Hoofdstuk 1: Macro-economische kengetallen
1.1 Het binnenlands product
➔ Macro-economische kengetallen: geaggregeerde waarden die een economie als
geheel beschrijven → totale productie van een land of totale werkgelegenheid
➔ Bruto binnenlands product (bbp): de waarde van alle in een land geproduceerde
goederen en diensten in een jaar
◆ Objectieve methode: je kijkt naar de totale waarde die in een land door
productie wordt toegevoegd → product is meer waard dan de opgetelde
waarde van de losse ingekochte goederen en diensten
● 𝐵𝑟𝑢𝑡𝑜 𝑡𝑜𝑒𝑔𝑒𝑣𝑜𝑒𝑔𝑑𝑒 𝑤𝑎𝑎𝑟𝑑𝑒 = 𝑇𝑂 (𝑜𝑚𝑧𝑒𝑡) −
𝑘𝑜𝑠𝑡𝑒𝑛 𝑖𝑛𝑔𝑒𝑘𝑜𝑐ℎ𝑡𝑒 𝑔𝑜𝑒𝑑𝑒𝑟𝑒𝑛 𝑒𝑛 𝑑𝑖𝑒𝑛𝑠𝑡𝑒𝑛
◆ 𝑏𝑏𝑝 = 𝑜𝑝𝑡𝑒𝑙𝑠𝑜𝑚 𝑎𝑙𝑙𝑒 𝑏𝑟𝑢𝑡𝑜 𝑡𝑜𝑒𝑔𝑒𝑣𝑜𝑒𝑔𝑑𝑒 𝑤𝑎𝑎𝑟𝑑𝑒𝑛 +
𝑎𝑙𝑙𝑒 𝑎𝑚𝑏𝑡𝑒𝑛𝑎𝑟𝑒𝑛𝑠𝑎𝑙𝑎𝑟𝑖𝑠𝑠𝑒𝑛
➔ Netto toegevoegde waarde: bruto toegevoegde waarde waarbij er wel rekening
wordt gehouden met afschrijvingen
◆ 𝑁𝑒𝑡𝑡𝑜 𝑡𝑜𝑒𝑔𝑒𝑣𝑜𝑒𝑔𝑑𝑒 𝑤𝑎𝑎𝑟𝑑𝑒 = 𝑏𝑟𝑢𝑡𝑜 𝑡𝑜𝑒𝑔𝑒𝑣𝑜𝑒𝑔𝑑𝑒 𝑤𝑎𝑎𝑟𝑑𝑒 − 𝑎𝑓𝑠𝑐ℎ𝑟𝑖𝑗𝑣𝑖𝑛𝑔𝑒𝑛
➔ Netto binnenlands product (nbp): optelsom van alle netto toegevoegde waarden
die in een land gedurende een jaar worden gecreëerd
◆ 𝑛𝑏𝑝 = 𝑏𝑏𝑝 − 𝑎𝑓𝑠𝑐ℎ𝑟𝑖𝑗𝑣𝑖𝑛𝑔𝑒𝑛
1.2 Het binnenlands inkomen
➔ Primaire inkomen: inkomen verdiend met het beschikbaar stellen van
productiefactoren → kapitaal (rente), arbeid (loon), natuur (pacht), ondernemerschap
(winst)
◆ Netto binnenlands inkomen (nbi): optelsom van alle primaire inkomens
● 𝑛𝑏𝑖 = 𝑏𝑏𝑖 − 𝑎𝑓𝑠𝑐ℎ𝑟𝑖𝑗𝑣𝑖𝑛𝑔𝑒𝑛
◆ Bruto binnenlands inkomen (bbi): netto binnenlands inkomen plus
afschrijvingen
● 𝑏𝑏𝑖 = 𝑛𝑏𝑖 + 𝑎𝑓𝑠𝑐ℎ𝑟𝑖𝑗𝑣𝑖𝑛𝑔𝑒𝑛
➔ Subjectieve methode: binnenlands inkomen berekenen door alle primaire inkomens
bij elkaar op te tellen
◆ 𝑏𝑏𝑝 = 𝑛𝑏𝑝 + 𝑎𝑓𝑠𝑐ℎ𝑟𝑖𝑗𝑣𝑖𝑛𝑔𝑒𝑛 = 𝑛𝑏𝑖 + 𝑎𝑓𝑠𝑐ℎ𝑟𝑖𝑗𝑣𝑖𝑛𝑔𝑒𝑛 → 𝑛𝑏𝑖 = 𝑛𝑏𝑝
➔ Nationaal inkomen: netto binnenlands inkomen → optelsom van alle primaire
inkomens die door ingezetenen van een land gedurende een jaar worden verdiend
◆ Hiervoor moeten we het saldo van de primaire inkomens bepalen
● 𝑆𝑎𝑙𝑑𝑜 𝑝𝑟. 𝑖𝑛𝑘. =
𝑝𝑟. 𝑖𝑛𝑘. 𝑏𝑖𝑛𝑛𝑒𝑛𝑙𝑎𝑛𝑑𝑠𝑒 𝑝𝑟𝑜𝑑𝑢𝑐𝑡𝑖𝑒𝑓𝑎𝑐𝑡𝑜𝑟𝑒𝑛 𝑎𝑎𝑛𝑤𝑒𝑧𝑖𝑔 𝑖𝑛 𝑏𝑢𝑖𝑡𝑒𝑛𝑙𝑎𝑛𝑑 −
𝑝𝑟. 𝑖𝑛𝑘. 𝑏𝑢𝑖𝑡𝑒𝑛𝑙𝑎𝑛𝑑𝑠𝑒 𝑝𝑟𝑜𝑑𝑢𝑐𝑡𝑖𝑒𝑓𝑎𝑐𝑡𝑜𝑟𝑒𝑛 𝑎𝑎𝑛𝑤𝑒𝑧𝑖𝑔 𝑖𝑛 𝑏𝑖𝑛𝑛𝑒𝑛𝑙𝑎𝑛𝑑
→ 𝑠𝑎𝑙𝑑𝑜 𝑝𝑟. 𝑖𝑛𝑘. 𝑢𝑖𝑡
ℎ𝑒𝑡 𝑏𝑢𝑖𝑡𝑒𝑛𝑙𝑎𝑛𝑑 − 𝑝𝑟. 𝑖𝑛𝑘. 𝑛𝑎𝑎𝑟 ℎ𝑒𝑡 𝑏𝑢𝑖𝑡𝑒𝑛𝑙𝑎𝑛𝑑
◆ Bruto nationaal inkomen (bni): bruto binnenlands inkomen plus het saldo
primaire inkomens
● 𝑏𝑛𝑖 = 𝑏𝑏𝑝 + 𝑠𝑎𝑙𝑑𝑜 𝑝𝑟𝑖𝑚𝑎𝑖𝑟𝑒 𝑖𝑛𝑘𝑜𝑚𝑒𝑛𝑠
Hoofdstuk 2: Van micro naar macro
2.1 De economische kringloop
➔ Economische kringloop: schematische weergave van geld-, goederen-, en
dienstenstromen binnen de economie
➔ Monetaire kringloop: schematische weergave van geldstromen binnen de
economie
➔ Reële kringloop: schematische weergave van goederen- en dienstenstromen
binnen de economie
➔ Macro-economische identiteit: verband tussen macro-economische variabelen die
altijd geldt
◆ Bedrijven→ 𝑌 + 𝑀 = 𝐶 + 𝐼 + 𝑂 + 𝐸 → 𝑌 = 𝐶 + 𝐼 + 𝑂 + 𝐸 − 𝑀
● Y : totale productie van de bedrijven
● C : consumptiegoederen
● I : uitbreiding van de capaciteit/investeringen
● O : overheidsgoederen
● E : export
● M : import
◆ Gezinnen → 𝑌 = 𝐶 + 𝐵 + 𝑆
● Y : consumptie door gezinnen = 𝑛𝑛𝑖
● B : belastinggeld
● S : spaargeld
◆ Overheid → 𝑠𝑎𝑙𝑑𝑜 𝑜𝑣𝑒𝑟ℎ𝑒𝑖𝑑𝑠𝑠𝑒𝑐𝑡𝑜𝑟 = 𝐵 − 𝑂
● B : ontvangen belastinggeld
● O : overheidsbestedingen
◆ Buitenland → 𝑢𝑖𝑡𝑣𝑜𝑒𝑟𝑠𝑎𝑙𝑑𝑜 = 𝐸 − 𝑀
◆ Particulier spaarsaldo: verschil tussen de particuliere besparingen en de
particuliere investeringen → 𝑝𝑎𝑟𝑡𝑖𝑐𝑢𝑙𝑖𝑒𝑟 𝑠𝑝𝑎𝑎𝑟𝑠𝑎𝑙𝑑𝑜 = 𝑆 − 𝐼
● S : ontvangen spaargeld van gezinnen
● I : uitgeleend geld aan bedrijven
◆ Nationaal spaarsaldo: optelsom van het particulier spaarsaldo en het saldo
van de overheidssector → 𝑛𝑎𝑡𝑖𝑜𝑛𝑎𝑎𝑙 𝑠𝑝𝑎𝑎𝑟𝑠𝑎𝑙𝑑𝑜 = (𝑆 − 𝐼) + (𝐵 − 𝑂)
● Nationaal spaarsaldo is altijd gelijk aan het nationaal spaarsaldo
○ 𝑆 = 𝐼 + (𝑂 − 𝐵) + (𝐸 − 𝑀) → (𝐸 − 𝑀) = (𝑆 − 𝐼) + (𝐵 − 𝑂)
2.2 De nationale rekeningen
➔ Nationale rekeningen: overzicht van alle inkomsten en uitgaven van een economie
◆ Geeft per sector een beeld van de in- en uitgaande geldstromen
◆ Samenvattingen van de nationale rekeningen → staat van middelen en
bestedingen
● Middelen zijn de ingaande geldstromen
● Bestedingen zijn de uitgaande geldstromen
➔ Bestedingsmethode: binnenlands inkomen berekenen aan de hand van de
bestedingen in een economie → 𝑌(𝑛𝑛𝑖) = 𝐶 + 𝐼 + 𝑂 + 𝐸 − 𝑀
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller TwanvR. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.84. You're not tied to anything after your purchase.