Samenvatting van alle hoorcolleges van het vak statistiek KOM. Leerjaar 1, blok 1 Pedagogische Wetenschappen & Onderwijswetenschappen. Kwalitatief, correlationeel, experimenteel en integriteit.
samenvatting kom pedagogische wetenschappen jaar 1 blok 1
kom samenvatting hoorcolleges uu pw
Written for
Universiteit Utrecht (UU)
Pedagogische Wetenschappen
KOM (201800171)
All documents for this subject (30)
Seller
Follow
kissasdaa
Content preview
KWALITATIEF
KOM HC – Introductie
Bij wetenschappelijk onderzoeken heb je te maken met drie kenmerken.
1. Empirisch
• Systematische waarnemingen → zit een bepaald patroon in.
2. Controleerbaar
• Peer review → er wordt gecontroleerd hoe je tot deze conclusie bent gekomen.
3. Probabilistisch → gebaseerd op kans. Tegenovergestelde = deterministisch → iets gebeurt
niet zomaar, maar heeft een oorzaak
Theorie = verklaringsmodel. Wetenschappers proberen de wereld om hen heen te begrijpen en te
verklaren, te beschrijven en uit te leggen hoe het werkt.
Hypothese: ‘’mensen die meer selfies posten zijn narcistischer dan mensen die dit niet doen.’’ Dit kan
getoetst worden door systematische waarnemingen. Dit heet empirisch.
Bij een goede wetenschappelijke theorie heb je te maken met drie kenmerken.
1. Ondersteund door data
• Data uit wetenschappelijk onderzoek
2. Falsifieerbaar
• Een theorie moet weerlegd kunnen worden aan de hand van verzamelde gegevens
3. Spaarzaam (parsimonious)
• Als een eenvoudige theorie vaststaat, is het niet nodig om deze complexer te maken
In een wetenschappelijk onderzoek zijn er twee soorten onderzoeksvragen:
1. Fundamenteel (basic)
• Het gaat over algemene informatie
▪ Vb: Worden jongeren narcistisch van het gebruik van social media?
2. Toegepast (applied)
▪ Vb: Hoe kunnen we ervoor zorgen dat een dyslectisch kind zo goed mogelijk
leest?
Onderzoeksontwerp
Bij een onderzoeksontwerp gaat een onderzoeker kijken wat voor gegevens er worden verzameld.
- De onderzoeksvraag leidt tot een onderzoeksontwerp
o Wat voor soort empirische gegevens worden verzameld?
o Zijn de gegevens kwalitatief of kwantitatief?
• Kwalitatief: niet-getalsmatige gegevens.
▪ Vb: ervaringen, tekst, beelden en verbale communicatie.
• Kwantitatief: getalsmatige gegevens.
▪ Vb: een IQ-test, gesloten vragenlijst.
,KOM HC – Kwalitatief onderzoek 1
Waarom kwalitatief onderzoek?
- Voornaamste doel:
• Sociale fenomenen te begrijpen vanuit hun natuurlijke context
• Om empirische patronen te vinden (hebben we empirische gegevens nodig: in
gesproken of geschreven teksten, observaties van gedrag en interacties).
• Die een startpunt kunnen zijn voor theorievorming
▪ Ontwikkeling nieuwe theorie
▪ Aanpassing of uitbreiding van bestaande theorie
- Patronen in:
• Gesproken of geschreven teksten
• Observaties van gedrag en interacties
• Beeldmateriaal, etc,
Bij kwalitatief onderzoek heb je te maken met vier kenmerken.
- Onderzoeker is geïnteresseerd in:
1. Natuurlijke omgeving
2. Contextuele benadering
3. Perspectief van de respondent: (persoon die wordt onderzocht) motieven, ervaringen,
houding, gedrag
4. Via specifieke observaties probeert de onderzoeker
• De sociale werkelijkheid te omschrijven in al haar diversiteit
• Naar algemeenheden te zoeken die nieuwe theorieën vormen of bestaande
theorieën aanpassen
Het "iteratieve" karakter van kwalitatief onderzoek betekent dat de onderzoeker herhaaldelijk
terugkeert naar eerdere fasen van het onderzoek. De afwisseling tussen onderzoeksdesign,
dataverzameling, & data-analyse leent zich perfect voor een sequentiële steekproef.
Een onderzoeksvraag van een kwalitatief onderzoek kun je herkennen aan de volgende elementen:
- SPI(C)E:
• Setting: waar, in welke context vindt het plaats?
• Perspective (of Population): over wie gaat het? Wie zijn we aan het bestuderen?
• Interest: in wie/welk onderwerp ben je geïnteresseerd?
• (Comparison: vergeleken met wie/wat?)
• Evaluation: wat willen we weten van de deelnemers over het onderwerp waarin we
geïnteresseerd zijn? wat beoordeelt de participant over het onderwerp?
, Kwalitatief interview:
Een-op-een-gesprek tussen interviewer en respondent. (Interviewer hoeft geen onderzoeker te zijn).
- Partijen:
• Informant: kent de groep erg goed waar de onderzoeker in geïnteresseerd. Kan dus
relevante kennis delen over de groep met de onderzoeker.
• Respondent: een persoon waar de onderzoeker in is geïnteresseerd
- Bij wie worden data verzameld?
• Vb: doelgerichte steekproef (purposive sample)
▪ Case study logic: onderzoeker gaat op zoek naar specifieke individuen die
belangrijke informatie kunnen geven: elk specifiek verhaal is waardevol en
draagt bij aan beter begrip
▪ Sample for range: onderzoeker gaat op zoek naar een zo breed mogelijke
scala aan ervaringen
- Andere soorten steekproeven:
• Gemakssteekproef (convenience sample): de onderzoeker gebruikt participanten die
eenvoudig te bereiken zijn.
• Quota steekproef: een gemakssteekproef met een voorwaarde voor aantallen
binnen groepen.
▪ Vb: je bent op zoek naar een gelijk aantal mannen/vrouwen.
• Sneeuwbal steekproef: een vorm van doelgerichte steekproef waar de onderzoeker
de deelnemers vraagt één of meer andere respondenten aan te bevelen.
- Hoe ziet de verzamelde data eruit?
• Vaak wordt het interview opgenomen en later volledig uitgetypt in een transcript
• Tijdens het interview maakt de onderzoeker field notes:
▪ Dit zijn aantekeningen die waardevol kunnen zijn tijdens het analyseren van
de data in een later stadium
➢ Wie werd er geïnterviewd?
➢ Locatie van het interview
➢ Indruk/gedrag van geïnterviewde
➢ Eerste ideeën van onderzoeker over het interview
Kwaliteit van kwalitatief interview en focusgroep
- Betrouwbaarheid (reliability)
• Verloopt van interview hangt af van de interviewer/moderator en respondent
• Interviewer/moderator moet zich bewust zijn van zijn rol
- Validiteit (validity)
• Interviewer/moderator kan doorvragen om erachter te komen wat de respondent
bedoelt
• Interviewer/moderator moet zich bewust zijn van non-verbale signalen van de
respondent
▪ Deze geven informatie over hoe zeker of eerlijk de respondent is over het
gegeven antwoord
• Belang van verstandhouding (rapport)
Je hebt saturatie bereikt als nieuwe gegevens je geen nieuwe inzichten meer opleveren. Dus stoppen
met verzamelen van gegeven.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kissasdaa. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.29. You're not tied to anything after your purchase.