Allesomvattende samenvatting Production and Consumption of Digital Media: Theory, Application and Practice (B-KUL-S0G76A) - NL
35 views 2 purchases
Course
B-KUL-S0G76A
Institution
Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
Alle lessen van production & consumption inclusief oefensessies. Het document is geschreven in het NL (examen mag ook afgelegd worden in het NL), waardoor het eenvoudiger te verwerken is. Ik behaalde een 17/20 aan de hand van deze (korte) samenvatting.
HOOFDSTUK 1: MEDIAMARKTEN EN MEDIA-INDUSTRIEËN
1.1 De waardenketen
- Mediabedrijven vormen onderlinge reeksen van essentiële schakels
Elke schakel omvat een specifieke activiteit en voegt waarde toe
Waardenketen = ketting van achtereenvolgende economische activiteiten
- De verticale waardenketen: meest eenvoudige vorm
Production = productie = het produceren van media-inhouden
Aggregation = samenvoeging = alles combineren tot een samenhangend, allesomvattend
product
Distribution = distributie = het eindproduct verkopen aan de consument
- De waardenketen is ingebed in een groter geheel: productie, aggregatie en distributie worden
beïnvloed door verschillende factoren (die elkaar bovendien beïnvloeden)
Technologische innovatie
Mediatypes
Evolutie in mediaformats
Evolutie in gebruikspraktijken/publieken
Evolutie in sectoren en industrieën
Mediabeleid
,1.2 Digitale media
1.2.1 Perspectief van nieuwsmedia
- Wat zijn digitale media?
Traditionele media online
Digital-born media: media die nooit traditionele media waren
Redactioneel beleid komt overeen met traditionele media
Online mediaplatformen
Facebook, Google en Twitter
Vaak ontbreekt er een duidelijk redactioneel beleid
Produceren geen media-inhoud (geen production), maar halen nieuws uit
andere bronnen (aggregation) en distribueren dit
1.2.2 De waardenketen
- Door digitale media (technologische innovatie) wordt de waardenketen: meer complex, niet-
lineair en niet uni-directioneel
1.3 Karakteristieken van mediamarkten/media-industrieën: waarom is
mediaregulering nodig?
- Media-industrieën zijn:
Specifiek
Atypisch
vergroot het risico op marktfalen en maakt mediaregulering noodzakelijk
1.3.1 Media-industrieën zijn specifiek
- Media-industrieën zijn afhankelijk van technologische innovaties
Digitalisering van distributie: de distributie van media wordt steeds digitaler, bv. e-
boeken in plaats van echte boekenwinkels lagere drempels voor markttoegang
Mediamarkten = volatiele markten: mogelijkheden voor nieuwkomers (concurrenten
voor traditionele media + intermediairs)
Sterkere prijsconcurrentie en gevestigde leveranciers (traditionele media) hebben
moeilijkheden om zich aan te passen
- Realiteit van mediabedrijven
Hoge vaste kosten: de productiekost/de investering die nodig is om de eerste eenheid te
produceren
Lage variabele kosten: de productiekost voor bijkomende eenheden
, - Mogelijkheden om in te grijpen in de (vaste) kostenstructuren van mediaorganisaties:
Schaalvoordelen (economy of scale)
Vergroten van het marktaandeel is interessant om marginale kosten (kosten per
extra geproduceerde eenheid) te verlagen
Van toepassing op situaties waarbij productiekost van bijkomende eenheden
substantieel afneemt
Sneller voorbij break-even punt
Economy of scope
Horizontale concentratie: marktaandeel vergroten door aanwerving bedrijven
actief in hetzelfde domein
Verticale concentratie: mediabedrijf verwerft meerdere schakels in de
waardenketen
Cross-mediale (of diagonale) concentratie: martkaandeel vergroten door
aanwerving bedrijven actief in een ander domein
Gevaar van concentratie:
- Klein aantal spelers met groot marktaandeel
- Voorkomen van marktconcentratie/monopoliepositie
- Mediapluralisme komt in het gedrang (verschraling media-aanbod) gevaar voor de democratie
- Nood aan regulering
1.3.2 Media-industrieën zijn atypisch
- Tweezijdige markt: bedienen verschillende klanten consumenten en adverteerders
Entertainment en informatie aan consumenten
Advertentieruimte aan adverteerders
- Media-inhouden = “cultural goods”: meer dan alleen materiële goederen (symbolisch karakter
van media-inhouden is belangrijker dan materieel karakter)
Media vervullen maatschappelijke functies (politieke, economische en sociaal-culturele
functies)
- Media-inhouden = public goods:
Niet-rivaliserend: media-inhouden zijn niet-rivaliserend (consumptie door persoon A
verhindert consumptie door persoon B niet)
Niet-uitsluitbaar: media-inhouden zijn niet-uitsluitbaar (vaak moeilijk/onwenselijk om
consumptie te ontzeggen aan wie niet betaalt (bv. delen van wachtwoorden))
, - Verschillende betaalmodellen
Pay as you go
Abonnementen (bv. paywalls)
Door reclame ondersteund dienstenmodel
Freemium: gratis basisproduct aanbieden, met extra voorrechten na betaling
Niet-commerciële modellen (bv. Wikipedia: opgebouwd en onderhouden door een
gemeenschap)
- “If you are not paying for the product, you are the product”
Persoonlijke gegevens van consumenten worden verkocht aan adverteerders
- Media-inhouden zijn deels club goods en deels public goods
Media-inhouden zijn niet-rivaliserend en niet-uitsluitbaar: leidt tot "meeliftgedrag" en
financieringsproblemen verstoring functioneren van de markt nood aan regulering
1.3.3 Conclusie
- Media-industrieën zijn specifiek: gevaar van concentratie
- Media-industrieën zijn atypisch: media-inhouden = cultural goods media spelen een
belangrijke rol in de democratie (vervullen heel wat maatschappelijke functies) en moeten anders
behandeld worden dan andere verhandelbare goederen mediaregulering belangrijk!
HOOFDSTUK 2: EEN VERANDERENDE MEDIA-OMGEVING
2.1 Evolutie van mediaformats en mediatypes
- Web 1.0 vs. Web 2.0:
Web 1.0.: internet = massamedium met passief publiek
Alleen bekijken en zelf geen bijdragen toevoegen aan de inhoud van
webpagina’s
Evolutie: Web 1.0 Web 2.0
Beperkte technologische innovaties (evolutie en dus geen revolutie)
Consumenten zijn niet passief, maar actief
Verschuiving naar klein scherm, wat communicatie mogelijk maakt
Interactie en participatie
- Technologische vooruitgang en dus digitalisering hebben bestaande mediatypes verschillend
beïnvloed, sommige zijn volledig gedigitaliseerd en andere niet
- De digitalisering heeft ook het ontstaan van nieuwe mediatypes mogelijk gemaakt
- Digitalisering heeft geleid tot mediaconvergentie: afzonderlijke mediakanalen groeien steeds
meer naar elkaar toe (zie later)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elinesilverans. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.16. You're not tied to anything after your purchase.