Samenvatting pathologie Hfst. 8. Aandoening van het
ademhalingsstelsel.
8.1 anatomie en fysiologie in het kort. Blz 134
Cellen in het lichaam hebben voortdurend zuurstof nodig voor:
- Groei
- Deling
- Reparaties.
Met als afvalproduct kooldioxide die het lichaam weer kwijt moet raken.
De ademhalingspieren worden aangestuurd door het ademhalingscentrum in de medulla oblongata
a9het verlengde merg, de pons en de hogere hersencentra.
Deze factoren hebben invloed op de ademdiepte en frequentie:
- Fysiek: praten, hoesten, inspanning
- Emotioneel: angst en verdriet
- Chemisch: de zuurstof en koolzuurspanning in het bloed
- Bewust ademregelen.
Stoornissen kunnen optreden op drie niveaus
1. Op het niveau van ventilatie (het in en uit stromen van de lucht in de longen)
2. De diffusie (de uitwisseling van gassen tussen longblaasjes en het bloed)
3. De pulmonale perfusie) de bloedstroom door de longen)
8.2 veelvoorkomende symptomen van luchtwegaandoeningen. Blz. 135
Luchtwegaandoeningen hebben een paar symptomen gemeen:
- Pijn op de borst
- Dyspneu (benauwdheid)
- Wheezing (een piepende of fluitende ademhaling)
- Hoesten (droog of productief (ophoesten van slijm), acuut of chronisch)
- Hemotoë (ophoesten van bloed)
- Vermoeidheid
- Koorts (subfebriel of febriel)
- Dysfonie (heesheid)
- Cyanose (blauwe verkleuring van huid en slijmvliezen)
- Productie van secreet in neus en bijholten
- Trommelstokvingers (teken van chronisch zuurstoftekort of verminderde doorbloeding)
- Tachypneu (snelle ademhaling)
- Abnormale longgeluiden
8.3 diagnostisch onderzoek Blz. 136
- Begint met auscultatie (het beluisteren van de thorax met een stethoscoop)
• Normaal ademgruis of vesiculair ademgeruis klinkt blazend of ruisend zoals lucht
door een hole buis. In geval van een longaandoening kun je bijgeluiden horen.
, - Percussie (kloppen op de borstkas)
• Geeft informatie over het bestaan van afwijkingen in de longen of longvliezen
• Er word met name gelet op de hoogte en de intensiteit van de percussieklanken.
• Geeft informatie over de luchthoudendheid van het onderliggende weefsels.
• Ook kunnen zo de plaats en de verschuifbaarheid van de longgrenzen worden
bepaald.
• Er word op gelet tussen verschillen van links en rechts.
- Door middel fan een longfunctie onderzoek kunnen luchtstroom door de longen en de
longfunctie worden bepaald
- Spirometrie is een veelgebruikte test voor het testen van de longfunctie.
• Een belangrijke maat is vitale capaciteit (VC). Dit word bepaald door de patiënt zo
diep mogelijk in te ademen en daarna zo hard en volledig mogelijk uit te ademen via
een speciaal mondstuk dat met de spirometer verbonden is.
• Een andere belangrijke maat is expiratoire éénsecondewaarde of forced expiratory
volume (FEV1). Hierbij word de hoeveelheid lucht gemeten die patiënt na een
maximale inademing in 1 seconde kan uitademen. Word meestal drie keer herhaald
om een betrouwbare meting te verkrijgen.
• Wanneer deze waarde afwijken van de refertiewaarden passend bij: leeftijd,
geslacht, lengte en het gewicht van de patiënt is er sprake van abnormale long
functie.
- Expiratoire piekstroommeting
• Piekstroom is de maximale snelheid waarmee de patiënt lucht kan uitademen.
• Simpel apparaat met een metertje er in die de uitademingssnelheid aangeeft.
• Normale piekstroom kent grote individuele verschillen
• Een verminderde piekstroom kan wijzen op een verminderde longfunctie
• Word vaak thuis ingezet voor de controle van longaandoeningen. Zoals astma.
- De bronchiale provocatietest wordt gebruikt bij de diagnostiek van hyperactiviteit
(verhoogde prikkelbaarheid) van de luchtwegen.
• Hierbij word de longfunctie eerst gemeten met normale lucht.
• Daarna met inademing van een steeds grote doses van aspecifiek allergeen, zoals
metacholine.
• Bij klachten als: benauwdheid, een drukkend gevoel op de borst, hoesten, een
piepende ademhaling, of afname van de luchtstroom, is er sprake van
hyperactiviteit van de luchtstroom.
- Met een (pulse-)oximeter kan de zuurstofsaturatie van het bloed worden gemeten.
• Een elektronisch apparaatje dat kan worden bevestigd op een deel van het lichaam.
• Bijv.: aan de vinger, aan de oorlel of op het voorhoofd.
• Zuurstofrijk bloed heeft een helder rode kleur.
• Zuurstofarm bloed heeft een blauwpaarse kleur.
• De oximeter zendt lichtstralen door de capillairen en meet het kleur verschil, en
berekent de zuurstof saturatie van het bloed. Word als percentage weergegeven op
een klein scherm.
• Een lagere saturatie kan verwijzen op een verminderde longfunctie.
- Andere belangrijke maten zijn arteriële bloedgaswaarden (ABG)
• = zuurstofspanning (pO2)
• = de kooldioxidespanning (pCO2)
• En de PH van het arteriële bloed.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annealards. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.