Hierbij biedt ik mijn samenvatting van staatsrecht aan voor hbo rechten. Door deze samenvatting een 8 behaald zonder een les aanwezig te zijn geweest. Duidelijk en handig.
Een staat heeft nodig
- Een grondgebied met grenzen
- Een gemeenschap van mensen die zich verbonden voelen
- Een gezag er is een hoogste macht
Een staat is souverein als het een zelfstandige en ondeelbare eenheid is. De nerdelandse
staat is een rechtspersoon en net als een ieder drager van rechten en plichten. De staat
verzorgt iedereen zoals het algemene belang. Staatsrecht is een publiekrechtelijk vak en gaat
over de burgers en de staat van Nederland.
Nederland kent koloniën over zee de BES-eilanden die een openbaar gezag hebben en dus
kunnen gezien worden als een gemeente overzee. Dit heet samen het koninkrijk der
Nederlanden. Nederlander ben je als;
Vreemdelingen hebben recht met een visum om voor drie maand in Nederland te verblijven.
Hierna kan een verblijfsvergunning aangevraagd worden. Deze wordt altijd nagekeken
volgens de richtlijnen van de Europese Unie.
Het staatsrecht vloeit voort uit-> het statuut over Nederland en de BES-eilanden, de
grondwet, wetten, gewoonte, verdragen en Europese maatregelen en jurisprudentie.
Hoofdstuk 2 grondrechten in Nederland
Ieder mens heeft mensenrechten. In Nederland kennen we daarom klassieke grondrechten
die de burger vrijheid geeft en de overheid ten alle tijd moet proberen te respecteren.
Artikel 1 tm 18 en 23 horen bij de klassieke grondrechten uit de grondwet. Sociale
grondrechten zijn er voor de overheid om de burger te beschermen gezondheidzorg ,
onderwijs en bijvoorbeeld een minimum inkomen.
Grondrechten zijn verticaal tussen overheid en burger, en horizontaal tussen burgers
onderling. Regels uit de EVRM en BUPO zijn self executing en rechtstreeks op iedereen van
toepassing. De grondrechten van Nederland zijn soms alleen verbonden aan
burgerschapsrechten dat je het Nederlandschap in bezit bent.
Hoofdstuk 3
Nederland was vroeger de unie van utrecht van 1579. Het waren statenbonden met
allemaal een eigen bestuur. Er was een algeme vergadering namelijk die van de State-
Generaal. elke afgevaardigde had een mandaat namens zijn eigen provincies in de
vergadering. Nederland werd in 1795 veroverd en het werd een bataafse republiek. In 1806
kwam de broer van Napoleon aan de macht en werd het Koninkrijk Holland en vervolgde in
1814 de zoon van de stadhouder en werd het Koninkrijk der Nederland.
, Nederland was altijd een gedecentraliseerde eenheidstaat. Dat inhoudt dat altijd de macht al
was verdeeld hogere organen en lagere organen.
- Nederland werd een nachtwakerstaat waar alleen veiligheid orde en rust van zelf
sprekend was, maar verzorging ontbrak iederen moest zelf doen.
- Na de tweede wereld oorlog werd Nederland een sociale verzorgingstaat. Zodat elke
burger een menswaardig bestaan had.
- De overheid mag optreden op grond van algemene regels die democratisch tot stand
gekomen zijn. Legaliteitsbeginsel.
Trias politica door montesqueie
- Wetgevende macht vaardigt wetten
- Uitvoerende macht zorgt dat de wetten worden uitgevoerd
- Rechtsprekende wanneer de wetten worden geschonden spreekt uit.
Er heerst een systeem van checks een balances dat er een machtsevenwicht heerst.
Nederland is een constituetionel monarchie dat een koninkrijk wat is vastgelegd.
- Koning draagt het koningschap en is deel van de regering ‘ De kroon’. De koning is
ondschenbaar en leest elk derde dinsdag in september de troonrede voor.
- Leden koningklijkhuis zijn-> kinderen van de koning en zijn broer of zuster. Met
echtgenoten zijn leden van het koninklijk huis.
Hoofdstuk 4
De formele wetgever zijn de regering en het parlement. Het parlement zijn de
volksvertegenwoordigers van een land. Als een wet wordt medeondertekend door een
minister noemen we dat contraseign.
Als het vertrouwen weg is voor de minister staatsecretaris of kabinet dienen die alle hun
ontslag in. Dan dien je een motie van wantrouwen in waarbij een meerderhelft van de kamer
het eens moet zijn.
Nederland kennen we sinds 1922 actief en passief kiesrecht voor iedereen. In 1917 alleen
actief en passief kiesrecht voor mannen. Wij kiezen voor de tweede kamer provincaile staten
en de gemeente raad. De rest wordt trapgewijs gekozen door andere organen.
Wij gebruiken everendige vertegenwoordiging met een kiesdrempel. Totaal aantal stemmen
delen door zetels. Zoveel stemmen voor 1 zetel. Daarna vormen de partijen een fractie
binnen de tweede kamer. Dit wordt gedaan door een formatuer die voegt ze samen. De
groepen die bij de fractie horen heten regeringspartij die daar buiten vallen zijn
oppositiepartijen.
Het kabinet bestaat uit de ministers en staatsecretarrisen samen met de koning vormen ze
weer de regering. De minister heeft een functie ook wel een departement. Somige ministers
hebben geen departement en zijn dan een minister zonder portefuille.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maureendrx. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.81. You're not tied to anything after your purchase.