De moderne Olympische Spelen.
Op 6 april begonnen in Athene de eerste Olympische Spelen van de
moderne tijd. Vanaf de 8e eeuw waren de beste Grieken atleten elke vier
jaar naar Olympia gekomen om hun krachten te meten. De Olympische
Spelen van 1896 waren toch wel iets van de moderne tijd. De trein, het
stoomschip en de groeiende welvaart maakten de komst van grote
aantallen buitenlandse bezoeker en sporters mogelijk. Sport werd in die
tijd steeds populairder, vooral door de industriële samenleving.
De klokken gelijk gezet.
In 1900 werd in grote delen van Europa de nieuwe eeuw op precies
hetzelfde moment ingeluid. Dat was iets nieuws, daarvoor had elke plaats
zijn eigen tijd. Torenklokken werden toen afgestemd op de zonnewijzer.
Zodra de zon zijn hoogste punt bereikte, was het 12:00 uur. Door de
komst van de spoorwegen kwam hier een einde aan. De spoorwegen
hadden voor hun dienstregeling vaste vertrek- en aankomsttijden nodig,
daarom bracht de telegraaf ene oplossing. Vanaf 1846 verbonden de
Britten de stationsklokken via de telegraafdraden met elkaar, zo konden
ze de klokken gelijkzetten. Als standaard tijd namen ze de tijd in
Greenwich, daar was sinds de 17e eeuw een sterrenwacht, waar ze tijd en
plaats precies konden meten. Deze klok werd toen met honderden
klokken in het hele land verbonden. In de jaren daarna gebeurde het ook
in andere landen. Maar al snel was dit niet genoeg.
In 1891 deelden de Europese landen Europa op in drie tijdzones.
- In rusland ging de Oost-Europese tijd gelden, die 2 uur voorliep op
Greenwich.
- Duitsland kreeg de Midden-Europese tijd, die exact 1 uur voorliep
op Greenwich.
- Nederland ging over de Greenwichtijd.
- Tijdens de bezetting in 1940 voerden de Duitsers in Nederland
de Midden-Europese tijd in. Dit gebeurde op 16 mei 1940, één
dag na de Nederlandse capitulatie.
La belle époque.
De Fransen noemde de periode 1890-1914 ‘La belle époque’ (het mooie
tijdperk). Het leek na de gruwelen van de oorlog op een mooie tijd.
,Optimisme over de vooruitgang overheerste. Veel nieuwe uitvindingen
zoals de telefoon en het elektrisch licht, maakten het leven aangenamer
en voeden het vooruitgangsgeloof. Zelfs arbeider kregen het beter. Ze
gingen meer verdienen, kregen beter te eten en hoefden minder lang te
werken.
Paragraaf 1.2:
Zinloze massaslachting.
Het boek ‘Im Westen nichts Neues (Van het westelijk front geen nieuws)’
van de Duitse schrijver Erich Maria Remarque kwam uit in 1929, en de
Amerikaanse verfilming in 1930. Beiden werden wereldberoemd, ze
hebben het beeld van de Eerste Wereldoorlog als zinloze massaslachting
sterk beïnvloed.
Oorzaken van de Eerste Wereldoorlog.
Voor 1914 bestond in Europa een sterk nationalisme. Duitsland en
Rusland wilden meer macht, maar waren tegelijkertijd ook bang voor
elkaar. Frankrijk wilde wraak op Duitsland voor de nederlaag die het in
1871 tegen dat land had geleden. Ook wilden ze Elzas-Lotharingen terug.
In 1892 hadden Frankrijk en Rusland afgesproken dat als een van hen
door Duitsland werd aangevallen, de andere Duitsland zou aanvallen.
Duitsland had zelf tegen zijn vijanden verbonden met Oostenrijk. Hierdoor
kwamen er twee blokken tegenover elkaar te staan: Duitsland en
Oostenrijk, de centralen, en hun tegenstanders, de geallieerden.
Het militarisme bevorderde de oorlogsstemming in Europa. De grote
landen hadden enorme wapenvoorraden opgebouwd en nieuwe wapens
ontwikkeld. Door de wapenwedloop was hun vernietigingskracht sterk
toegenomen.
Oorlogsplannen en enthousiasme.
Duitsland had een goede aanleiding om met Rusland af te reken, na de
moord op de Oostenrijkse kroonprins. De legerleider had al jarenlang een
plan klaarliggen, het schlieffenplan. Eerst zouden de Duitsers Frankrijk
verrassen door vanuit België, de grens met Frankrijk over te trekken.
Hierbij was snelheid erg belangrijk. Het eigen leger moest eerder paraat
staan dan de andere legers van de tegenstanders. Daarom besloten de
grote Europese landen te mobiliseren toen de spanning eind juli 1914
ineens hoog opliep.
,Een snelle start.
Op 28 juli 1914 verklaarde Oostenrijk de oorlog aan Servië. Daarna
verklaarde ook Duitsland de oorlog aan Frankrijk en Rusland. Op 4
augustus 1914 trok het Duitse leger België binnen, en door de schending
van de Belgische neutraliteit verklaarde Groot-Brittannië de oorlog aan
Duitsland. De Duitsers, Fransen, Britten en Belgen groeven toen
loopgraven, en binnen een paar weken lagen in Vlaanderen en
Noord-Frankrijk loopgraven, die het land als een ondoordringbare muur in
tweeën splitsen.
De loopgraven.
In dit westelijke front kwam drie jaar lang nauwelijks beweging. Totdat de
Britten in 1916 een aanval bij de rivier de Somme zetten en de Duitsers
een offensief begonnen bij de stad Verdun.
Andere fronten.
Met het Schlieffenplan wilden de Duitsers een tweefrontenoorlog
voorkomen, maar die kregen ze toch.
- In het oosten vochten ze samen met Oostenrijk tegen Rusland.
- Italië en Oostenrijk voerden een bloedige oorlog in de Alpen.
- Turken en Britten vochten een harde strijd uit rond de Middellandse
zee en in het Midden-Oosten.
- Turken en Russen bestreden elkaar in de Kaukasus.
- Ook in de kolonies in Afrika en Azië en op de wereldzeeën werd
gevochten.
Rusland en Duitsland storten in.
In 1917 stortte Rusland aan het oostfront in. In december sloot Rusland
een wapenstilstand met Duitsland. Daardoor kon Duitsland in maart 1918
een nieuw offensief in het westen beginnen, maar de geallieerden waren
toch sterker. In 1917 waren namelijk de VS aan de geallieerde kant gaan
meedoen, in 1918 verschenen elke maand een kwart miljoen
Amerikaanse militairen op het slagveld. De Britten introduceerde een
nieuw wapen in 1916, de tank, maar de eerste versies liepen vast in
loopgraven en kuilen. De nieuwste tanks den derden daar overheen en
konden goed gebruikt worden. In augustus begon een geallieerd
tegenoffensief dat de uitgeputte Duitsers terugdrong. Hierdoor stortte ook
het Duitse thuisfront in. Doordat de geallieerden de handel met Duitsland
blokkeerden was er veel honger daar. De keizer vluchtte naar Nederland
, en twee dagen later tekenden de nieuwe Duitse regering een
wapenstilstand. Op 11-11-1918 om 11 uur zwegen de wapens.
Paragraaf 1.3:
In februari 1917 maakte een evolutie in Rusland een einde aan het
bewind van de tsaar. In oktober 1917 grepen de communisten aan de
macht. Ze vestigden een eenpartijstaat. Zodat de Britten hun loopgraven
uitkwamen, werden ze met machinegeweren neergemaaid. Toen de
legerleiding de aanval na vierenhalve maand staakte, waren er enkele
kilometers terrein veroverd en heel veel mensen gesneuveld of gewond
geraakt.
Het Tsarenrijk.
Rusland was in de loop der eeuwen uitgegroeid van een klein vorstendom
rond Moskou tot het grootste land op aarde. De bevolking was
ontzagwekkend snel gegroeid: van 35 miljoen inwoner in 1800 tot meer
dan 160 miljoen inwoners in 1914.
Sterke punten Rusland:
Rusland had de grootste bevolking in de EU, grootste leger, de grootste
graanproductie en bezat enorme hoeveelheden olie, ijzererts, steenkool
en andere bodemschatten.
Zwakke punten Rusland:
- Het was een veelvolkerenstaat.
- Minder dan de helft van de bevolking was Russisch, andere
waren Slavische volkeren, zoals polen. (30%)
- De industrialisatie was alleen rond een paar grote steden.
- 80% was boer toen, zij waren straatarm, konden niet lezen en
schrijven en produceerde net genoeg om zich te voeden en te
verzorgen.
- Boeren werden onder druk gezet door de adel. In de steden
was onder de arbeiders veel onvrede over slechte arbeiders-
en leefomstandigheden.
Bloedige zondag.
Was van 1904 tot 1905, toen Rusland in het verre oosten door Japan
werd verslagen in een oorlog om Korea en de Chinese provincie
Mantsjoerije. Eind 1904 gingen honderdduizenden arbeiders in staking om
vrede, hogere lonen en algemeen kiesrecht.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller davidruizendaal. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.81. You're not tied to anything after your purchase.