100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Fiscaal en arbeidsovereenkomstenrecht KU Leuven $5.41   Add to cart

Summary

Samenvatting Fiscaal en arbeidsovereenkomstenrecht KU Leuven

 12 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting Fiscaal en arbeidsovereenkomstenrecht KU Leuven

Preview 4 out of 56  pages

  • November 30, 2022
  • 56
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
lOMoARcPSD|15781725




Fiscaal en arbeidsovereenkomstenrecht - Handelsingenieur
Deel 1: Algemene inleiding Basisprincipes
Oorsprong van de belastingen
• Oorsprong:
– noodzaak financiering overheidsuitgaven
o diverse vormen in het verleden
o thans meer dan 90% uit “heffing”
▪ hoofdzakelijk belastingen en sociale zekerheidsbepalingen
• Verleden: loutere machtsuitoefening
• Magna carta 1215 (akkoord tussen Britse koning en de goede bevolking): “no taxation
without representation” -> nog steeds een basisregel.
• Lastenstijging versus politieke vrijheden en rechten
• Sedert Franse revolutie
– belasting slechts bij Wet (door het parlement gestemd)
– jaarlijkse toestemming, via rijksmiddelenbegroting
o Financiewet: inkomsten
o Uitgavenbegroting: uitgaven
o Cfr: “voorlopige twaalfden”…
• Stemrecht in functie van betaalde belasting -> niet conform de egalitaire benadering van het heden
– belastinguitbreiding: uitbreiding van kiezerskorps
• Thans:
– politiek instrument
o invloed diverse drukkingsgroepen (langs volksvertegenwoordigers)
– ook instrument van een sociale politiek en economisch beleidsinstrument
• In loop van 20e eeuw: enorme toename algemene belastingdruk
(Voor WOI: de totale belastingheffing van de overheid was +- 1,5% van het bruto nationaal product)
– verruiming rol van overheid: vereist financiering
– invloed wereldoorlogen (1 en 2)
– impact van inflatie van (voornamelijk) jaren ’70
o geen indexatie van belastingschalen -> voorheen hadden hoge inkomsten een belasting van 50-
60% -> door de inflatie werden deze hogge inkomsten vaker gehaald maar de belastingschaal
werd niet aangepast.
o tendens tot vermindering proportionele belastingdruk
• Thans: limiet is bereikt sedert enige tijd (tariefschaal artikel 130 wetboek inkomstenbelasting)
– met perverse economische en psychologische effecten
– impact van de “loonwig” = het verschil tussen de loonkosten voor de werkgever en het nettoloon dat
de werknemer ontvangt.
-> Ofwel betaald men geen belastingen omdat men vervangingsinkomsten heeft ofwel een
normaal inkomen heeft en dan betaal je 47-48% belastingen ook al heeft men een gewoon salaris.
– mede onder druk van vergelijking met andere EU lidstaten
o tendens tot vermindering proportionele belastingdruk
▪ hoewel voornamelijk in vennootschapsbelasting?
– hervorming van Ven.B.: zomerakkoord
2017 Actuele tendens: de Tax Shift
• Redenen voor de tax shift:
– Vermindering loonlasten (sinds 2016) -> voorla vermindering wergeversbijdrage.
– Maar in wezen ook: vergrijzingsfiscaliteit (o.a. pensioenleeftijd verhogen)
– Weg van taxatie van arbeid Door de vergrijzing
– Naar fiscale draagkracht van de niet (langer) werkenden
• Dus verschuiving naar:
– Vermogensinkomsten: (maar hier zitten we al hoog)
o Verhoging roerende voorheffing vooral
o Kaaimantaks (= door buitenlandse vermogensstructuren heen kijken) en
speculatietaks
– Naar vermogensbezit?? (nee, tenzij onroerende voorheffing en taks op
effectenrekening)
– Naar bestedingen en transacties:

, lOMoARcPSD|15781725




o Accijnzen (vooral een stijging hiervan)
o BTW (maar opletten voor doorwerking in loonstijgingen wegens indexering)

, lOMoARcPSD|15781725




Actuele tendens: naar tax shift 2
• Blijvende druk voor vermindering belastingen op arbeid en verschuiving naar heffing
op vermogensinkomsten
• Studie van Hoge Raad voor Financiën
(vb. de Joule taks: de belasting was gevestigd op het energieverbruik per huishouden.)
• Studies van diverse instanties en politieke partijen
– Tax policy
• Basis ideëen:
– Duaal systeem: arbeidsinkomen progressief belast tot…[50perc]
o Daarnaast (Box 2), alle vermogensinkomsten aan vlak tarief 25% of 30%
o Ook meerwaarden op alles
enz… Nieuwe evolutie
• De regionalisering van de inkomstenbelastingen:
➔ Om een beleid te voeren zijn er 3 belangrijke beleidsinstrumenten: economisch ontwikkelingsbeleid
(voornamelijk gericht op subsidies), een arbeidsmarktbeleid en een fiscaal beleid. Klassiek: in het
zuiden gericht op subsidies. Belastingen verminderen is een algemene maatregel: vaker in het
noorden van België. Regionalisering gaat traag!
– Niet de vennootschapsbelasting
– Wel de personenbelasting (van 50% die men betaald: 15% regionaal, 35% federaal).
o Tarief
o Onroerende inkomsten
– Wel de successierechten, registratierechten en andere reeks heffingen verbonden aan de
eigen bevoegdheden
Begrip “belasting”
• Begrip:
– een verplichte bijdrage opgelegd door de overheid volgens bepaalde regels van recht aan
haar onderdanen ten einde in het algemeen en zonder aanwijsbare tegenprestatie haar
uitgaven te kunnen doen.
• Ontleding begrip:
– een bijdrage opgelegd door en betaald aan overheid
o niet aan particulieren
o Grondwet en bijzondere Fin Wetten en Gem en Prov-wetten bepalen welke overheid kan
heffen (Federaal, Gew/Gem, Prov en Gem)
– verplichte bijdrage: als men zich in geviseerde situatie bevindt
➔ Men kan zich hier niet aan ontdoen door te doen alsof men niet in deze situatie zit (Simulatie)
– geheven volgens wettelijke bepaling goedgekeurd door bevoegde “Parlement”
o democratische controle (legaliteitsbeginsel) (Art. 170 GW)
o jaarlijkse toestemming tot heffen van belastingen (Financiewet!) en doen van
uitgaven (Rijksmiddelenbegroting) (Art. 171 GW)
-> Cfr vandaag “voorlopige twaalfden” : men geeft maan per maand om hetzelfde te heffen/ uit
te geven als het vorige jaar.
o nationale fiscale wetgeving
▪ diverse rechtsbronnen: wet, uitvoeringsbesluiten, administratieve rondzendbrieven
▪ meer en meer effect internationale normen: dubbelbelastingverdragen; EG-
Verdrag; Europese Richtlijnen (vooral in BTW)
– opgelegd aan onderdanen op grond van band met grondgebied: territorialiteit
– niet specifiek bestemd voor bepaalde uitgave: politiek discretionair
• Onderscheid met andere bijdragen en heffingen:
– sociale zekerheidsbijdragen: <-> Over de jaren heen is er steeds, in
o verplicht maar specifiek: toenemende maten, meer bijkomende
▪ viseren specifieke aanwending, bepaalde uitgaven financiering van sociale uitgaven lastens het
▪ inning door parastatalen… budget dat gifinancierd is met de
belastingen.
▪ formele benadering in concreto uitgehold: overhevelingen, bijpassingen door
schatkist, autonome uitkeringsrechten
o SZ is geen belasting -> algemene beginselen van belastingrecht zijn niet van toepassing: geen
jaarlijkse wettelijke controle

, lOMoARcPSD|15781725




o zie debat financiering Soc. Zekerheid vanuit begroting
▪ aanzet tot hertekening met daling sociale bijdragen en alternatieve fiscale opbrengsten
– retributies:
o vergoeding voor tegenprestatie van overheid in rechtstreeks en onmiddellijk belang
begunstigde (geïndividualiseerde dienst);
▪ beroep op dienst uit eigen belang; gelijk aan kostprijs dienst of redelijke verhouding
▪ vb. haven- en kaaigelden
▪ Vb: de zuivelsector die betaalde een, door de minister, opgelegde bijdrage voor de financiering
van een organisme dat zich moest bezichthouden met de kwaliteit van de zuivelproducten. Op
een dag werd dat organisme afgeschaft (ingekampself in een andere afdeling). Op dat
moment wordt die retributie een bijdrage die door de regering wordt gebruikt waar het haar
goed uitkomt (belasting). Maar de retributie was ingesteld door een ministrieel besluit en een
belasting kan enkel worden ingesteld door een wet -> ongeldige belasting.
o gevolg: niet verplicht en specifiek
– verhaalbelasting: (meestal gemeentelijk)
o verplichte overheidsheffing n.a.v. specifieke prestatie ook wanneer belastingplichtige (BP)
geen specifiek voordeel uit haalt (onweerlegbaar vermoeden)
▪ doch geen individueel beslissingsmoment voor de betaler
▪ vb. aanleg riolering
– motief onderscheid belasting – andere bijdragen en heffingen:
o andere regels inzake geldige invoering, procedure, …
• Functies van belasting
– financiële
o 1850: 84 mio BEF; 1930: 8 miljard BEF; 1960: 101 miljard BEF; 1980: 1,3 biljoen BEF; 2001: 2,9
biljoen BEF 2008: 94,12 miljard EUR (3,8 biljoen BEF); 2019: 115,5 mia belastingen
o Totaal vermogen 2000 mia - roerend vermogen 1000 mia
o bnp 465 mia ? - schuld 475 mia?
o Fiscale en parafiscale (sociale bijdrage) ontvangsten in 2018: 203 mia: 44% van het bbp
o YB 65 mia inkomstenbelastingen
▪ PB 48 mia personenbelastingen
▪ Venn B 18 mia vennootschapsbelastingen
o BTW 35 mia
o Sociale bijdragen: 60 mia
o Douane en accijnzen: 12 mia (9 mia accijnzen)
– economische: stimulerend en ontradend
– sociale: herverdeling van inkomen en
vermogen Overzicht van belastingen in België
(aangepaste cijfers)
• Inkomsten ten behoeve van het Rijk (totaal ong. 118 mia)
– Inkomstenbelastingen (55%)
o personenbelasting (ong. 40 mia)
o vennootschapsbelasting (15 mia)
o rechtspersonenbelasting
o belasting der niet inwoners (1,4 mia)
– BTW (28%: 31 mia): -> belangrijk
o ontvangst gedeeltelijk overgemaakt aan EU
– Accijnzen (9 mia/8%)
– Zegelrechten (en gelijkgestelde taksen) (2%)
o beurstaksen, taks op afgifte toondertitels
– Registratierechten (3%)
– Successierechten Vlaanderen 1,2 mia
– Successierechten (1,5%)
– Douanerechten (1,8%)
– Met inkomstenbelasting gelijkgestelde belastingen
o verkeersbelastingen en BIV
o taks op verzekeringskapitalen op 60jarige leeftijd

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller philipbergkamp. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.41. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

80796 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.41
  • (0)
  Add to cart