Deze samenvatting gemaakt d.m.v. lesstof. alle (verplichte) begrippen zijn beschreven die te vinden zijn op onderwijsonline. Heel duidelijk per begrip beschreven.
1. Inleiding
Je kent de begrippen: Rechtsbronnen (verdrag – grondwet – wet –
jurisprudentie), Grondrechten/mensenrechten (klassieke grondrechten - sociale
grondrechten - Grondwet - IVBPR - EVRM).
Je kunt het onderscheid tussen vrijwilligheid, dwang en drang in de zorg herkennen.
Je weet hoe je betrouwbare juridische bronnen moet zoeken.
Beginsel van proportionaliteit en subsidiariteit
Indeling van recht in rechtsgebieden:
Nationaal recht:
- Burgerlijk recht
- Strafrecht
- Bestuursrecht
- Staatrecht
Internationaal recht
Macht: Op een bepaalde manier invloed uitoefen zodat ander doet wat je wilt.
Staat maakt wetten oefent macht uit.
Rechtsstaat: een staat waarbij de overheidsmacht wordt begrensd:
1. Legaliteitsbeginsel (geen bevoegdheid zonder wet.)
2. Scheiding van machten
3. Waarborging van grondrechten
4. Rechterlijke controle
5. Democratie
1. Legaliteitsbeginsel: zowel overheid als burgers zijn gebonden aan de wet.
Als de overheid dwang wil toepassen dan moet in de wet staan dat dat mag. Al het handelen
moet legaal zijn.
Legitiem= legaal
Strafrecht
2. Scheiding van machten: de macht in de staat verdeel in drie machten. (trias politica)
- Wetgevende macht: parlement & regering (1e en 2e kmr)
- Uitvoerende/bestuurlijke macht: regering (leiding over ministeries en ambtenaren)
- Rechterlijke macht: rechters en OM
3. Grondrechten:
Burgerrechten
- Klassieke grondrechten (overheid passief):
Beschermd de burger tegen overheid (bijv. stemrecht) bijv. zelfbeschikkingsrecht
Beroepen op rechter wann. Inbreuk - lichaam, privacy, bewegen
- Sociale grondrechten (overheid actief)
Overheid moet zorgen voor burgers (bijv. woning)
Kan niet op beroept worden
4. Rechterlijke controle
Rechter is onafhankelijk en onpartijdig
5. Democratie
Burgers kiezen wie het land regeert.
- Sociaal contract: burger leeft stukje van vrijheid in, in ruil voor veiligheid.
, Rechtsbronnen:
1. Wet en regelgeving: regeling afkomstig van regering en de staten generaal.
2. Jurisprudentie: letterlijke rechtsopvatting. Geheel van uitspraken door rechters. Uitspraken
rechters.
3. Gewoonte: gewoonterecht, gebaseerd op gewoonten. Gaat vaak van generatie op generatie.
4. Verdragen: afspraak tussen twee of meer staten, staan op papier. Staat moet wel zijn
geratificeerd (akkoord) (IVBPR/EVRM)
Grondwet: hoogste wet in NL
IVBPR: Internationaal verdrag inzake burgerrechte en politieke rechten (VN)
EVRM: Europees verdrag voor rechten van de mens (Raad v. EU)
Dwang en drang in de zorg:
Iemand word tegen zin in genoodzaakt om iets te doen.
Maatstaven om te meten of handelen rechtvaardig is:
Subsidiariteit: andere oplossing mogelijk zonder dwang? (besluit zo laag mogelijk)
Proportionaliteit: dwang is noodzakelijk, wel zo matig mogelijk, minst ingrijpend.
Doelmatigheid: gekozen dwangmiddel is naar verwachting effectief.
2. Wonen
Woonrecht: het recht op een passende huisvesting (sociaal grondrecht). Alle wetten en regels die
over wonen gaan.
Sociale huurwoning: goedkopere woning voor mensen met lage financiële middelen.
Hoe?
- Inschrijven bij woningcorporatie
- Huisvestingsverhoging
- Voldoen aan eisen woningcorporatie (onenigheid>bestuur inschakelen)
Sociale huurgrens
Inkomen mag niet te hoog zijn
Huurtoeslag vaak mogelijk
Max. jaarlijkse huurverhoging
Woning corporatie: zorgt voor sociale huurwoning
Wan. In aanmerking?
- Via meettijd:
Inschrijftijd
Woonduur
- Via loting: voor mensen zonder urgentie
- Via maatwerk: mensen met WMO-indicatie
- Via urgentie*
Urgentie verklaring*:
- Woonnoodsituatie: moet binnen 4 mnd. Woning verlaten
- Geen eigen verantwoordelijkheid:
kon woonnoodsituatie niet voor zien (scheiding bijv.)
niet tijdig maatregelen nemen om te voorkomen
evt. verantwoordelijkheid wordt 3 jaar verweten
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anoukvanasselt16. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.63. You're not tied to anything after your purchase.