100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Jeugdcriminaliteit hoorcolleges 1 t/m 7 $3.25   Add to cart

Class notes

Jeugdcriminaliteit hoorcolleges 1 t/m 7

1 review
 172 views  4 purchases
  • Course
  • Institution

In dit document vind je uitgebreide en overzichtelijke aantekeningen van alle hoorcolleges (HC 1 t/m 7) van het vak Jeugdcriminaliteit.

Preview 2 out of 23  pages

  • March 11, 2016
  • 23
  • 2014/2015
  • Class notes
  • Unknown
  • Hoorcolleges

1  review

review-writer-avatar

By: kmvanzwieten • 5 year ago

avatar-seller
Jeugdcriminaliteit
Hoorcollege 1, 10-09-2014
Ido Weijers

Onderwerp: Inleiding jeugdcriminaliteit

Dubbelheid van criminaliteit: afschrikwekkend, maar ook aantrekkelijk. Criminaliteit
heeft ook bepaalde aantrekkelijke, interessante kant voor mensen, die je in het
achterhoofd moet houden als we naar criminaliteit kijken  zie de foto’s met
Holleeder in dia 3
 Voor (jonge) jongens bijvoorbeeld zijn criminele figuren vaak interessant en
een soort voorbeeldfiguur

Wat is jeugdcriminaliteit: voorbeelden staan in dia 4. Doordat er zoveel verschillende
vormen van jeugdcriminaliteit zijn, is het lastig om er ‘echt’ de vinger op te leggen,
wat jeugdcriminaliteit nu echt precies is.

Kinderen onder de 12 jaar kunnen niet strafrechtelijk berecht worden. Daarom zijn
kinderen van onder de 12 jaar interessant voor bijv. drugskoeriers om te gebruiken,
want ze kunnen niet berecht worden volgens het strafrecht.

Wat is jeugdcriminaliteit:
-Gedrag dat in strijd is met het strafrecht, het gedrag dat bij wet verboden is.
-Jeugdcriminaliteit is een sociale constructie, wat je ciminaliteit noemt is afhankelijk
van wat op dat moment(verandert dus per tijd of periode) als criminaliteit wordt
gezien  bijvoorbeeld abortus, was een lange tijd verboden volgens de wet en dus
crimineel, nu is dat anders. Ook bijvoorbeeld euthanasie en homoseksualiteit, in
bepaalde tijden was dit verboden volgens de wet en dus crimineel
Dus wat de wet verbiedt, is maar een hele beperkte definitie van wat crimineel is: is
per tijd veranderlijk
-Wisselende taxatie  de kwalificaties zijn verschoven,er vinden verschuivingen
plaats ook op micro-niveau in de beoordeling op het niveau van de taxatie voor wat
we als crimineel zien en wat niet. Bijv: er is een toename van iets als vechten
opnemen in het strafrecht. Ook mondelinge bedreiging is iets waar jongeren nu voor
opgepakt en vervolgd kunnen worden, en hier heeft dan een verschuiving plaats
gevonden.

Meerdere gezichten van jeugdcriminaliteit
In de actuele jeugdcriminaliteit worden drie fases onderscheiden:
a. De experimenteerder (de jongere die experimenteert met crimineel gedrag. Bij
meisjes bijv: oorbellen stelen. Bij jongensbijv: vandalisme, te vroeg vuurwerk
afsteken, zwart rijden in de trein)
b. De risicojongere/meerpleger (deze jongere doet het niet één keer, maar pleegt
vaker overtredingen of delicten)
c. De veelpleger (bij volwassenen tenminste 10 delicten waarvan 1 in laatste
peiljaar, bij jeugdigen tenminste 5 delicten die geregistreerd zijn waarvan 1 in
het laatste peiljaar= afgelopen jaar, is de belangrijkste categorie!)

, Delicten worden onderverdeeld in:
Misdrijven(boek 1 van strafrecht) en overtredingen(boek 3 strafrecht)  zie dia 15

Hoe meten we jeugdcriminaliteit
Drie bronnen die hiervoor gebruikt worden:
a. Politiecijfers (de officieel geregistreerde delicten bij de politie, deze worden
door de media alleen gebruikt, maar dit is veel te weinig. Op basis hiervan kan
geen goede uitspraak worden gedaan over of de hoeveelheid criminaliteit toe
of afneemt)
b. Zelfrapportages (vullen jongeren zelf in)
c. Slachtofferenquetes (enquetes die worden uitgezet onder een represetatief
deel van de bevolking met de vraag of zij afgelopen jaar slachtoffer zijn
geweest van bepaalde delicten)

Belangrijk: Om iets kunnen zeggen over de ontwikkeling van de jeugdcriminaliteit
moet naast de politiecijfers ook worden gekeken naar zelfrapportages en
slachtofferenquetes. Nederland is één van de weinige landen die drie bronnen heeft
die systematisch worden bijgehouden waardoor we veel kunnen zeggen over de
ontwikkeling van de jeugdcriminaliteit. Echter geen van deze bronnen is een solide
bron.
 De verhouding tussen wat de politie kan(hun capaciteit) en de criminele feiten
die bekend zijn(op basis van zelfrapportages), laat zien dat er een scheve
verhouding is. (zie dia 5)
 Er zijn dus ‘dark numbers’, criminaliteit wat niet geregistreerd staat in de
politiecijfers
 De politiecijfers zijn dus eigenlijk niet objectief, je ziet maar een fractie van de
werkelijkheid, en zijn van groot belang voor het beleid. Er zijn dus
zelfrapportages en slachtofferenquetes nodig om het beeld completer te
maken
 Bij slachtofferenquetes is er een probleem in de zin dat slachtoffers niet altijd
weten of degene die hun iets heeft aangedaan minderjarig was of
meerderjarig en daardoor zijn slachtofferenquetes ook niet waterdicht

De ontwikkeling in cijfers
De politiecijfers: je ziet van 1960 tot 2007 een enorme toename in het aantal
jeugdigen dat een delict pleegt en vooral bij jongens is dit erg gestegen
Wat betreft het soorten delicten: de vermogensdelicten(bijv. winkeldiefstal) vallen hier
op, is hoog. De vernieling is naar verhouding ook enorm toegenomen. Ook zie je een
grote toename in geweld. (dus de registraties hiervan!)
De zelfrapportagecijfers: je ziet dat er geen hele grote veranderingen zijn over de tijd.
Alleen het vechten is wel gestegen. Dus de zelfrapportagecijfers hebben de
politiecijfers eigenlijk gerelativeerd.
De slachtoffersenquete: geen spectaculaire stijgingen te zien over de tijd.
 Dus de twee aanvullende bronnen(zelfrapportages en slachtofferenquetes)
spreken de spectaculaire toename bij de politiecijfer tegen

De verklaringen die gebruikt worden voor de jeugdcriminaliteit worden gebaseerd op
de geregistreerde jeugdcriminaliteit. Dit is belangrijk om in het achterhoofd te
houden.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Estherstuvia. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64438 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.25  4x  sold
  • (1)
  Add to cart