Aanleiding deel 2:
13.29u -> Burgernet
Bedacht door de burgers, zodat politie zich er niet mee hoeft te bemoeien.
13.35u -> Cameratoezicht
Worden bekeken door de private beveiliging. Heeft dus niks met de politie te maken.
13.40u -> Collectieve winkelontzegging
Bedacht door winkels om te voorkomen dat de politie te pas moet komen.
Het gaat niet om strafrecht, het gaat niet langs de politie en de straf staat niet in de wet.
De democratische controle wordt steeds minder als men zelf de ‘veiligheid’ gaat bedenken.
Wie bedenkt het? De winkeliers. Wie heeft er baat bij? De winkeliers. Wie legt een sanctie
op? De winkeliers. Vanuit trias politica kan dit eigenlijk niet.
13.45u -> OV-chipkaart
Hier kun je een reisverbod krijgen, van een privaatrechtelijk bedrijf. Zij verzamelen al je
reisbewegingen en dit wordt gedeeld met andere private partijen. Reclame wordt er
bijvoorbeeld op afgestemd. Maar kan ook gedeeld worden met de politie. De primaire
handhaving is hier niet de politie.
13.56u -> Stewards Sparta
Seizoenskaart wordt gecheckt door de stewards van Sparta en ook fouilleren zij bezoekers.
Ook een stadionverbod wordt niet door de politie opgelegd en staat niet in het wetboek van
strafrecht.
In 25 minuten minimaal 5 volstrekt verschillende veiligheidsregimes tegengekomen, waarbij de
politie niet de primaire handhavende partij is.
Klassiek veiligheidsdenken
1) Organisatie
a. Thomas Hobbes – Leviathan (1651). Dit is het fundament waarin de mens volledig vrij is
in een natuurtoestand, maar een gedeelte van zijn vrijheid overgeeft aan een soeverein
(koning). Hiervoor krijgt hij veiligheid terug.
Dit idee is nu niet meer toepasbaar.
b. ‘oorlog van allen tegen allen’
c. Politie
2) Instrument
a. Cesare Beccaria – On crime and punishments (1764). Hij ging kijken hoe het wetboek van
strafrecht moest worden ingericht.
b. ‘pakkans/snelheid/zekerheid’
c. Wetboek van strafrecht, dit is het instrument om te handhaven en de veiligheid te
garanderen. Tegenwoordig komt er weinig strafrecht bij te pas, zie eerste gedeelte van
dit college. Het is niet meer het primaire handhavende instrument.
3) Cultuur
a. Emile Durkheim – De la division du travail social (1893). In dit boek legt hij de relatie
tussen individu en de collectiviteit en hoe sociale samenhang wordt bereikt.
Het zijn volstrekt andere culturen waarmee je naar dezelfde aspecten (veiligheid) kijkt.
b. Gedeelde cultuur (‘conscience collective’)
Klassiek veiligheidsparadigma
- Veiligheid (en wetten) zijn verantwoordelijkheid van de staat (autonomie van staat) -> bijv FIOD
- Uitoefening van veiligheid door staatsorganen en gespecialiseerde professionals (interne
autonomie)
- Staat heeft bevoegdheid om te berechten en straffen (controle op bestraffing) -> doen bijv
winkeliers ook bij winkelverboden
, - Staat beschikt over verschillende vormen van straffen (‘governing the past’) -> er moet meestal al
iets gebeurd zijn, voordat de politie in actie komt
- Staat heeft bronnen om te straffen (kapitaal, mankracht, vertrouwen) -> vertrouwen in politie ligt
nog steeds hoger dan het vertrouwen in private beveiliging
Nieuw veiligheidsparadigma
- Besturen van veiligheid gebeurt vanuit verschillende partijen (winkelcentra, voetbalstadions,
vliegvelden). Je komt voortdurend verschillende veiligheidsregimes tegen waar private partijen
de veiligheid regelen.
- Veiligheid is ‘ieders pakje aan’ (respondibilisering)
- Gericht op proactieve handhaving (ipv reactieve bestraffing)
- Autoriteit is verbonden met verschillende vormen van toezicht en straffen (contract, uitsluiting)
Nodale Orde – Clifford Shearing
Dat is een terminologie om die 25 minuten (begin van het college) te begrijpen. Daarmee wordt dus
bedoeld al die private beveiliging (winkeliers, vliegvelden, voetbalstadions).
Hij kan dit niet begrijpen vanuit de klassieke criminologie.
Wat zijn nodes?
Hij laat deze term volstrekt open. Hij vult hem niet in en geeft dus geen uitputtende betekenis aan
het woord.
1) Etymologie (Latijn: nodus) – knoop, zwelling of knobbel
2) Definitie node?
3) Breed begrip – ook: jeugdbendes, huishoudens, journalist etc.
Hij bekeek het van twee kanten: jeugdbendes hebben de te maken met agressiviteit en drugshandel,
maar zorgen tegelijkertijd ook voor veiligheid in de buurt.
Veiligheidsprogramma’s (bijv openbaar vervoer, een winkelcentrum, een universiteit)
Worden ingedeeld in kenmerken. Ieder veiligheidsprogramma heeft:
1. ‘Orde’ of ‘Regels
a. Aard van de regels? Bijv protocol, contract, wet
b. Wie maakt de regels en voert ze uit? Bijv winkelcentra, gated communities
Doel: opsporen van criminaliteit, preventie (verlies). Private beveiliging wil winst maken en dat
doe je door verlies te voorkomen.
2. Autoriteiten
a. Winkelvereniging (winkelontzegging)
b. Criminele organisatie (gang)
Bron: middelen -> mankracht, geld
3. Technologieën
a. Gereedschapskist: fysieke (handboeien), juridische, symbolische (politie nog steeds een
belangrijke partij) en persoonlijke (bijv aanzien hebben, maar bijv geen financiële
draagkracht hebben. Zo kun je alsnog goed zijn in de veiligheid waarborgen)
gereedschappen
4. Mentaliteit = manier van kijken en handelen naar de werkelijkheid
a. Politie vs private opsporing
b. Strafmentaliteit (bijv gevangens) is reactief. Er moet een delict hebben plaatsgevonden en
dan komt de politie in actie en wordt eventueel een straf opgelegd, dus ‘post crime’. De
private beveiliging zit daar niet op te wachten, want dan ben je al te laat. Je hebt niks aan
de politie, want je zit niet te wachten op een strafmentaliteit.
c. Risicomentaliteit (bijv toegangspoort bij de metro) is proactief, dus het voorkomen dat er
iets gebeurt. Dat past beter bij de private beveiliging dan bij de politie. Het is
toekomstgericht: ‘pre crime’.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Kirstyvdvegt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.