Samenvatting geschiedenis hoofdstuk 2 de klassieke oudheid 4vwo.
2.1 De Griekse Democratie.
Beslissingen in het oude Athene werden niet genomen door koningen en farao’s, maar door
volksvergaderingen. Een regering door het volk, noemen we een democratie.
Tegenwoordig leven we ook in een democratie, maar er is wel een verschil: wij leven in een
indirecte democratie met volksvertegenwoordigers, in Athene was er sprake van een directe
democratie. Een voorwaarde is niet te veel burgers. In Griekenland kon een democratie
bestaan doordat het land was opgedeeld in poleis. Niet iedereen mocht hier stemmen,
alleen volwassen, vrije mannen die het Atheense burgerrecht bezitten doordat ze uit Athene
afkomstig zijn.
De onderlinge gelijkheid van burgers in Athene was erg belangrijk. Er was ooit sprake
geweest van een aristocratie en een tiran, maar nu waren de gewone burgers veel
belangrijker geworden. In de Atheense democratie komt niemand te veel macht veroveren,
de volksvergadering koos elk jaar een stadsbestuur en het dagelijks bestuur werd elke
maand veranderd. Ook in het leger werd er democratisch besluit genomen en de
rechtspraak was in handen van een volksjury. Ook kon er een scherven gericht worden
gehouden waarbij iemand verbannen kan worden. (ostracisme).
Er ontstond echter ook kritiek op de democratie en de levenswijze van de Atheners. Deze
denkers maakten deel uit van een lange traditie van Griekse filosofen, die allerlei aspecten
van het bestaan onderzochten. Denk bijvoorbeeld aan natuurfilosofie, ethiek en politiek. Een
belangrijke filosoof was Socrates, hij stelde kritische vragen aan de mensen over de
levenswijze van de mens en wat goed en kwaad was. Dood: Drinken van Gifbeker als straf.
Er ontstond dus kritiek op de democratie, aangezien de filosofen van mening waren dat het
beter is als slechts de beste mensen een polis konden besturen. Filosoof Plato, een leerling
van Socrates, was van mening dat het beter is als het bestuur zou bestaan uit wijze mensen
die onpartijdig zijn en belangen goed afwegen.
Ook Aristoteles, een leerling van Plato, was kritisch over de democratie. Hij vond dat
monarchieën, aristocratieën en democratieën wel goed konden werken, maar allemaal ook
hun minpunten hadden. Hij wilde een mengvorm. Ook vond hij kennis van groot belang en
richtte hij zich op het verzamelen en opschrijven van kennis, op bijna elk gebied. Hij nam
daarmee afstand van de meer speculatieve manier van denken van eerdere filosofen.
, 2.2 het Hellenisme.
Alexander de grootte was een koningszoon uit Macedonië. Hij had de veroveringsdrift van
zijn vader, koning Philippus, geërfd. Alexander had het ambitieuze plan om het werk van zijn
vader voort te zetten en het hele Perzische rijk te veroveren. Anders dan verwacht, lukte dit
hem. Het kost namelijk enorm veel moeite om zoveel strijders zo ver van huis te voeden en
te motiveren. Ook was Alexander erg goed in het handhaven van zijn macht in de veroverde
gebieden.
Volgens geschiedschrijvers lag het aan een combinatie van Alexanders persoonlijke
eigenschappen en militair inzicht dat hij hier allemaal in slaagde. Ook zou hij een groot
strateeg zijn en zou hij onvoorspelbaar zijn. Een andere verklaring zou zijn dat hij goed
inspeelde op de gewoonten in de landen waarover hij regeerde, wat zorgde voor veel
goodwill en militaire steun. Alexander had het rijk ingedeeld in provincies die werden
bestuurd door zijn vertrouwelingen.
Toen Alexander de grote stierf en er geen erfelijke opvolger was, veroverden zijn generaals
delen van het rijk. Zo ontstonden in verschillende gebieden grote koninkrijken onder
Griekstalige diadochen, opvolgers. Deze rijken bleven in stand tot de Romeinen ze stuk voor
stuk innamen. Tijdens de heerschappij van de diadochen raakte de Griekse cultuur verspreid
over het gehele veroverde gebied. Dat gebeurde bijvoorbeeld door migratie van Grieken, in
die steden nam de elite Griekse elementen over. De tijd dat Alecander en zijn opvolgers
regeerden noemen we de hellenistische periode.
Deze verspreiding van de Griekse cultuur had aspecten als de Griekse taal en Griekse
bestuursorganen. Er was sprake van een Oligarchie waarin er nog steeds volksvergaderingen
waren maar alleen heersers welgevallige besluiten mochten nemen. Alle steden waren
georganiseerd als Griekse poleis, met raden, magistraten en een volksvergadering.
Een ander aspect was een Grieks uiterlijk: een rechthoekig stratenplan, typisch Griekse
centra, gymnasia, theaters, tempels voor de Griekse goden. Ook was er sprake van
verbreiding van de Griekse beeldende kunst. De Griekse cultuur had veel invloed op andere
culturen, maar die culturen hadden ook invloed op de Griekse cultuur, maar in bescheiden
mate.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller meijke2311. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.29. You're not tied to anything after your purchase.