Dit document bevat alle stof die voorkomt in het eerste tentamen van het eerste leerjaar van Toegepaste Psychologie. Ik heb aan de hand van deze samenvatting en de begrippenlijst, die ik ook op deze site verkoop, geleerd voor dit vak. Zelf heb ik een 9 voor dit tentamen gehaald.
Hoofdstuk 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 10, 11 en de vijf modellen over werkstress
November 30, 2022
46
2022/2023
Summary
Subjects
gedrag in organisaties
gio
toegepaste psychologie
arbeids en organisatiepsychologie
samenvatting
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
Written for
Saxion Hogeschool (Saxion)
Toegepaste Psychologie
Gedrag in Organisaties
All documents for this subject (12)
Seller
Follow
femkemoors
Reviews received
Available practice questions
Oefenvragen GiO
Flashcards26 Flashcards
$3.213 sales
Flashcards26 Flashcards
$3.213 sales
Some examples from this set of practice questions
1.
Waarom is het zinvol om gedrag in organisaties op een systematische manier te bestuderen?
Answer: Omdat menselijk gedrag niet toevallig is
2.
Wat zijn de drie componenten van een attitude?
Answer: Cognitieve, affectieve en gedragscomponent
3.
Wanneer zullen de attitude en gedrag van elkaar verschillen?
Answer: Door de aanwezigheid van sociale druk.
4.
Welke attitude hoort bij de volgende omschrijving?
\'\'Een positief gevoel over het werk op basis van een beoordeling van de kenmerken ervan.\'\'
Answer: Werktevredenheid
5.
Welke drie kenmerken horen bij het begrip \'bevlogenheid\'?
Answer: Vitaliteit (energie), toewijding (betrokkenheid) en absorptie (echt opgaan in het werk)
6.
Wat zijn de voornaamste bronnen van werktevredenheid?
Answer: Werkomstandigheden, persoonlijkheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen.
7.
Hoe noemen we de reactie als iemand bij ontevredenheid over het werk besluit om weg te gaan van de organisatie?
Answer: De exitreactie (actief en destructief)
8.
Hoe noemen we de intense gevoelens voor iets of iemand?
Answer: Emoties
9.
Wat houdt emotionele arbeid in?
Answer: Dat je de door de organisatie gewenste emoties moet tonen bij interacties met anderen op je werk.
10.
Juist of onjuist?
\'\'Oppervlakte-acteren levert meer stress op dan diepte-acteren.\'\'
Answer: Juist!
Content preview
Samenvatting GiO
Hoofdstuk 1; Inleiding op gedrag in organisaties
Wat is een organisatie?
Een organisatie is een samenwerkingsverband van mensen die met behulp van geschikte kennis en middelen
samenwerken om een bepaald doel te bereiken.
Wat is de definitie van het wetenschappelijk onderzoeksgebied GiO?
GiO bestudeert de invloed die individuele factoren, groepsprocessen en organisatiestructuren hebben op
menselijk gedrag in organisaties. GiO is een toegepaste wetenschap met als belangrijkste doel de effectiviteit
van organisaties te verbeteren. Omdat dit vakgebied zich specifiek richt op arbeidssituaties, legt het de nadruk
op gedrag in arbeidsorganisaties:
• Functies
• Taakuitvoering
• Verzuim
• Verloop
• Productiviteit
• Menselijke prestaties
• Management
GiO houdt zich vooral met de volgende onderwerpen bezig:
• Motivatie
• Leiderschapsgedrag en macht
• Interpersoonlijke communicatie
• Groepsstructuur en groepsprocessen
• Attitudeontwikkeling en perceptie
• Persoonlijkheid, emoties en waarden
• Veranderingsprocessen
• Conflicten en onderhandelingen
• Werkstructurering
Wat is de toegevoegde waarde van bestudering van GiO?
De toegevoegde waarde van de bestudering van GiO is om de effectiviteit in organisaties te verbeteren.
Doormiddel van systematische bestudering van gedrag kunnen we de nauwkeurigheid van onze voorspellingen
verbeteren. Het is zinvol om gedrag in organisaties op een systematische manier te bestuderen omdat
menselijk gedrag niet toevallig is.
Welke gedragswetenschappen hebben een bijdrage geleverd aan GiO?
Psychologie is een van de gedragswetenschappen die een bijdrage heeft geleverd aan GiO. De bijdragen van
psychologie zijn:
• Leren
• Motivatie
• Persoonlijkheid
• Emoties
• Perceptie
• Opleiding
• Effectief leiderschap
• Werktevredenheid
• Individuele besluitvorming
• Prestatiebeoordeling
• Attitudemeting
• Selectie werknemers
• Taakstructurering
, • Stress
Deze bijdrage richt zich voornamelijk op het individu.
Sociale psychologie bestaat uit begrippen van de psychologie en sociologie. De bijdragen van de sociale
psychologie zijn:
• Gedragsverandering
• Attitudeverandering
• Communicatie
• Groepsprocessen
• Groepsbesluitvorming
Een aantal andere bijdragen van de sociale psychologie die vanuit de sociologie komen zijn:
• Communicatie
• Macht
• Conflict
• Groepsgedrag
Deze bijdragen richten zich op de groep.
De sociologie bestudeert mensen en hun gedrag in relatie tot hun sociale omgeving of cultuur. De bijdragen
hiervan zijn:
• Communicatie
• Macht
• Conflict
• Groepsgedrag
Deze zijn van invloed op de groep. De andere bijdragen van sociologie zijn:
• Formele organisatietheorie
• Organisatietechnologie
• Organisatiecultuur
Deze bijdragen zijn gericht op het organisatiesysteem
Antropologie is de wetenschap die verschillende samenlevingen vergelijkt om meer te weten te komen over
mensen en hun activiteiten. De bijdragen hiervan zijn:
• Verschillen in waarden
• Verschillen in attitudes
• Cross-culturele analyse
Deze zijn van invloed op de groep. De andere bijdragen vanuit antropologie zijn:
• Organisatiecultuur
• Organisatieomgeving
• Macht
Deze bijdragen zijn van invloed op het organisatiesysteem.
Al deze bijdragen vanuit de gedragswetenschappen vormen samen de bestudering van organisatiegedrag.
Hoe kunnen de concepten van GiO het functioneren van organisaties beïnvloeden?
GiO kan goede inzichten bieden om:
• Beter te reageren op economische ontwikkelingen
• Beter om te gaan met globalisering
• Beter leiding te geven aan divers personeelsbestand
• Innovatie en verandering meer te stimuleren
• Evenwicht tussen werk en privé beter te maken
• Ethisch gedrag te stimuleren
• Een positieve werkomgeving te scheppen
Welke uitdagingen en kansen voor managers en professionals biedt GiO?
• Onderdruk de neiging om generalisaties te vertrouwen; sommige bieden goede inzichten in menselijk
gedrag, maar vele kloppen niet. Leer de persoon in kwestie kennen en begrijp de context.
, • Gebruik onderzoeksuitkomsten in plaats van vage, intuïtieve ideeën voor het verklaren van oorzaak-
en-gevolgrelaties.
• Werk aan je interpersoonlijke vaardigheden om je leiderschapspotentieel te vergroten.
• Verbeter je technische en conceptuele vaardigheden door middel van scholing en door de trends in
GiO bij te houden, zoals big data.
• GiO kan de kwaliteit en productiviteit van het werk en je werknemers verbeteren doordat het laat zien
hoe je je werknemers meer invloed geeft, hoe je veranderprogramma’s ontwerpt en doorvoert, de
dienstverlening aan de klant verbetert en je werknemers helpt om een goed evenwicht te vinden
tussen werk en privéleven.
Wat zijn de 3 analyseniveaus binnen GiO en wat zijn de verschillen?
Het GiOmodel bestaat uit drie variabelen: input, processen en uitkomsten. Dit bestaat uit drie analyseniveaus:
individu, groep en organisatie. Het model illustreert dat input tot processen leidt, die weer tot uitkomsten
leiden.
Onder de input vallen variabelen als persoonlijkheid, groepsstructuur en organisatiestructuur die tot processen
leiden. Deze variabelen bereiden de weg voor wat er later in een organisatie zal gebeuren. Veel van die
variabelen liggen al vast voordat de werkrelatie begint. Zo worden kenmerken van personen gevormd door een
combinatie van hun genetische erfenis en het milieu waarin ze zijn opgegroeid. Groepsniveau wordt doorgaans
vlak voor of na de vorming van een groep toegewezen. Op organisatieniveau komen de variabelen meestal tot
stand na jaren van ontwikkeling en verandering doordat de organisatie zich aan haar omgeving aanpast en
gebruiken en normen opbouwt.
De input op individueel niveau:
• Diversiteit
• Persoonlijkheid
• Waarden
De input op groepsniveau:
• Groepsstructuur
• Groepsrollen
• Teamverantwoordelijkheden
De input op organisatieniveau:
• Structuur
• Cultuur
Processen zijn handelingen, acties of reacties die zich binnen personen, groepen en organisaties kunnen
voordoen als gevolg van de input, die leiden tot bepaalde uitkomsten.
De processen op individueel niveau:
• Emoties en stemmingen
• Motivatie
• Perceptie
• Besluitvorming
De processen op groepsniveau:
• Communicatie
• Leiderschap
• Macht en politiek
• Conflicten en onderhandelingen
De processen op organisatieniveau:
• Human Resources Management (HRM)
• Veranderpraktijken
Uitkomsten zijn de cruciale variabelen die je wilt verklaren of voorspellen; ze worden beïnvloed door andere
variabelen.
Uitkomsten op individueel niveau:
• Attitudes en stress
• Taakuitvoering
• Voorbeeldig werkgedrag
, • Terugtrekgedrag
Uitkomsten op groepsniveau:
• Groepscohesie
• Groepsfunctioneren
Uitkomsten op organisatieniveau:
• Productiviteit
• Overleven
Hoofdstuk 2; Attitude en werktevredenheid
Wat zijn de drie componenten van attitudes?
Een attitude is een houding die je hebt tegenover dingen, mensen, bepaald gedrag of gebeurtenissen. De drie
componenten van een attitude zijn:
• Cognitieve (of kennis) component. Dit onderdeel van je attitude omvat je mening of oordeel over een
feitelijke toestand waarvan je aanneemt dat je die concreet waarneemt.
• Affectieve component. Affect betekent gevoel en gaat dus om de emotie die de cognitie bij je oproept.
Die kan neutraal, sterk negatief of sterk positief zijn.
• Gedragscomponent. Dit verwijst naar een intentie om je op een bepaalde manier te gedragen. Of de
gedragsintentie bij een intentie blijft of dat deze wordt omgezet in daden hangt af van verschillende
factoren.
Wat is het verband tussen attitude en gedrag?
Attitudes zijn voorspellers van potentiele problemen en ze beïnvloeden gedrag. De krachtigste versterkers (of
onderdrukkers) van het verband tussen attitude en gedrag zijn:
• Het belang van attitude. Attitudes die iemand belangrijk vindt, vertonen doorgaans een sterk verband
met gedrag.
• De specifiteit van de gedragsintentie. Hoe beter de attitude past bij bepaald gedrag des te sterker het
verband.
• De toegankelijkheid van de attitude. Attitudes die gemakkelijk oproepbaar zijn in het geheugen zijn
betere voorspellers van gedrag dan minder toegankelijke attitudes.
• De aanwezigheid van sociale druk. Attitude en gedrag zullen eerder van elkaar verschillen wanneer de
sociale druk voor bepaald gedrag buitengewoonsterk is.
• Directe ervaring met de attitude. Het verband tussen attitude en gedrag zal sterker zijn wanneer de
attitude iets betreft waarmee het individu ervaring uit de eerste hand heeft.
Wat zijn de belangrijkste attitudes ten opzichte van werk?
Bij werkgerelateerde attitudes gaat het om de positieve en negatieve oordelen die werknemers hebben over
verschillende aspecten van hun werkomgeving. De vijf belangrijkste attitudes zijn:
• Werktevredenheid. Deze attitude wordt gedefinieerd als een positief gevoel over het werk op basis
van een beoordeling van de kenmerken ervan.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller femkemoors. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.