In deze samenvatting staat alle stof van sociale zekerheid, sociologie, methodiek en psychologie dat nodig is om de toets te kunnen maken. Ik had een 7.2.
Uitgangspunten sociale zekerheid:
- Collectiviteit en solidariteit
- Verzorgingsstaat (overheid speelt belangrijke rol)
- Eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid.
Sociale zekerheid beoogt de bestaanszekerheid te waarborgen en heeft betrekking op:
- Inkomenszekerheid bij arbeidsongeschiktheid, werkloosheid of ouderdom.
- Re-integratie in het arbeidsproces
- Privatisering ziektekosten door deze door de werkgever te laten betalen.
- Overige aspecten
(bijvoorbeeld maatschappelijke ondersteuning, kinderbijslag, jeugdhulp, woonlasten,
rechtsbijstand)
Wie zijn belast met de uitvoering?
De uitvoering is voor het grootste deel in wetten gedecentraliseerd door de rijksoverheid/centrale
overheid. Maar:
Steeds meer bevoegdheden en verantwoordelijkheden komen bij de gemeenten te liggen in plaats
van bij de overheid; decentralisatie. Voordelen: gemeente staat dichter bij de burger en is beter in
staat ‘maatwerk’ te leveren. Nadeel: verschillen tussen gemeenten kunnen ontstaan.
Er zijn werknemersverzekeringen, volksverzekeringen en sociale voorzieningen.
Bij werknemers- en volksverzekeringen gaat het om de verplichte verzekeringen (premie).
Bij sociale voorzieningen niet, hier gaat het om voorzieningen die betaald worden uit de algemene
middelen.
Werknemersverzekeringen: WW, WAO, WIA en de ZW.
Volksverzekeringen: AOW, WlZ, Anw en de Zvw (worden betaald uit inkomstenbelasting)
Sociale voorzieningen: PW, AKW, IOAW, TW, Wajong en Wmo, zorgtoeslag, kgb
Soort wet AOW (Algemene ANW (Algemene PW/WWB WW (Werkloosheidwet)
Ouderdomswet) Nabestaandewet) (participatiewet)
Wat - Volksverzekering tegen - Volksverzekering - Sociale voorziening - Werknemersverzekering tegen inkomensverlies door
houdt de inkomensderving - Het dekt het risico - Vangnet
wet in? (financieel leed omdat dat intreed als door (inkomenszekerheid
je niet meer kunt overlijden het ) en re-integratie
werken). inkomen wegvalt. (werk zoeken)
- Gaat in bij het bereiken - Het kent 2 - Men heeft geen/te
van de verschillende laag inkomen en
pensioensleeftijd (67) verzekeringen: niet voldoende
en de hoogte is nabestaandenuitker vermogen en geen
gekoppeld aan het ing en wezen recht op een
wettelijk minimumloon. uitkering. voorliggende
- De wet kent een voorziening.
opbouwstelsel; ieder - Het kent de
jaar waarin men algemene en
verzekerd is wordt 2% bijzondere bijstand.
, AOW-pensioen De bijzondere is
opgebouwd. voor noodzakelijke
kosten die worden
veroorzaakt door
individuele
omstandigheden.
Kring van - Vanaf 17 jaar is iedere - overleden persoon - Voorwaarden: - Je moet werknemer zijn in de zin van de WW.
verzekerd ingezetene in moet op moment woonachtig in - Je moet werkloos zijn.
en en Nederland verplicht van overlijden Nederland en over - Je moet aan de referte-eis voldoen.
voorwaar verzekerd. verzekerd zijn onvoldoende - Er mag geen sprake van een uitsluitingsgrond zijn (zie
den : - Ook degene die niet in (maakt niet uit middelen
Nederland wonen, hoelang). Dan kan beschikken om te
maar wel werken. je als nabestaande voorzien in
aanspraak maken noodzakelijke
op de verzekering. kosten van bestaan.
- Ook moet je
ingezetene zijn.
- Vreemdelingen
moeten een
verblijfstitel
hebben.
- Mensen die niet in
NL wonen, maar
wel werken zijn ook
verzekerd.
- Nabestaandenuitke
ring: je moet aan 1
van de 2
voorwaarden
voldoen: meer dan
45%
arbeidsongeschikt
zijn of een kind
onder de 18
verzorgen.
- Wezen uitkering:
jonger dan 16,
ouderloos. Vanaf 16
jaar: studeren,
huishouden en
woont samen met 1
andere wees, dan
recht tot 21 jaar.
Wanneer - Wanneer je geen - nabestaande is de - Detentie - Zolang er recht op loon bestaat.
heb je ingezetene bent en dader. - Verblijf in - Degene ontvangt ZW uitkering
geen wanneer je schuldig - Overlijden was buitenland. - Pensioengerechtigde leeftijd
recht op nalatig bent geweest voorzienbaar bij - Jonger dan 18. - Gedetineerd
de ten aanzien van het aangaan huwelijk. - Beroep op - Langer dan 4 weken vakantie
verzekeri betalen van de - Nabestaande voorliggende - (Fictieve) opzegtermijn
ng? verschuldigde premie woont in voorzieningen - Bij nieuw werk.
volksverzekeringen of buitenland. mogelijk. - Verwijtbare (eigen schuld) werkloosheid.
wanneer een persoon is - Nabestaande voert - Om schulden af te
gedetineerd. een gezamenlijke lossen.
huishouding met
een ander, dan
eindigen.
- Ook beëindigen
wanneer er niet
meer aan de
voorwaarden wordt
voldaan.
Hoeveel - Gehuwden en - Nabestaande: 70% - Alleenstaande: 70% - Eerste 2 maanden 75% v/h maandloon.
ontvangt gelijkgestelden ieder v/h minimumloon. v/h minimumloon. - Daarna 70%
,wie? 50% v/h minimumloon. - nabestaande die - Gehuwden: 100%
Dus beide AOW samenwonen met v/h minimumloon.
gerechtigd= 100%. een hulp- - Gehuwden waarbij
- Ongehuwden 70% v/h - behoevende 50%. 1 geen recht heeft
minimumloon. - Pseudonabestaand op bijstand: 50%
e: van de
alimentatiebedrag gehuwdennorm.
tot aan maximum
ANW-uitkering.
Inkomens - Nee. - inkomenstoets om - Ja. - Inkomens (loon) toets om uitkeringsbedrag te bepalen
/ uitkeringsbedrag te
vermoge bepalen.
nstoets?
Financieri - Premiebetaling op basis - Premiebetaling op - Rijksbelastingen. - Premiebetaling op basis van inkomen.
ng van de van inkomen basis van inkomen.
wet: (omslagstelsel)
solidariteit.
Uitvoerin - Sociale - Sociale - Gemeenten - UWV
g: Verzekeringsbank (SVB) verzekeringsbank - College B&W voert
(SVB) de PW en
verordeningen uit.
- Gemeenteraad stelt
re-integratie en
afstenmingsverorde
rinigen vast.
Aanvulle - Als men minder - Als iemand met een WW onder het sociale minimum
nde pensioen ontvangt dan - Na afloop WW is PW mogelijk.
verzekeri het sociale minimum,
ng kan men een beroep
doen op de bijstand bij
de SVB om dit aan te
vullen.
- Je kan ook een
aanvullend
bedrijfspensioen
opbouwen voor een
hoger pensioen
(kapitaaldekkingsstelsel
; werkgever stort geld
in het pensioenfonds
en dit fonds belegt het
in aandelen, investeren
in vastgoed en keren
uit. De hoogte is
afhankelijk van de
economische
ontwikkelingen.
- Men die geen
werknemer is, zoals
zelfstandigen, moet het
aanvullend pensioen
zelf regelen.
Wanneer is een persoon ingezetene in Nederland?
- Er moet een duurzame band van persoonlijke aard zijn op de grond van de juridische, sociale en
economische binding.
- Na 3 jaar in het buitenland zijn de banden verbroken.
Wanneer wordt iets gelijkgesteld met het huwelijk?
Samenwonen wordt gelijkgesteld met een huwelijk en geregistreerd partnerschap als men:
- gezamenlijke huishouding voert; 2 meerderjarige personen hebben hetzelfde hoofdverblijf
(huisvestingscriterium). Beperking gezamenlijke huishouding: bloedverwanten eerste graads
, (Ouder-kind relatie) en 2e graads waarbij een zorgbehoevenden is. worden niet als gehuwd
gezien en kostgangers die inwonen ook niet (wanneer ze soms de boodschappen doet etc. wel).
Duurzaam gescheiden leven ook niet. 2 e graads (broer en zus/grootouder en kleinkind) worden
wel als gehuwd gezien.
- beiden een bijdrage leveren in de kosten van huishouding of anderszins zorg voor elkaar dragen.
Kostendelers
- Uitgangspunt: lagere uitkering indien de uitkeringsgerechtigde woonkosten kan delen met
medebewoners (hoofdverblijf)
- Iedere bijstandsgerechtigde bewoner heeft een eigen uitkeringsrecht (i.t.t. personen met
gezamenlijke huishouding)
Geen kostendelers zijn:
- jongeren tot 21 jaar
- echtgenoot
- kamerhuurders en kostgangers
(mits commerciële prijs wordt betaald)
Wel kostendelers:
- 1e graads bloedverwanten
- 2e graads bloedverwanten en er is sprake van zorgbehoefte bij een van beiden
Regelingen m.b.t. kinderen:
De AKW (algemene kinderbijslagwet).
Is bedoelt als tegemoetkoming in de kosten van opvoeding en verzorging van kinderen tot 18 jaar.
Het is een inkomensonafhankelijke regeling, de hoogte van het inkomen van de verzorger/ouder is
dus niet relevant.
Het is een sociale voorziening, want de financiering komt uit de belastingopbrengst.
De wet wordt uitgevoerd door de sociale verzekeringsbank, per kwartaal
Iedereen die in Nederland woont of werkt en onder loonbelasting valt is verzekerd. Ook moet de
persoon regelmatig in NL verblijven zowel kind als ouder. Dus gelijk aan AOW en Anw.
Je hebt recht op kinderbijslag voor een eigen, stiefkind of pleegkind. Onder een eigen kind moet bij
de vader de DNA test overeenkomen of op het moment van de geboorte gehuwd zijn met de moeder
van het kind. Voor een 16/17 jarig kind bestaat het recht wanneer deze een dagopleiding volgt die
een startkwalificatie kan opleveren. Volgt het iets waar studiefinanciering mogelijk is? Dan geen
recht meer.
Hoogte: 309 euro per kwartaal. Jonger dan 6 jaar: 70% hiervan. 6 tot 12 jaar: 85% en 12 tot 18 jaar
100%
Recht op dubbele kinderbijslag vanwege: ziekte of gebrek kind en het volgen van onderwijs op bijv.
kamers. Afstand moet meer dan 25 km zijn.
Als een kind een bijbaan heeft, mag het niet meer dan 1285 per kwartaal verdienen. Anders geen
recht meer op kinderbijslag. Vakantiewerk 1319.
Het kgb (kindgebonden budget).
Deze is bedoelt om verzorger/ouders met weinig inkomen financieel te ondersteunen. De max.
inkomensgrens is circa 45000 euro. Ook wordt er rekening gehouden met het vermogen.
Het in een inkomensafhankelijke regeling en het aantal kinderen en de leeftijd van hen is ook
belangrijk.
Een alleenstaande ouder ontvangt ook nog de ‘alleenstaande ouderkop’.
Per maand wordt het kindgebonden budget uitbetaald door de Belastingdienst.
Toeslagen:
- Kinderopvangtoeslag (tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang, vw: aanvrager (en
eventuele partner) werkt, volgt een opleiding of een traject naar werk en kan daardoor niet alle
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mireillebooon. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.29. You're not tied to anything after your purchase.