Samenvatting Alle stof toets BIAZ centraal zenuwstelsel
15 views 0 purchase
Course
Minor Acute Zorg (IVGACZ)
Institution
Hogeschool Rotterdam (HR)
Dit is alle stof voor de BIAZ toets centraal zenuwstelsel samengevat. Dit is van de documenten op its learning en de lessen. Onderaan het document staan twee links naar WRTS-lijsten. Hier kun je de begrippen oefenen.
Anatomie en fysiologie
Zenuwstelsel algemeen
Zenuwstelsel: orgaansysteem wat een coördinerende rol speelt bij verschillende handelingen.
Ontvangt prikkels van het inwendige en uitwendige milieu, integreert deze informatie en coördineert
hierna gewilde en ongewilde reacties van andere orgaanstelsels.
Centraal zenuwstelsel (CZS): bestaat uit het ruggenmerg, de herenstam en de hersenen. Hier vindt de
verwerking van sensorische informatie plaats en worden impulsen doorgegeven aan de spieren. In de
hersenen bevinden zich ook functies als intelligentie, geheugen en emotie.
Perifeer zenuwstelsel (PZS): hier vindt de communicatie tussen het centrale zenuwstelsel en de rest
van het lichaam plaats. Bestaat uit al het zenuwweefsel buiten het CZS. Bestaat uit 12 paar
hersenzenuwen, perifere zenuwen en 30 paar ruggenmergzenuwen.
Autonoom zenuwstelsel (AZS): bestaat uit de sympathicus en de parasympathicus. Regelt
automatisch bijna alle onbewuste functies en processen in je lichaam.
Hersenstam: hier vinden gecompliceerde automatisch doorlopende processen plaats. Zoals:
ademhalen, coördinatie van de oogbewegingen, veranderen van de pupilgrootte en automatische
bewegingen van het lichaam.
2
,Cerebrum
Cerebrum: grootste gedeelte van de hersenen. Hier worden bewuste gedachten gevormd en
verstandelijke functie uitgevoerd.
Corpus callosum: hersenbalk, verbinding tussen beide hemisferen.
Hersenkwabben en -schorsen:
Hersenkwabben: elke kwab houdt zich bezig met
motorische aansturing en sensorische informatie. Elke
hersenhelft is via motorische en sensorische banen
verbonden met de tegenovergestelde kant van het
lichaam.
Hersenschorsen: in de hersenschors wordt informatie
uit het lichaam ontvangen, geanalyseerd en
geïnterpreteerd. Hierna wordt deze informatie
ongezet in gedachten of aansturing van het lichaam.
1. Sensorische schors: bevindt zich in de
pariëtaalkwab, neuronen ontvangen somatische sensorische informatie van pijn-, druk-, tast-
en temperatuurzintuigen.
2. Pariëtaalkwab: is verantwoordelijk voor de motoriek, sensibiliteit en ruimtelijk inzicht.
Laesie veroorzaakt hemiparese contralateraal (aan de andere kant), apraxie,
sensibiliteitsstoornissen contralateraal en stoornissen in het ruimtelijk inzicht.
3. Motorische schors: bevindt zich in de frontaalkwab, neuronen wekken willekeurige
bewegingen op door somatische motorische neuronen in de hersenstam en het ruggenmerg
aan te sturen.
4. Frontaalkwab: is verantwoordelijk voor het denkvermogen, initiatief, blikcentrum en
sommige primaire functies.
Laesie veroorzaakt initiatiefverlies, gedragsstoornissen, ontremming en in de
dominante hemisfeer onvermogen tot spraak.
5. Occipitaalkwab: is verantwoordelijk voor de visuele waarneming.
Laesie veroorzaakt eenzijdige contralaterale gezichtsvelduitval, visuele hallucinaties
en soms prosopagnosie.
6. Temporaalkwab: is verantwoordelijk voor het geheugen, taalbegrip en concentratie.
Laesie veroorzaakt denk- en concentratiestoornissen en sensorische afasie in de
dominante hemisfeer.
Centrum van Broca: motorische spraakcentrum, betrokken bij spreken en grammaticale aspecten van
taal. Zorgt ervoor dat je in stilte tegen jezelf kan praten. Ligt in de dominante hemisfeer van de
frontaalkwab. Laesie kan motorische afasie veroorzaken.
Centrum van Wernicke: sensorisch spraakcentrum, taalbegripcentrum. Is verantwoordelijk voor het
begrijpen van de taal. Ligt in de dominante hemisfeer van de temporaalkwab. Laesie kan dyslexie of
sensorische afasie veroorzaken.
Laesie: schade aan weefsel als gevolg van een aandoening, verwonding of ingreep.
Ataxie: ongecoördineerd en onsamenhangend verloop van bewegingen.
3
, Dysartrie: onvermogen tot correcte uitspraak.
Apraxie: onvermogen doelbewuste handelingen te verrichten.
Agnosie: onvermogen om dingen te herkennen.
Sensorische afasie: Wernicke-afasie, persoon begrijpt de taal niet, de ontvangst is verstoord.
Motorische afasie: Broca-afasie, taalbegrip is normaal, maar uitdrukken gaat slecht.
Prosopagnosie: niet kunnen herkennen van gezichten.
Diencephalon, mesencephalon, pons en cerebellum
1. Diencephalon: tussenhersenen, ligt tussen de grote hersenen en de
hersenstam. Bestaat uit de thalamus en de hypothalamus. Zorgt voor
filterfunctie van binnenkomende signalen en de regeling van bewegingen
en homeostase.
Laesie veroorzaakt verlamming, pijnsyndromen, tremoren en
ontregeling van de temperatuur en andere primaire functies.
Glandula pinealis: epifyse/pijnappelklier, hormoonklier in het
achterste gedeelte van de diencephalon. Scheidt melatonine af.
Mogelijk remt het de ontwikkeling van de geslachtsklieren af tot
de puberteit begint.
2. Thalamus: schakelstation van de meeste sensorische banen. Gedeelte
wordt gerekend tot formatio reticularis. Regelt het bewustzijn.
3. Mesencephalon: middenhersenen, sensorische kernen zijn betrokken bij
de verwerking van visuele en auditieve informatie. Zorgen voor reflexen
bij input, zoals sluiten ogen bij lichtflitsen.
Reticulaire formatie: ligt in het mesencephalon, hier ligt een groot deel van het
bewustzijn.
Substantia nigra: ligt in het mesencephalon, is betrokken bij de huishouding van het
hormoon dopamine en het initiëren van bewegingen.
4. Pons: verbindt cerebellum met diencephalon, mesencephalon, cerebrum en ruggenmerg.
Hier liggen sensorische en motorische kernen van vier hersenzenuwen. Pons is betrokken bij
de regulering van de ademhaling.
Hypothalamus: centrum voor hormoonproductie, zowel voor de neuro-als de adeno-hypofyse.
Temperatuurcentrum, samen met het verlengde merg. Dorstcentrum (ADH). Hongercentrum. Regelt
het onderbewustzijn. Productie van oxytocine.
Hypofyse: klier midden in het hoofd, onder de hersenen en is gelegen in een holte in de schedelbasis.
Scheidt 9 hormonen af die de homeostase reguleren.
Vierheuvelplaat: ligt in de achterzijde van het mesencephalon, schakelcentrum voor ogen en oren.
Spiertonus: spierspanning in rust, nucleus ruber (rode kern) en substantia nigra (zwarte kern) hebben
hier invloed op. Deze liggen in het mesencephalon.
Limbisch systeem: verbinding tussen thalamus, hypothalamus en grote hersenen. Groep structuren
in de hersenen die betrokken zijn bij emotie, motivatie, genot en het emotioneel geheugen. Ligt in de
grote hersenen.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller VerpleegkundeStudent2. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.90. You're not tied to anything after your purchase.