Hoofdstuk 1: Geldrekeningen en betalingsverrichtingen
1. Algemeen
Rekeningen nemen een belangrijke plaats in, in de relatie tussen kredietinstelling en cliënt:
Geldverrichtingen vinden doorgaans plaats via rekening (beperkte mogelijkheid tot OTC-transacties).
• Voorbeeld van verrichting OTC: wisseltransactie vanwege een buitenlandse toerist in BEL (bv.
AM toerist die dollars in euro’s komt wisselen in BEL bank → unicum dat je geen rekening moet
openen bij verrichtingen bij banken.
• bv.: cheque innen moet via een bankrekening gebeuren
Geldrekeningen moeten worden onderscheiden van effectenrekeningen
• Geldrekeningen:
o Zicht- of betaalrekening: rekening die je hebt om daarmee betalingstransacties te
kunnen verrichten.
o Spaarrekening: Gelden die je verwacht niet onmiddellijk nodig te hebben.
o Termijnrekening: Variant op de spaarrekening. Grote verschil bestaat erin dat waar
een spaarrekening een contract is van onbepaalde duur, waarbij de tegoeden in
principe op zicht opvraagbaar zijn, zijn gelden op een termijnrekening niet
opvraagbaar op zicht voor zover de looptijd van de termijnrekening loopt
• Belang van het onderscheid: functie + toepasselijke regelgeving + fiscale behandeling
o Toepasselijke regelgeving: gaat gebruiker (veelal consument) bescherming bieden in
relatie tot financiële instelling
o Functie:
▪ Zichtrekening: laat u toe om deel te nemen aan het betalingsverkeer.
▪ Spaarrekening/termijnrekening: men wil een zeker rendement krijgen van die
gelden omdat er een rente aan verbonden is. Maar: rendement is beperkt
door uitermate historisch lage rente.
o Fiscale behandeling: Bij een termijnrekening is er voor de intresten roerende
voorheffing verschuldigd, maar bij spaarrekening niet. Dit heeft een impact op het
nettorendement dat aan de rekening verbonden is.
Rechtsverhouding tussen kredietinstelling en cliënt: Rekeningovereenkomst
2. Soorten geldrekeningen
a) Zicht-of betaalrekening
• Contract van onbepaalde duur
• Tegoeden opvraagbaar op zicht
• Mogelijkheid tot verrichten van betalingstransacties (gevolg: toepassing regelen inzake
betalingsdiensten uit boek VII WER (art. VII.4 ev WER)) (infra)
o Eerste titel boek VII WER: hele reeks van regelen inzake betalingsdiensten en dat
betreft ook raamcontracten die worden aangegaan inzake betalingsdiensten. Een
zichtrekening is zo’n raamcontract en valt dus onder dat toepassingsgebied.
Pagina 3 van 248
, o Vb. Informatiedocument betreffende de vergoedingen (art. VII.4/1 WER) moet ter
beschikking gesteld worden door fincanciële instelling die zichtrekening aanbiedt aan
de consument. Er zijn verschillende wijzen waarop dat informatiedocument ter
beschikking worden gesteld (zie wet). We gaan de wijzen niet bekijken, maar nadruk
dat het een gestandaardiseerd document is. Het is de wetgever die bepaalt hoe het
document eruitziet en voor welke het moet worden toegepast. Het biedt informatie
over de kost van de betalingsdiensten.
o In huidig financieel recht vaak gestandaardiseerde informatiedocumenten. Wat is de
bedoeling en vergelijk het met een algemene informatieverplichting?
▪ Standaardisatie moet toelaten dat beleggers 1) eenvoudiger kunnen
vergelijken en 2) na vergelijking makkelijk een geïnformeerd besluit kunnen
nemen.
▪ Hier: vergelijking toelaten tussen kosten betalingsdiensten van verschillende
aanbieders.
• Al dan niet mogelijkheid tot het opnemen van krediet (indien krediet: impact bepalingen Boek
VII WER inzake consumentenkrediet) → zichtrekeningen kunnen een kredietfaciliteit
omvatten: men geeft aan de cliënt de mogelijkheid om ten belope van bepaald bedrag onder
nul te gaan.
o Als kredietfaciliteit verbonden: dan moet je wat betreft die rekening ook rekening
moeten houden met regelen inzake consumentenkrediet van boek VII WER. Die
regelen gaan enkel gelden wanneer de rekeninghouder consument is.
▪ bv.: betalingsdiensten daarvan is toepassingsgebied niet beperkt tot
consumenten, maar wel beperkt personeel toepassingsgebied voor regels
inzake consumentenkrediet→ steeds toepassingsgebied nagaan om te zien
welke regels er al dan niet tezamen van toepassing zijn.
o Recht om onder nul te gaan: geoorloofde debetstand op rekening
b) Spaarrekening en gereglementeerde spaarrekening
Algemeen
• Contract van onbepaalde duur
• Tegoeden opvraagbaar op zicht (desgevallend contractueel gemodaliseerd)
o bv. 25000 euro op spaarrekening en je gaat naar de bank om dat af te halen: bank kan
dat meestal niet onmiddellijk geven → waarom? Veiligheidsoverwegingen (niet veel
geld in de bank) en geld dat cash ergens ligt kost alleen maar geld, en geeft geen
rendement.
o Hoe vangt men dat op? Algemene voorwaarden kunnen bepalen “Als je een bepaald
bedrag wil opvragen ga je dat een aantal werkdagen op voorhand moeten vragen aan
de bank”. Algemene bankvoorwaarden zijn heel belangrijk en hebben grote invloed op
rechten en plichten van beide partijen (zowel rekeninghouder als FI). Bank stelt op→
in voordeel van de bank proberen maken. MAAR: heleboel dwingende regels die de
rekeninghouder beschermen.
• Nooit debetpositie/ kredietverlening (en dus ook geen toepassing van regelen
consumentenkrediet)→ regels betreffende consumentenkrediet boek VII zullen niet van
toepassing zijn.
• Geen toepassing regelen inzake betalingsdiensten uit Boek VII WER (uitz. een bepaling
kosteloze beëindiging voor gereglementeerde spaarrekening van boek VII is wel van
toepassing)
• → verschillend juridisch kader van zichtrekening! Geen boek VII WER hier, behalve die regel
over kosteloze beëidiging.
Pagina 4 van 248
, Verschil:
• Fiscale behandeling van de intresten: Gereglementeerde spaarrekening → geen RV
verschuldigd// Niet-gereglementeerde spaarrekening: 35% RV! Belangrijk: nettorendement.
o bv.: advertentie voor gereglementeerde spaarrekening met 0,25%, dan is NR effectief
0,25%. MAAR advertentie voor niet-gereglementeerde van 0, 35% dan zal het NR lager
liggen dan bij de gereglementeerde met intrest 0, 25% omwille van RV.
• Meer regels voor gereglementeerde spaarrekening
Bijzondere regelen voor gereglementeerde spaarrekeningen
• Om van zo’n rekening te spreken, moeten aantal voorwaarden zijn voldaan die in KB/WIB
staan! (dus ook om fiscaal gunstregime te kunnen genieten)
• Betreffende de rente (via KB/WIB): Verplicht (en uitsluitend): Basisrente + getrouwheidspremie
(maxima en minima)
o = intrest kan en moet uitsluitend uit basisrente en getrouwheidspremie bestaan
o Getrouwheidspremie voor bedragen die 12 maanden onafgebroken op rekening
staan: 4/jaar uitbetaald
▪ Getrouwheidspremie: Extra rendement wanneer je gelden gedurende
welbepaalde onafgebroken termijn op de rekening laat staan. → Stimulans
om gelden bij een welbetrokken bank te houden, als je om de 6M verandert
van bank zal je die premie niet krijgen.
▪ Getrouwheidspremie moet vier keer per jaar worden uitbetaald. Voorbeeld:
250000 euro op bankrekening geplaatst op 10 februari 2020.
Getrouwheidspremie zal verworven zijn op 10 februari 2021 als die gelden tot
dan onafgebroken op de rekening zijn blijven staan. Vroeger werd dat pas
uitbetaald op 1/1/2022. Maar in 2013 aangepast: vier tijdstippen waarop je de
premie uitbetaald kan krijgen (1 januari, 1 april, 1 juli en 1 oktober). In
voorbeeld zal men zijn getrouwheidspremie dus op 1 april 2021 krijgen en niet
op 1 januari 2022 zoals vroeger.
o Beperking van de voorwaarden om hoger rendement te verkrijgen
▪ bv.: Spaarrekening met hoger rendement, maar enkel ten belope van 6000
euro per jaar dat je op de rekening plaatst. Je kan geen hoger rendement
krijgen voor gelden boven de 6000 euro per jaar.
▪ Wat mag niet: enkel hoger rendement voor nieuwe klanten/ verse gelden →
mag niet voor gereglementeerde spaarrekeningen, LET OP: dit kan bv. wel
voor niet-gereglementeerde spaarrekeningen (idem voor regeling KB/WIB,
ook niet van toepassing op N-GS).
• Document met essentiële spaardersinformatie bij commercialisering gereglementeerde
spaarrekening (K.B. 18 juni 2013)
o Voorafgaande goedkeuring FSMA vereist
o 3 instellingen die waken over regels financieel recht: NBB, FSMA (bescherming
spaarder en belegger) en FOD Economie (bevoegdheden inzake financiële diensten:
bv. controle op naleving kredietreglementering en betalingsdiensten).
o Als een financiële instelling een gereglementeerde spaarrekening zou
commercialiseren zonder dat document voorafgaand te laten goedkeuren door FSMA,
dan kan FSMA administratieve boetes opleggen.
o Toezichthouder wordt niet verantwoordelijk voor solvabiliteit of kredietwaardigheid
→ NBB kijkt naar solvabiliteit van kredietverstrekker/FI (onder meer depositoregeling,
zie Tison (?)). Hier gaat FSMA gewoon kijken of aan regels gereglementeerde
spaarrekening zijn voldaan.
c) Termijnrekening
• Bepaalde duur => niet op zicht opvraagbaar
Pagina 5 van 248
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sophievanderhurk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.