Hoofdstuk 1, 2, 3 en 4 uit het basisboek Bedrijfseconomie (10e druk) zijn samengevat inclusief afbeeldingen uit het boek. Het omvat deel 1: Bedrijfseconomie en onderneming.
Hoofdstuk 1: Ondernemingen en hun functie in de economie
1.1 Consumenten en producenten
Economie = de wetenschap die bestudeert hoe de mens met schaarse middelen handelt om zijn
behoeften te bevredigen
- Algemene economie = bestudeert relaties tussen en binnen consumenten en producenten.
o Macro: grote schaal, zoals land en maatschappij. BV: Wat voor gevolgen heeft het als
de rentestand omhoog gaat in een bepaald land? (inflatie, werkeloosheid)
o Micro: kleine schaal. Binnen de consument en de producent. BV: als de prijs omhoog
gaat, wat voor gevolgen heeft dat voor de consument en producent. Hoe zullen ze
handelen?
- Bedrijfseconomie = Richt zich op het economisch handelen binnen productieorganisaties.
Neemt een kijkje binnen organisaties en bestudeert deze. ‘Productie’ dient hier ruim omvat te
worden. Het gaat niet alleen om het produceren van producten en fysieke goederen, maar
ook om handel en verlenen van diensten.
Wat is het verband tussen organisatie en onderneming?
Een samenwerkingsverband tussen twee of meerdere personen. Vaak een kapitaalsamenwerking
(organisatie) Deze personen proberen samen wat te maken. dat kan wel of niet tastbaar zijn
(bedrijf). Het is een onderneming als het bedrijf ook winst wil maken.
Onderneming = een productie organisatie die naar winst streeft.
- Ondernemingen = zijn productieorganisaties die erop gericht zijn om ‘op de markt’
inkomen te verdienen voor hun eigenaren.
- Productie = Omzetting van productiemiddelen in producten
- Organisatie = Samenwerkingsverband van arbeid en kapitaal
- Winst (= profit, income) = Opbrengt producten is groter dan de kosten productiemiddelen
Omzettingsproces = Je steekt productiemiddelen en voorraden (input) in de onderneming. De
input wordt omgezet tijdens het transformatieproces in output (product of dienst). De output wordt
door een verkoopproces omgezet in een opbrengt.
- Efficiency = Het doel halen met zo
weinig mogelijk middelen. Zo weinig
mogelijk kosten en tijd maken. Snel en
goedkoop.
- Effectiviteit = Een persoon of de
organisatie verricht activiteiten
waardoor het doel van die persoon of
organisatie gerealiseerd wordt. Ben je
doelgericht?
Productieproces in een afbeelding:
Door de inkoopmarkt komt een organisatie aan grondstoffen, duurzame productiemiddelen en arbeid.
Dit wordt omgezet tijdens het productieproces in een eindproduct. Wordt verkocht op de
verkoopmarkt en levert geld op voor de organisatie om weer vanaf vooraf aan te beginnen.
, Kanttekeningen bij ondernemingen:
- De continuïteit van de onderneming is een belangrijk uitgangspunt. Het behalen van winst is
noodzakelijk. Continuïteit vereist een lange termijn perspectief: een snelle winst pakken door
inferieure producten als topkwaliteit aan te bieden, werkt op lange termijn averechts.
- Ondernemingen presenteren tegenwoordig vaak een mission statement (doelen etc.). Hierin
komt het winststreven niet prominent naar voren, de zorg voor milieu, arbeidsvreugde enz.
wel. Zo’n statement kan ook dienen om een goede sier naar de buitenwereld te creëren.
- Soms lijkt het erop dat ondernemingen in plaats van een zo groot mogelijk winst, naar een zo
hoog mogelijke omzet streven en dit als ondernemingsdoel hebben (hoe groter, hoe beter).
1.2 Profit- en nonprofitorganisaties
Onderneming Non-profit organisatie
Hanteert het marktmechanisme. De markt doet Sprake van budgetmechanisme. Het gaat hier om
z’n werking. budgetten.
De activiteiten zijn slechts middelen, het doel is De enige vorm van inkomsten zijn particuliere
winst maken. donaties (contributies, donaties, subsidies,
erfenissen. In beperkte mate kan op de markt
geopereerd worden.
De winst vormt het doel, de activiteiten het De activiteiten zijn het doel, niet de winst.
middel.
Het winstcijfer is de maatstaf voor effectiviteit De effectiviteit is lastig af te lezen. Het is slechts
(saldo van de omzet) en efficiency (kostprijs) te benaderen door niet-financiële maatstaven.
Een stichting die slachtofferhulp biedt is pas
effectief als zij erin slaagt om problemen van
cliënten op te lossen. VB: wachttijden in kaart
brengen door enquêtes.
De methode om winst te behalen is een
secundaire kwestie.
Privatisering = Bij de overheid is een tendens van privatisering te herkennen. Activiteiten die zich
tot daartoe behoren, worden losgemaakt van de overheidsorganisaties en moeten op ‘de markt’ hun
bestaan bewijzen.
- VB: openbaar vervoer, telefonie, postbezorging en levering van energie.
De onderwerpen die in dit boek voorkomen zijn vooral gericht op ondernemingen.
1.3 Ondernemingsactiviteiten
1. Marktsector (particulier)
Primaire sector: landbouw en extractie (maken gebruik van ‘rijkdommen uit de natuur’)
Met relatief weinig grondstof wordt een grote hoeveelheid eindproduct verkregen. Uiteraard
zijn duurzame productiemiddelen wel zeer belangrijk: de landbouwgrond, de vergunning
voor de mijn of het olieveld bij extractieve bedrijven, of een grote inzet van materieel.
Secundaire sector: Industrie en handel
Bij de industrie kan onderscheid gemaakt worden tussen stuk- en massaproductie.
Industrie
Stukproductie Massaproductie
Maatwerk Standaardproduct
Bestemd voor één bepaalde klant Bestemd voor de ‘markt’
Op bestelling Op voorraad
Tussen deze twee uitersten komen tussenvormen voor waarbij gebruik wordt gemaakt
van de productie van series identieke (half)producten:
Serie-stukproductie = houdt men vast aan de gedachte dat de klant zijn eigen individueel bepaalde
product krijgt, maar probeert men kosten te besparen door de componenten van het product in grotere
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller SelineES. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.15. You're not tied to anything after your purchase.