100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Orgaananatomie en histologie cursus Sofia uitgeschreven - Hoofdstuk 2 $3.35   Add to cart

Class notes

Orgaananatomie en histologie cursus Sofia uitgeschreven - Hoofdstuk 2

1 review
 17 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Dit is de cursus van uit Sofia die je kan afprinten.

Preview 3 out of 25  pages

  • November 20, 2022
  • 25
  • 2022/2023
  • Class notes
  • Frederik de smet
  • All classes

1  review

review-writer-avatar

By: elenavannederkassel • 1 year ago

avatar-seller
Module 2: De Cel
Samenvatting:
In deze module zullen we de verschillende onderdelen van cel bespreken. Hierbij zullen we
vooral de nadruk leggen op de structuur van de verschillende onderdelen en hoe deze zijn
opgebouwd.




1.1 Verschillende cel types
De cel is de basisbouwsteen van alle levende organismen. Het is de kleinste functionele eenheid
waarbinnen biochemische, fysiologische en ook pathologische processen optreden. Het
menselijk lichaam bestaat uit ongeveer 30 x 1012 cellen waarin er meer dan 200 soorten kunnen
worden onderscheiden. Bij complexe organismen zijn de cellen georganiseerd in weefsels. De
basisweefsels zijn epitheel- , spier- , zenuw- en bindweefsel. Deze basisweefsels vormen ook de
diverse organen.




1.2 Rol van histologie
De onderlinge ordening van de cellen in een weefsel is rechtstreeks gerelateerd met de functie
van het weefsel. Een goede kennis van de histologie is dan ook onmisbaar om het functioneren,
maar ook disfunctioneren van weefsels te begrijpen. Onafhankelijk van de medisch tak, maakt
weefselonderzoek tot 50% van de aangevraagde testen uit om te komen tot een diagnose.

,1.3 Algemene opbouw van de cel
os van de gespecialiseerde functie van een cel hebben alle eukaryote cellen een vergelijkbare
algemene opbouw. De eukaryote cel bestaat uit een plasma- of celmembraan en het
protoplasma. De bestanddelen van het protoplasma zijn de kern en het cytosol. In het cytosol
bevinden zich de kleinere (subcellulaire) elementen die instaan voor de werking en activiteit van
de cel. Het bestaat uit een waterige (70%) gel van eiwitten, vetten, koolhydraten en elektrolyten.
Dit hoofdstuk bespreekt deze elementen samen met hun functie en hun functionele
verhoudingen onderling.




2. Biomembranen
2.1 Structuur van een membraan
De functie van biomembranen is het compartimentaliseren van biologische processen. Zo
zorgt de cellulaire plasmamembraan voor een goede aflijning van cellen onderling en de
extracellulaire matrix. Biomembranen grenzen ook gespecialiseerde intracellulaire
componenten of (oa. celorganellen). De belangrijkste celorganellen zijn de kern (nucleus), de
mitochondria, het endoplasmatisch reticulum, het Golgi-apparaat en diverse vesikels. De
inhoud van deze celorganellen blijft zo gescheiden van het cytoplasma wat essentieel is voor
de functie van deze organellen. Transport door de membranen is echter nog mogelijk en
noodzakelijk.

2.2 Opbouw van een biomembraan
Biomembranen zijn opgebouwd uit vetten (35%), membraan eiwitten (60%) en suikers (5%).
De specifieke samenstelling van de diverse lipiden (= vetten), eiwitten en suikers is variabel
en afhankelijk van de functie van de cel. De belangrijkste stoort lipiden zijn de zogenaamde
fosfolipiden. Deze bestaan uit een hydrofobe staart met een hydrofiele kop. In waterig milieu
gaan deze lipiden zich zo schikken dat ze een bolvormige structuur vormen waarbij de
hydrofobe delen naar elkaar gericht zijn en de hydrofiele delen naar het waterig milieu.
Omdat er zowel binnen als buiten deze bol water aanwezig is, wordt een dubbellaag
gevormd. In een membraan zijn de lipiden dus tegenover elkaar geschikt met hun hydrofobe
delen gericht naar het centrale deel van de membraan en de hydrofiele naar het binnen-
en buitenoppervlak van de membraan.

, 2.3 Functionele kenmerken van een biomembraan
De lipidenlaag geeft aan biomembranen volgende bijzonder functionele kenmerken:
1. De membraan is vloeibaar waardoor laterale diffusie (= verplaatsen van membraan
eiwitten langsheen de celmembraan) mogelijk is en ook beweeglijkheid van de cel
bevorderd word
2. De membraan is variabel doorgankelijk voor diverse bestanddelen. Bv zeer doorgankelijk
voor water, nagenoeg niet doorgankelijk voor ionen
3. Spontaan herstel van de membranen is mogelijk na beschadiging
4. Membraaneiwitten worden in positie gehouden. Deze membraaneiwitten hebben diverse
functies

2.4 Samenstelling van een biomembraan
Deze lipidenlaag bestaat uit:
Fosfolipiden. Deze maken ongeveer 50% uit van de lipiden. Ze zijn voornamelijk aanwezig
rond membraaneiwitten
Cholesterol. Dit limiteert de vrije laterale beweeglijkheid van fosfolipiden in membranen en
maakt de membraan minder vloeibaar en mechanisch stabieler
Glycolipiden. Dit is een soort van fosfolipide dat zich zich op de buitenzijde van de
membraan bevindt, waarbij de hydrofiele kop gekoppeld werd aan een suikerketen. Ter
hoogte van de cytoplasmamembraan maken deze suikerketens contact met het
extracellulaire milieu. Ze vormen voor een communicatie mogelijkheid met dit extracellulaire
milieu en met cellen onderling.
De membraaneiwittenzorgen voor transport van moleculen in en uit de cel en voor
chemische communicatie tussen cellen. Een product uitgescheiden door de ene cel kan
opgepikt worden door een membraaneiwit van een andere cel, waardoor een bepaald proces
in die cel geactiveerd of geïnactiveerd kan worden. Membraaneiwitten dragen ook bij aan de
verbinding van cellen onderling of de verankering van cellen in de extracellulaire matrix. Dit
wordt later besproken bij cel-cel en cel-matrix verbindingen. Cytoskelet elementen worden via
membraaneiwitten verbonden met de celmembraan
De suikers in de membraan zijn gebonden aan vetten (glycolipiden) of eiwitten
(glycoproteïnen) en doorgaans gelegen aan het buitenoppervlak van de membraan en
vormen de zogenaamde glycocalyx.




3. Transport in en uit de cel
3.1 Cellulair transport via endo- en exocytose
Transport van stoffen in en uit de cel kan gebeuren door diffusie door de membraan, door
transport over gespecialiseerde structuren van membraaneiwitten zoals ionenpompen,
ionenkanalen en transporteiwitten. Bestanddelen kunnen ook in de cel opgenomen worden
door invaginatie van de celmembraan met vorming van een vesikel, of uit de cel gestoten
worden door fusie van een transportvesikel met de celmembraan.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller studyKUL. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.35. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

80630 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.35
  • (1)
  Add to cart