1 Algemene opbouw van het spijsverteringsstelsel
1.1 Inleiding
Het spijsverteringsstelsel bestaat uit de mondholte en het darmkanaal. Terwijl de mond
verbonden is met de grote speekselklieren, is het darmkanaal geassocieerd met twee grote
klieren, de lever en de pancreas.
In de mondholte wordt voedsel gekauwd (masticatie) en gemengd met speeksel, waarna het
kan worden doorgeslikt. In het darmkanaal wordt de voedselmassa verder gekneed,
vermengd met pancreatische enzymen en gal afkomstig van de lever, en enzymatisch
verteerd. De vrijgekomen voedingsstoffen (aminozuren, monosacchariden, vetzuren)
worden geresorbeerd door het darmepitheel, waarna zij in het bloed terechtkomen, en naar
de lever worden getransporteerd voor verdere verwerking of om elders in het lichaam te
dienen als bouw- of brandstof. Reststoffen verlaten het lichaam als faeces via de anus.
De histologische beschrijving van de mondholte hebben we uitgebreid besproken in Deel 1
van deze cursus. Hier starten we bij de pharynx en zulllen we de histologische opbouw van
de rest van het darmkanaal bespreken.
1
,1.2 De onderdelen van het darmkanaal
Het darmkanaal is een vele meters lange, kronkelende buis, met hier en daar een verwijd
gedeelte. Het darmkanaal kan best beschouwd worden als een gespierde buis die langs
binnen afgelijnd is door epitheelcellen. Terwijl de structuur en functie van het epitheel heel
erg verschillen langsheen het darmkanaal, is de gespierde laag vrij constant qua structuur.
Deze buis bestaat dus uit een aantal segmenten die verschillen in de details van hun
histologische structuur. Functioneel bekeken heb je onderdelen die louter dienen om
transport van het voedsel te voorzien, terwijl andere delen actief bijdragen aan de vertering
van het voedsel.
De mond dient om het voedsel te vermalen, te vermengen met het speeksel waarbij de
kaken en tong mee bijdragen om het voedsel in kleine fragmenten te krijgen. De
voedselbolus wordt vervolgens ingeslikt om in de slokdarm terecht te komen.
De slokdarm of oesophagus is een recht stuk, dat begint ter hoogte van de caudale pharynx
en dat in de borstholte verloopt, dorsaal van het hart en de trachea of luchtpijp. Na het
doorboren van het middenrif mondt de slokdarm uit in de maag. De functie van de slokdarm
is niet meer dan het vermaalde voedsel uit de mond naar de maag te transporteren.
Hiervoor is hij afgelijnd door gladde spiercellen die onder control staan van het autonome
zenuwstelsel die via peristaltische onvrijwillige bewiging het voedsel voortbewegen. Om het
voedsel vlot te laten bewegen, is er mucus uit het speeksel dat als glijmiddel dient.
De maagingang of cardia is nog relatief nauw, maar de maagfundus, aan de linkerkant van
de buikholte gelegen, is het breedste deel van het darmkanaal. De eveneens vernauwde
2
, maaguitgang of pylorus (Gr. pylouros: poortwachter) mondt rechts in de dunne darm uit.
Cardia en pylorus zijn in wezen goed ontwikkelde sphincters of kringspieren. In de maag
gebeurt een belanrijk deel van het verteringsproces: door de aanwezigheid van de sfincter
aan het uiteinde van de maag, kan het voedsel lang genoeg in de maag opgehouden worden
zodat het vermaalde voedsel verder kan verwerkt worden tot een semi-vloeibare slurrie
("chyme"), alvorens het naar het volgende compartiment wordt verplaatst.
De dunne darm is het langste segment (5 meter) van het darmkanaal. Het craniaal gedeelte
is het relatief korte duodenum (twaalfvingerige darm, Lat. duodeni: twaalf), waarin de twee
grote met het darmkanaal geassocieerde klieren, de lever en de pancreas, uitmonden. Het
wordt gevolgd door het jejunum (nuchtere darm, omdat hij bij dissectie meestal leeg is, Lat.
jejunus: nuchter) en het ileum (kronkeldarm, Gr. eilein: kronkelen). De dunne darm vormt
een groot aantal compacte kronkels. In de dunne darm gaat het verwerkingsproces van het
voedsel verder onde invloed van enzymes en chemische stoffen uit de lever en pancreas.
Daarnaast heeft de dunne darm een belangrijke rol in het resorberen van de bruikbare
voedingstoffen.
De dikke darm is veel korter dan de dunne, is veel minder kronkelig, en is merkelijk wijder.
Hij sluit rechts caudaal in de buikholte aan op het ileum, en vertoont daar een blind,
zakvormig uiteinde of caecum (Lat. caecus: blind) dat uitloopt in een dunner aanhangsel, de
appendix vermiformis (“wormvormig aanhangsel”). De dikke darm loopt vervolgens in
craniale richting als het colon ascendens (Lat. ascendere: klimmen), steekt dan ventraal van
de maag de buikholte over naar links lateraal, waarbij het colon transversus (“dwarsliggend
colon”) gevormd wordt en daalt links lateraal weer af als het colon descendens (Lat.
descendere: dalen). Alvorens aan te sluiten op het rectum maakt het colon een mediale
bocht, het colon sigmoideum (“S-vormig colon”). Het colon vertoont tussen de stijgende en
dwarsliggende segmenten een min of meer rechte leverhoek, en tussen de dwarse en
dalende segmenten een overeenkomstige milthoek. De rol van de dikke darm is vooral om
vocht terug uit het voedsel te resorberen, waardoor de afvalrpducten terug een semi-solide
structuur krijgen, en door mucosa sectretie van slijmbekercellen ("goblet cells") kan deze
massa nog steeds makkelijk vooruit bewegen naar het anale kanaal of rectum. Het rectum
mondt ter hoogte van de anus uit in de buitenwereld.
In onderstaande figuur worden de onderdelen schematisch weergegeven alsook welke rol
elk onderdeel speelt.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller studyKUL. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.