het moment dat de naamkeuze gemaakt kan
worden (vanwege erkenning, GVO of (stief)ouderadoptie, dan mag hij de keuze zelf maken, art. 1:5 lid
7 BW.
Wijzigen geslachtsnaam: in art. 1:7 BW staat hier meer over. Het verzoek kan worden gedaan door de
wettelijke vertegenwoordigers van een minderjarige. Dit kan wel alleen worden gedaan als diegene een
bepaalde aaneengesloten periode is verzorg en opgevoegd door degene wiens naam hij gaat dragen. Bij
een minderjarige van <12 geldt een termijn van 5 jaar, voor een minderjarige van >12 is het 3 jaar.
Voornaam
De voornaam is de naam die op de geboorteaangifte staat en in de geboorteakte wordt opgenomen. De ambtenaar
van de burgerlijke stand kan dit weigeren, als de voornamen ongepast zijn of overeenstemmen met bestaande
geslachtsnamen. Denk bijvoorbeeld aan de naam Rolls-Royce.
Wijzigen voornaam: de wettelijk vertegenwoordiger kan een wijzigingsverzoek indienen bij de
rechtbank van de woonplaats van de minderjarige.
Woonplaats, art. 1:12 BW
Een minderjarige heeft een afgeleide woonplaats, namelijk van die waar zijn gezagsdrager zijn woonplaats heeft.
Als er 2 gezagsdragers zijn die niet hetzelfde adres hebben, dan wordt de woonplaats gekozen van de
gezagsdrager waar hij feitelijk verblijft.
Nationaliteit
Kijk naar de Rijkswet op het Nederlandschap;
Van rechtswege: door geboorte, erkenning, adoptie of gerechtelijke vaststelling.
, Positie minderjarige: hij kan niet zelfstandig een verzoek indienen. Als hij 12 jaar of ouder is wordt hij
gevraagd zijn mening kenbaar te maken omtrent de verkrijging of medeverkrijging van de Nederlandse
nationaliteit. Dit horen vindt slechts op verzoek plaats.
a. Geboorte;
o Art. 3 Rwn. Bijvoorbeeld een kind dat uit een Nederlandse moeder wordt geboren in
Frankrijk.
b. Erkenning;
o art. 4 Rwn.
o HR stelt dat een erkenning door een Nederlandse man na de geboorte van het kind in
combinatie met het bewijs dat hij de biologische vader is, kan gelijkgesteld worden met
een GVV en deze erkenning heeft tot gevolg dat het kind de Nederlandse nationaliteit
verkrijgt.
c. GVO;
o Art. 4 lid 1 RwN: als het kind minderjarig is, en de persoon die als ouder wordt
aangewezen de Nederlandse nationaliteit heeft of verkrijgt op de 1 e dag na een periode van
2 maand te rekenen vanaf de dag van de uitspraak in 1e aanleg.
d. Adoptie;
o Art. 5 e.v. Rwn.
e. Door keuze;
o Art. 6 Rwn. In het artikel staan allerlei mogelijke situaties. Bijvoorbeeld als iemand wel
door een Nederlander is erkend, maar niet op grond van art. 3 of 4 Rwn Nederlander werd,
en het nu dus via een schriftelijke verklaring verzoekt.
f. Door naturalisatie.
o Art. 7 en 8 Rwn gaan hierover. Daar staan ook de eisen. In art. 9 staan gronden waarop het
verzoek kan worden afgewezen.
Verlies nationaliteit: at. 16 Rwn.
Juridisch ouderschap
De vader en moeder van een kind zijn geregeld in art. 1:197-199 BW. In de afdelingen daarna is geregeld hoe
het vaderschap ontstaan door een huwelijk of geregistreerd partnerschap is ontstaan, art. 1:200-202 BW. Dit kan
ook ten aanzien van het moederschap. In afdeling 3 staat hoe een kind kan worden erkend, en hoe deze
erkenning kan worden vernietigd. In afdeling 4 staat de gerechtelijke vaststelling van het ouderschap en in
afdeling 5 de inroeping of betwisting van iemands afstamming. In afdeling 6 staat een bijzondere regel van
procesrecht. Als een minderjarige in een afstammingsprocedure optreedt wordt hij vertegenwoordigt door een
bijzondere curator. Die wordt geacht het belang van het kind te behartigen. Meestal zal de benoeming
ambtshalve geschieden. De wettelijke vertegenwoordiger kan ook een verzoek hiertoe indienen, al is hij of zij
wel gebonden aan bepaalde termijnen. Het kind kan dan eventueel nog een verzoek indienen. De rol van de
bijzondere curator is die van de belangen van het kind vertegenwoordigen en hem ten processe
vertegenwoordigen. Hij kan ook namens het kind een verzoek tot ontkenning van het ouderschap indienen.
De moeder van een kind
Er zijn verschillende soorten moeders:
a. Geboortemoeder;
Degene uit wie het kind geboren wordt.
b. Juridische moeder (duomoeder);
Als een kind geboren wordt binnen het huwelijk of geregistreerd partnerschap leidt dat van
rechtswege tot moederschap van de echtgenoten of geregistreerd partner van de vrouw die het
kind baart. Er moet wel een verklaring worden overhandigd van de Stichting donorgegevens
kunstmatige bevruchting dat gebruik is gemaakt van sperma van een onbekende donor, art.
1:198 lid 2 onder b BW. Dat kan dus niet bij een bekende donor. Als de verklaring niet wordt
overlegd, kan de duomoeder nog wel het kind erkennen. Als dit ook niet lukt, dan heeft de
vrouw die ik voor het gemak wel even aanduid als duomoeder, een relevante rol door art.
1:253sa BW. Zij oefent wel het gezag uit met de geboortemoeder, tenzij het kind bijv. door de
spermadonor is erkend.
c. Draagmoeder.
Genetisch gezien is het kind van de draagmoeder, maar de bevruchting vindt plaats met behulp
van de inseminatie van sperma van de wensvader of donor. Ook is er hoogtechnologisch
draagmoederschap: de bevruchting vindt plaats buiten het lichaam van de draagmoeder: een
vooraf met de punctie bij de wensmoeder weggehaalde eicel wordt bevrucht met sperma van
, de wensvader en die embryo wordt in de baarmoeder van de draagmoeder geplaatst. Nederland
kent geen wettelijke regeling voor draagmoederschap. Het is niet verboden, maar het is wel
verboden om bijvoorbeeld via advertenties een draagmoeder te vinden of een bedrijf te laten
bemiddelen.
Kind geboren in Nederland: In Nederland is de vrouw uit wie het kind geboren wordt juridisch
de moeder. Om de familierechtelijke betrekking te verbreken, is adoptie nodig. Dit kan zelfs al
voor de geboorte van het kind. Na de geboorte kan het gezag dan nog worden gewisseld, art.
1:253c BW. Er wordt grote waarde gehecht aan het achterhalen van de draagmoeder en
identiteit van de donor, wat gebaseerd is op art. 7 en 8 IVRK.
o Voor adoptie is het nodig dat dit in het belang van het kind is, en er moet
gezagswissel plaatsvinden. Dat is nodig omdat de voorwaarde voor adoptie is dat de
draagmoeder niet langer belast is met het gezag. Er geldt ook een verzorgingstermijn
voor een jaar, al wordt hier wel wat soepeler mee omgegaan. Het kan dan echter nog
wel even duren voordat het kind geadopteerd kan worden.
o Als de draagmoeder gehuwd is, ontstaat ervan rechtswege ook een juridische vader.
Nadat het kind is geboren moet er een bijzondere curator worden aangewezen. Er
moet dan een gegrondverklaring van het vaderschap van de draagvader worden, art.
1:200 BW. De bijzondere curator kan in het verzoekschrift waar hij dat vraagt ook de
vaststelling van het vaderschap, de overdracht van het gezag en adoptie verzoeken.
Als dit allemaal wordt gedaan, zijn de wensouders ook de juridische ouders.
Kind geboren in het buitenland: het recht van het betreffende land is in beginsel bepalend. Op
een gegeven moment komen de ouders met het kind naar Nederland. Op de geboorteakte moet
de naam van de moeder dan staan vermeld. Het EHRM heeft in een zaak geoordeeld dat de
totale onmogelijkheid om een in het buitenland ontstane familierechtelijke betrekking tussen
een uit draagmoeder ongeboren kind en de wensouder in strijd is met art. 8 EVRM. In
Nederland wordt dan een nieuwe geboorteakte opgemaakt. Daarna kan het ouderschap van de
wensouder ook juridisch worden vormgegeven door erkenning of gerechtelijke vaststelling,
gezagwissel en adoptie.
Juridische status van kinderen van transgenders: het is mogelijk dat een tot vrouw geworden
man nog een kind kan baren. Het is ook mogelijk dat een man die zijn geslacht heeft doen
veranderen in een vrouw nog een kind kan verwekken. Voorheen (voor 2014) was het een eis
dat een transgender ook daadwerkelijk operatief zijn of haar geslacht liet wijzigen, maar dat is
nu niet meer het geval.
De juridische vader, art. 1:199 BW
Hoofdregel is dat de man die gehuwd is met de moeder of met haar is verbonden in een geregistreerd
partnerschap de vader is van het kind. Er zijn daarnaast nog drie opties: erkenning, gerechtelijke vaststelling of
adoptie.
Ontkenning: het is mogelijk om het vaderschap te ontkennen. Zowel de vader, moeder, als het kind
kunnen hierom vragen. Er moet aangetoond worden dat de vader niet de biologische vader is.
Gebruikelijk is dan DNA-onderzoek, al is het niet verplicht. Andere feiten kunnen ook leiden tot het
oordeel dat de man niet de vader is. Als de vader niet meewerkt aan het DNA-onderzoek, dan bepaalt
de rechter zelf wat hij vindt van het vaderschap, art. 198 lid 3 Rv jo. Art. 21 Rv.
o Als vaststaat dat de man niet de biologische vader is, hoeft dat niet per se tot toewijzing van
het ontkenningsverzoek te leiden. Er zijn enkele beperkingen in art. 1:200 lid 2 en 3 BW. Als
de man wist dat de vrouw zwanger was, kan zijn vaderschap niet worden ontkend door de
vader of moeder – maar wel door het kind.
o Als de man instemde met de daad van verwekking (bijv. bij donorinseminatie) dan kan het niet
worden ontkend (zodat de donor niet de juridische of biologische vader wordt gezien). Dit
geldt ook voor toestemming voor overspel. Het gaat wel echt om toestemming voor het
verwekken van een kind.
Hierop is weer een uitzondering, namelijk dat een ontkenningsverzoek succesvol kan
worden ingediend als de man niet de biologische vader is en de moeder van het kind
de vader heeft bedrogen omtrent de verwekker. Bijvoorbeeld als de vrouw de man
heeft gezegd dat hij de vader is, terwijl ze wist dat dit onjuist was.
o Een verzoek tot ontkenning moet ex art. 1:202a lid en 4 BW worden gedaan binnen een
bepaalde termijn. Bij de moeder geldt de termijn van 1 jaar vanaf de dag van de geboorte van
een kind, en de vader 1 jaar vanaf de dag waarop die persoon weet dat hij vermoedelijk niet de
vader is. Voor het kind geldt een termijn van 3 jaren vanaf het moment dat hij vernam dat zijn
vader vermoedelijk niet de biologische vader is. Die termijn geldt ook voor het kind dat het
, moederschap van de duomoeder wil ontkennen. Er is geen minimumleeftijd van het kind om
een dergelijk verzoek te doen. Als het kind meerderjarig is, kan hij daarna nog 3 jaren een
verzoek indienen (omdat het daarvoor belastend kan zijn om een verzoek in te dienen). De
rechtspraak lijkt niet echt aan die termijnen vast te houden. Als het kind, de vader, de
duomoeder of de moeder overlijdt voordat de termijn is verstreken waarbinnen het verzoek
kon worden gedaan, kan een verzoek nog door een afstammeling eerste graag worden gedaan.
Deze bevoegdheid bestaat wel alleen als de overledene op het tijdstip van overlijden zelf nog
bevoegd was. Dat betekent dat de termijn nog niet mag zijn verlopen. Ook moet diegene
kennis hebben van het feit dat diegene niet de biologische vader was. Het is dus een afgeleid
recht, en geen zelfstandig recht. Wat als de man of duomoeder reeds is overleden en het later
pas wordt ontdekt? Dit wordt wel een lastig verhaal. Het Hof Amsterdam wees een dergelijk
verzoek wel toe, al was de termijn voor indiening al verstreken. Het is wel de bedoeling van d
wetgever om de juridische afstamming in overeenstemming te brengen met de biologische
afstamming. Voor afstammeling geldt een termijn van 1 jaar vanaf het tijdstip van overlijden
c.q. het tijdstip waarop zij met overlijden bekend werden.
o Gevolgen ontkenning: ontkenning werkt met terugwerkende kracht. Het kind draagt o.a. niet
meer de geslachtsnaam. Al kan dit wel in het belang van het kind. De ouder kan echter niet de
betaalde kosten in levensonderhoud terugvorderen. Het kind kan ook niet de opbrengst van het
vruchtgenot terugvorderen.
Erkenning van een kind: een kind met 1 juridische ouder kan worden erkend door de verwekker of door
een andere man of vrouw. Zowel een minder- als meerderjarig kind kan worden erkend. Er is geen eis
voor een bepaald leeftijdsverschil tussen de erkenner en de te erkennen persoon, al kan het OM wel
vernietiging vragen bij een erg klein leeftijdsverschil. Als een kind al twee juridische ouders heeft, kan
hij niet worden erkend.
o Erkenning geschiedt via een akte van erkenning opgemaakt door een ambtenaar van de
burgerlijke stand of een notaris.
o Erkenning heeft geen terugwerkende kracht. Ze werkt vanaf het tijdstip dat het is gedaan, art.
1:203 lid 2 BW.
o Voorwaarden: art. 1:204 BW.
a. De erkenner moet ‘in beginsel’ met de moeder van het kind kunnen huwen. Dit betekent
dat hij dus niet in zodanige familierechtelijke betrekkingen mag staan dat hij niet zou
mogen huwen met de moeder;
b. Als de erkenner nog minderjarig is, moet hij minimaal 16 jaar zijn. Hij heeft dan geen
toestemming nodig van zijn ouders, art. 1:234 lid 1 BW. Als de te erkennen persoon nog
geen 16 is, dan moet hij schriftelijke toestemming van zijn juridische ouder hebben en ook
zijn eigen toestemming (als hij wel al 12 is). Voor de toestemming die de juridische ouder
geldt geen minimumleeftijd (vaak is dat de geboortemoeder). Een 15-jarige moeder kan in
beginseltoestemming geven. Als haar toestemming onder misbruik tot stand is gekomen,
kan om vernietiging van de erkenning worden gevraagd.
De toestemming kan ook worden gegeven bij het opmaken van de akte van
erkenning. Als een van de hierboven genoemde toestemmingen wordt geweigerd,
kan vervangende toestemming van de rechtbank worden gevraagd. In art. 1:204
lid 3 en 4 BW staat hier meer over. Het verzoek om vervangende toestemming
wordt toegewezen, tenzij dit de belangen van de moeder bij een ongestoorde
verhouding met een kind schaadt of evenwichtige sociaalpsychologische en
emotionele ontwikkeling van het kind in het gedrang komt.
o Een moeder kan niet snel een ander toestemming geven het kind te
erkennen om te voorkomen dat de biologische vader dit bijvoorbeeld
doet. Dit heeft te maken met het leerstuk van de voorwaardelijke
erkenning: als een verwekker schriftelijk heeft laten weten dat hij een
kind wil erkennen, gerekend vanaf dat moment uiterlijk binnen 3
maanden een verzoek tot verlenen vervangende toestemming voor
erkenning doet, de door de moeder aan een ander gegeven toestemming
een voorwaardelijk karakter heeft. Als het verzoek van de biologische
vader dan wordt toegewezen, verliest de andere erkenning haar
geldigheid.
o Als iemand te lang wacht met een verzoek kan dit verschoonbaar zijn,
als hij bijvoorbeeld niet wist dat het kind is geboren. Als een ander
toestemming heeft gekregen van de moeder wordt dan gekeken of de
moeder dit in redelijkheid kon doen. Als de moeder dit volgens de
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller demialtena98. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.42. You're not tied to anything after your purchase.