Pand en hypotheek in het algemeen
Ex art. 3:227 lid 1 BW zijn pand en hypotheek beperkte zekerheidsrechten op
goederen voor de voldoening van een geldsom (vordering) bij wanbetaling of
faillissement.
o Dit zijn beperkte rechten ex art. 3:8 BW;
o Dit zijn afhankelijke rechten ex art. 3:7 jo. 3:82 BW;
o Dit zijn nevenrechten ex art. 6:142 lid 1 BW.
Een hypotheekrecht kan uitsluitend gevestigd worden op registergoederen.
Een pandrecht kan gevestigd worden op ‘andere goederen’, zowel een zaak als een
vermogensrecht (vordering).
Beide rechten ontstaan (vestiging) middels art. 3:98 BW, dit verwijst weer naar de
vereisten van de overdracht ex art. 3:84 lid 1 BW. Hiervoor zijn benodigd:
o Titel: overeenkomst tot het geven van zekerheid (voor de vordering);
o Beschikkingsbevoegdheid: eigendomsrecht/beperkt genotsrecht van het te
verpanden goed;
o Vestiging (enge zin): voor pandrecht is dit geregeld in art. 3:236-237 BW, voor
hypotheekrecht is dit geregeld in art. 3:260 BW.
Vuistpand ex art. 3:236 lid 1 BW: dit is openbaar. De verpande zaak
komt in de macht van de pandhouder en blijft in de macht van de
pandhouder. Dus geschiedt er bezitsverschaffing conform hoofdregel
levering roerende zaak, dit is onpraktisch. Voor buitenstaander is
het kenbaar dat het goed belast is met het pandrecht als beperkt
recht.
Stil (bezitloos) pand ex art. 3:237 lid 1 BW: dit is niet openbaar. De
verpande zaak blijft in de macht van de pandgever. Voor
buitenstaander is het niet kenbaar dat het goed belast is met het
pandrecht als beperkt recht.
Middels een authentieke of geregistreerde onderhandse akte.
Zonder dat de zaak in de macht wordt gebracht van de
pandhouder of derde. De akten worden geregistreerd bij de
Belastingdienst in plaats van de openbare registers.
Zekerheidsrecht voor voldoening vordering
Een pandrecht eindigt indien de vordering waarvoor het pandrecht is gevestigd is voldaan
(aflossing van de schuld). Met voldoening schuld gaat pandrecht (van rechtswege) teniet.
Bij niet voldoening komt het recht van parate executie toe aan de pandhouder ex art. 3:248
lid 1 BW. De pandhouder is dan bevoegd om over verpande zaak (eigendom van pandgever)
te beschikken (verkoop) en zich uit de opbrengst te verhalen (strekt in mindering op de
vordering).
, Pandrecht op roerende zaken
Casus
Haas BV heeft een €80.000,00 nodig in verband met de uitbreiding van zijn bedrijf
(aanschaf nieuwe machines);
De bank is bereid een geldlening te verstrekken mits de bank voldoende zekerheid
krijgt in geval Haas BV in gebreke blijft de geldlening terug te betalen of failleert;
Haas BV heeft in eigendom diverse machines, een voorraad goederen en een
Mercedes bedrijfsauto.
Vraag: Kan pandrecht op deze zaken worden gevestigd?
Al deze zaken zijn roerende zaken. Ex art. 3:227 lid 1 BW is het mogelijk om een pandrecht te
vestigen. Hiervoor is nodig: titel, beschikkingsbevoegdheid en vestiging in enge zin. De
vestiging kan openbaar ex art. 3:236 BW of stil ex art. 3:237 BW. Titel is er,
beschikkingsbevoegdheid is er ook. Nu kijken naar beide vormen van vestiging.
Bij vuistpand betekent het dat Haas BV de aan haar in eigendom toebehorende
machines en Mercedes bedrijfsauto in de macht van de bank zou moeten brengen,
ofwel bezitsverschaffing conform de hoofdregel levering roerende zaak. Dit is zeer
onpraktisch!
Bij stil pand betekent het dat Haas BV de aan haar in eigendom toebehorende aan de
bank verpande machines en Mercedes bedrijfsauto niet in de macht van de bank
hoeft te brengen, maar hij dit gewoon kan gebruiken terwijl er wel een pandrecht op
kan rusten.
Geconstateerd kan worden dat er pandrecht gevestigd kan worden op de zaken, bij voorkeur
een stil bezitloos pandrecht.
Casus (vervolg) m.b.t. faillissement
Haas BV en de bank komen overeen dat de bank een geldlening van €80.000,00
verstrekt en dat de bank als zekerheid een (stil) pandrecht krijgt op de machines,
voorraden en Mercedes bedrijfsauto van Haas BV;
Op 14 november 2020 wordt de akte getekend waarin staat beschreven dat het
pandrecht is gevestigd op de bedrijfsauto;
Deze akte wordt op 16 november 2020 aangeboden bij de Belastingdienst ter
registratie;
Twee scenario’s, wat zijn de consequenties?
o Haas BV gaat op 16 november 2020 failliet Vanaf deze dag is Haas BV
beschikkingsonbevoegd ex art. 23 Fw. Dus één van de vereisten voor de
vestiging ontbreekt, dit resulteert tot een ongeldige vestiging van pandrecht.
o Haas BV gaat op 17 november 2020 failliet Aan de vereisten van de
vestiging van het pandrecht is voldaan. Er is een geldige titel, Haas BV is
beschikkingsbevoegd en de onderhandse akte tussen Haas BV en de bank
staat ingeschreven bij de Belastingdienst.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller berkaykibar. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.48. You're not tied to anything after your purchase.