Je bent niet naar de hoorcolleges geweest en weet niet welke onderwerpen aanbod zijn gekomen tijdens de hoorcolleges. Je moet dus op eigen kracht door het boek bladeren en er zelf uit halen wat belangrijk is en wat niet. Maar wat nou als er een samenvatting is met alle informatie, die bij de hoorco...
Tentamen:
H1 t/m H8
College 1 t/m 6
40 MC vragen
College 1.
Het individu in de organisatie
Wat is Arbeids- en organisatiepsychologie: De arbeids- en
organisatiepsychologie richt zich op het gedrag van de werkende mens
Een A&O psycholoog bestudeert hoe het werk en de organisatie invloed
hebben op het gedrag van de mens en andersom
Psychologie toegepast op de werkvloer
Inbreng en opbrengsten : ruilrelatie
Inbreng Opbrengsten
Tijd Salaris, secundaire
arbeidsvoorwaarden
Inspanning Interessant werk
Kennis Opleiding, training en
loopbaanperspectief
Vaardigheden Waardering en status
Sociale steun Sociale contacten
Gevolg ruilrelatie: Wederzijdse afhankelijkheid
Meyer & Allen (1997)
Affectieve-
Normatieve-
Continuïteitsbetrokkenheid
Welke factoren bepalen betrokkenheid?
Persoonskenmerken
Relationele factoren
Aard van het werk
Arbeidssatisfactie hangt samen met:
Kenmerken van het werk
Sociale omgeving: bijv. steun
Aard van de beloningen
Billijkheid: redelijke verhouding tussen inspanning en opbrengsten
Algemeen vergelijkingsniveau
Vergelijkingsniveau met alternatieven
Oplossingen voor onbillijkheid
Waargenomen onbillijkheidSpanning Reduceren onbillijkheid
Verandering inbreng
Opbrengsten verbeteren
Verandering waardering kosten en baten
Andere referentiegroep kiezen
,Arbeids- en organisatiepsychologie -Hoorcolleges-
Veranderen van baan
Werk anders organiseren (Het nieuwe werken):
4 principes
1. Flexibiliteit in tijd, plaats, ruimte en manier van werken
2. Sturen op resultaten
3. Goede ICT ondersteuning
4. Flexibele arbeidsverhoudingen en contractvormen
Relatie individu- organisatie verandert:
Minder sociale omgeving
Invloed op ruilrelatie
Invloed op betrokkenheid
Selectie voor werk
1. Ongestructureerd interview
2. Gestructureerd interview
3. Intelligentie test
4. Persoonlijkheidstest (BIG5)
5. Specifieke arbeidsproef
6. Assessment
Personeel inpassen in de organisatie
Waarden binnen de organisatie: Congruentie leidt tot betrokkenheid:
Harder werken, beter presteren, extra inzet en minder verloop
Socialisatie: Beïnvloeding door:
Gedragingen en normen
Anticiperende socialisatie
Internalisatie
Methoden van inpassen
Informeren en begeleiden (mentorsysteem)
Voordoen (identificeren)
Belonen en straffen
Scholen
College 2.
Groepen, samenwerken & overleggen
Waarom leven en werken we in een groep?
Groepen hebben verschillende functies voor een mens
Evolutionaire en biologische functie: verhoogde overlevingskans,
veiligheid, bescherming
Psychologische functie: steun, status en informatie
Cognitieve functie: twee kunnen meer dan één
, Arbeids- en organisatiepsychologie -Hoorcolleges-
Voorwaarden een groep:
Directe interactie tussen twee of meer mensen
Gemeenschappelijke doelen
Wederzijdse afhankelijkheid
Gevoel een groep te zijn
Ontwikkeling van een groep: (bijv. projectgroep)
Oriëntatiefase: Iedereen tast elkaar af
Conflictfase: Conflict over onderwerp, hoofdvraag , te laat komen etc.
Stabilisatiefase: onderwerp, hoofdvraag is gekozen, streven naar het
doel
Prestatiefase: hard werken aan het project, peerranking
Beëindigingsfase: Het project is af of de samenwerking is echt
onhoudbaar
Structurele kenmerken van een groep in een organisatie
1. Groepsrollen
Functioneel: Taakgericht en groepsgericht
Disfunctioneel: Zelfgericht
2. Groepsnormen (ontwikkeling normen (Feldman, 1984))
Beginsituatie
Verleden
Expliciete uitspraken: ‘’wat ik meestal doe’’
Kritieke gebeurtenissen
3. Status en invloed
De verwachtingstheorie van Berger, Conner en Fisek (1974) stelt dat
wanneer groepsleden met elkaar gaan samenwerken, ze bepaalde
verwachtingen hebben over het eigen gedrag in de groep en het
gedrag van de andere groepsleden. Deze verwachtingen baseren zij
op de volgende twee onderdelen:
Gedragingen in het verleden: Werk gerelateerde ervaringen
speelt hierbij o.a. een rol
Statuskenmerken: Hetzij bewust of onbewust heeft ieder
groepslid een beeld van de status van zichzelf en anderen
( kennis, ervaring, teamleider etc.)
Hoe deze verwachtingen kunnen zorgen voor het ontstaan van een
vast patroon van ongelijke inbreng, invloed en status staat in het
boek beschreven. De auteurs stellen dat vooral de communicatie in
groepen belangrijk is. Ze analyseren als volgt:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Niszey. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.74. You're not tied to anything after your purchase.