Inhoud van het activiteitenplan
Zoals gezegd: planmatig werken betekent de activiteiten of handelingen systematisch
aanpakken. Je werkt volgens een vooraf opgesteld plan.
De inhoud van een plan wordt bepaald door de volgende vragen:
Wie: Om wie gaat het ( doelgroep , cliënt ) en wie zijn er nog meer bij betrokken?
Wat: Welke activiteiten of handelingen vinden plaats om het doel te bereiken?
Waar: waar vindt de activiteit of handeling plaats?
Waarmee: welke middelen zijn nodig om de activiteit uit te voeren?
Wanneer: wanneer vindt je activiteit of handeling plaats?
Wie: Om wie gaat het en wie zijn er nog meer bij betrokken?
De doelgroepenanalyse (als het een plan voor de hele groep is) en de beschrijving van de
beginsituatie van de cliënt (als het een individuele cliënt betreft).
Het is belangrijk om in je werkplan een korte beschrijving van de doelgroep of ( in geval van
een individuele cliënt) van de beginsituatie van je cliënt op te nemen. De cliënt of doelgroep
staat immers centraal in het plan.
Naast de cliënt of de groep zijn er nog andere mensen bij betrokken. In de eerste plaats jij
zelf natuurlijk of (in geval van afwezigheid) je collega’s. Verder kunnen er indien nodig ook
ouders bij worden betrokken of een ander groepslid, die bijvoorbeeld ergens heel goed in is
of dezelfde belangstelling heeft als de cliënt met wie je de activiteit gaat uitvoeren.
Bij de vraag om wie het gaat stel je jezelf dus de volgende vragen:
Wie is de deelnemer (cliënt of groep); korte schets van de situatie en de belangrijkste
beperkingen, mogelijkheden, interesses, begeleidingsbehoeften en hulpvragen van
de deelnemer(s).
Wie zijn er nog meer bij betrokken en wat is hun rol (bijdrage aan de activiteit)?
Wat: Welke activiteiten of handelingen vinden plaats om het doel te bereiken
De vraag wat je gaat doen is voor een deel al bij stap 2 aan de orde geweest. In stap 2 zijn
doelen geformuleerd. Het is verstandig om het agogische doel en het werkdoel in je plan nog
een keer op te nemen. Het plan blijft daardoor een logisch geheel.
Wat is het SMART-geformuleerde werkdoel
De volgende vraag die je moet beantwoorden is;
Wat is de activiteit waarmee ik het doel wil bereiken
Bij wel activiteitengebied past deze activiteit (in deze integraal is het een
verzorgingsactiviteit.)
Bij de keuze van de activiteit of handeling (dus wat je gaat doen om je doel te bereiken) let
je erop dat die past bij de doelen en de beginsituatie.
Je stelt jezelf de vragen;past de activiteit van mijn keuze bij het doel en past die bij deze
cliënt of deze groep? Al eerder schreven we dat er meestal verschillende keuzen mogelijk
zijn.
We noemen de punten waar je op kunt letten bij de keuze van je activiteit:
Wordt het een individuele activiteit of groepsactiviteit?
Hoeveel mensen kunnen meedoen aan de activiteit?
Is het een korte of een langdurige activiteit?
Is er veel voor nodig om de activiteit te organiseren?
Sluit de activiteit aan bij het te bereiken werkdoel ?
, Sluit de activiteit aan bij de interesses van de deelnemer?
Is de activiteit uitnodigend, spreekt de activiteit aan?
Welke eisen stelt de activiteit aan de deelnemer, qua taakbelasting, concentratie,
technisch inzicht, tijdsinvestering, interactie of samenwerking, mate van beweging.
Is er voorkennis of zijn er vaardigheden nodig om aan deze activiteit mee te doen?
Hoe sluit de activiteit aan bij het niveau van de deelnemer, is de activiteit niet te
moeilijk of te gemakkelijk? Hoe kom je tot deze conclusie?
Is de activiteit opgebouwd uit opeenvolgende deelhandelingen en vaardigheden,
zodat de te zetten stappen op weg naar het einddoel duidelijk zijn?
Na het maken van een keuze voor een activiteit moeten dus eerst alle deelhandelingen
binnen die activiteit in kaart zijn gebracht. Vervolgens moet de opbouw en strategie worden
vastgesteld. Welke deelhandelingen en vaardigheden komen achtereenvolgens aanbod
gedurende de looptijd van de activiteit. Welke handelingen neemt de begeleider op zich en
welke handelingen gaat de deelnemer uitvoeren.
We gaan dan ook als volgt te werk:
Uit welke opeenvolgende deelhandelingen bestaat de activiteit ? (;
Is benoemd welk concreet waarneembaar gedrag je wilt zien van de deelnemer bij de
diverse deelhandelingen of vaardigheden.
Is bij de deelhandelingen en vaardigheden goed gekeken naar de moeilijkheidsgraad
van de elkaar opvolgende stappen (is er sprake van een logische opbouw van de
stappen op weg naar het einddoel)?
welke deelhandelingen voert de deelnemer uit?
welke deelhandelingen worden door jou en/of door anderen uitgevoerd.?
hoe voert de deelnemer de deelhandelingen uit (zelfstandig, onder begeleiding, in
overleg met iemand anders, op eigen initiatief):
Als je voor een activiteit of handeling hebt gekozen, is het belangrijk je meteen af te vragen
of de activiteit wel uitvoerbaar is. Denk hierbij aan geld, ruimte, materiaal, tijd en beschikbare
hoeveelheid collega’s. Als je meteen al ziet dat de activiteit niet haalbaar is, dan kun je een
alternatief zoeken. Is de activiteit volgens jou wel haalbaar, dan kun je kijken naar de
volgende vragen: waar, waarmee en wanneer?
Je moet je keuze voor de activiteit altijd motiveren door het verband aan te geven tussen de
activiteit en de beginsituatie van de cliënt of de doelgroep, en tussen de activiteit en het
beoogde doel.
Waar: waar vindt de activiteit of handeling plaats?
Bij deze vraag gaat het om het vaststellen van de plaats, de ruimte en eventueel: op welke
plek vindt de activiteit plaats? Op kantoor, in de sportzaal, buiten, in de leefgroep of in de
studieruimte? Of moet je een ruimte reserveren? Waar je iets doet is sterk afhankelijk van
de situatie en de gemoedstoestand van de deelnemer. Als de deelnemer het moeilijk vindt
om zich te concentreren kan een aparte ruimte een oplossing zijn. Als een deelnemer juist in
de war raakt als hij in een andere ruimte iets moet doen, dan kun je hem beter in zijn
vertrouwde omgeving laten.
Bij de vraag naar de geschiktheid van de ruimte om de activiteit doelgericht te laten uitvoeren
door de deelnemer moet je denken aan de volgende zaken:
Waar wordt de activiteit uitgevoerd?
Is het een binnen- of buitenactiviteit?
Heb je alternatieven achter de hand?
Welke eisen worden er aan de ruimte gesteld wat betreft de veiligheid, de inrichting,
de akoestiek, de verlichting, de sfeer, de gebruikte kleuren, de gebruikte harde en
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Evelienverhoef. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.75. You're not tied to anything after your purchase.