100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Neuroanatomie 1 (bwb215) $8.10
Add to cart

Summary

Samenvatting Neuroanatomie 1 (bwb215)

 22 views  2 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting Neuroanatomie 1 met daarin de collegestof en het boek neuroanatomy text and atlas. Volledige stof van de cursus. Hiermee kan je een voldoende halen op het tentamen!

Preview 4 out of 67  pages

  • Yes
  • December 1, 2022
  • 67
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
College 1 embryologie en opbouw zenuwstelsel

Zenuwstelsels zijn gruwelijk. Ze kennen een ongelofelijke cellulaire diversiteit. Er zijn heel veel
verschillende cellen die allemaal een specifieke functie hebben. Daarnaast zijn ze elektrisch, er gaat
een elektrische stroom met een voltage door een neuron heen.

Op alle zenuwstelsels zijn de volgende principes van toepassing:
1. Neuronen zijn dynamisch gepolariseerd (input, dendrieten/soma, output axon). Er is dus een
input en een output. Er is een richting waarin informatie gaat.
2. Er is een gecombineerd/sequentieel elektrische chemische informatieflow (actiepotentiaal –
neurotransmitter release).

Neuroanatomie = dus manier waarop groepen neuronen verbonden zijn en georganiseerd

Vergelijkende anatomie = anatomie van diersoorten met elkaar vergelijken om concepten te
herkennen. Dit zijn algemene architectonische principes.

We zijn dieren met een bilateraal symmetrisch en gesegmenteerd bauplan. Gesegmenteerd betekent
dat het lichaam feitelijk een serie van min of meer op elkaar lijkende blokjes. Symmetrie betekent
dat lichaam rechter en linkerhelften heeft, dit kan worden beschreven middels drie lichamelijke
assen:
- Rostro-caudaal: snuit - staart
- Dorso-ventraal: richting rugzijde – richting buikzijde
- Medio-lateraal: midden – zijwaarts

Wanneer een symmetrisch bauplan vergeleken wordt met een asymmetrisch bauplan kan dat niet op
deze manier beschreven worden. Met een worm kan je dit wel doen, de segmenten hebben allemaal
aparte zenuwen net zoals bij de mens.

Op een flat map van een regenworm is het volgende te herkennen:
Brein = centrale neurale massa in de kop
Merg = langwerpige neurale massa in de lichaamsmediaan
Ganglia = verzamelingen van neurale somata in het lichaam
Spinale zenuwen en hersenzenuwen = axonen die het lichaam in gaan
Wanneer je van worm naar mens gaat zie je dat we deze kenmerken ook hebben. We hebben ook
een brein een (ruggen)merg, ganglia en spinale zenuwen en hersenzenuwen.

Alle symmetrische dieren hebben 3 zenuwstelsels:
- Clustering van neuronen in centraal deel van het dier: dit zijn de hersenen en ruggenmerg dit
noemen we het centraal zenuwstelsel (CZS)
- Neuronen in de periferie verbonden met CZS en met anatomisch structuren dit noemen we
het perifeer zenuwstelsel (PZS). Bestaat uit hersenzenuwen en spinale zenuwen, ganglia.
- Netwerken van neuronen in de wand van spijsverteringskanaal dit is het enterisch
zenuwstelsel (EZS)
Vertebraten = het neurale merg/koord verplaatst naar dorsaal (ruggenmerg)
In vertebraten = ruggenmerg ventraal van de darm bijvoorbeeld bij een wesp.
Bij de mens is het ruggenmerg dorsaal van de darm omgeven door vertebrae spinales. Het brein is
omgeven door schedel. Doordat het naar achter ligt en omgeven wordt door wervels krijgt het een
andere naam.
De embryologie is de ontwikkelingsleer. De differentiatie van de mens vindt plaats van week 2 naar
week 8. In week 8 lijkt het al op een mini-mens. Hierna vindt vooral groei plaats.

,De prenatale ontwikkeling van het centraal zenuwstelsel wordt de neurulatie genoemd. De
neurulatie is de embryonale laag dit rolt zichzelf op en vormt een buis. De vroege neurale buis is een
soort tuinslang waar vruchtwater doorheen loopt. Later wordt hier de cerebrospinale vloeistof
geproduceerd. De dorsale laag rolt zich op hieruit ontstaat het zenuwstelsel uit. Er wordt gegaan van
een schijf/plaat naar een buis. Soms gaat dit niet goed dit gebeurd bijvoorbeeld bij een open
ruggetje. Dit heeft vaak ook te maken met dat de wervel open is en hierdoor het ruggenmerg naar
buiten kan. Wanneer het zenuwstelsel niet goed ontwikkeld, zorgt dit vaak voor een ernstige
aandoening.

Er vinden drastische morfologische veranderingen binnen een paar weken plaats door groei,
differentiatie en vormverandering van de wand van de neurale buis daarnaast vindt er ook groei,
differentiatie en vormverandering van de holte van neurale buis plaats. In het begin bestaat de
neurale buis slechts uit 1 cellaag dik dit is het neuro epitheel cellen of ook wel neurale stamcellen.
Het gaat hierbij constant over het centraal zenuwstelsel, in het perifeer zenuwstelsel zit namelijk
geen holte.

De longitudinale ontwikkeling:
In de kopregio ontstaan 3 blaasjes
- Prosencephalon: forebrain (voorhersenen)
- Mescenphalon: midbrain (middenhersenen)
- Rhombencephalon: diamond-shaped brain (ruithersenen, achterhersenen)
- Myelum: spinal cord (ruggenmerg)

Vervolgens worden de 3 blaasjes 5 blaasjes
De prosencephalon splits in telencephalon: endbrain (eindhersenen) en diencephalon: interbrain
(tussenhersenen). De fotoreceptoren zijn onderdeel van het diencephalon dit betekend dat de ogen
onderdeel zijn van het centraal zenuwstelsel. De rhombencephalon splits in metencephalon:
afterbrain (achterhersenen) en myelencephalon: ruggenmergachtig brein.


Telencephalon → cerebrum: cortex en nuclei (basale ganglia). In de embryologie neemt het weinig
ruimte in echter in de anatomie bij de mens is het het overgrote deel.

Diencephalon → thalamus, hypothalamus, epithalamus

Mesencephalon → middenhersenen bijv. tectum

Metencephalon → pons en cerebellum

Myelencephalon → medulla oblongate (verlengde merg)

Deze termen aan de linkerkant zijn embryonale termen na de geboorte spreken we van anatomische
termen.

De ontwikkeling van de holte van de neurale buis zorgt voor het ventrikelsysteem.

De laterale ventrikels die gepaard zijn bevinden zich in telencephalon. De 3e ventrikel zit in
diencephalon, deze is ongepaard. De 4e ventrikel zit tussen metencephalon en myelenecephalon,
deze is ook ongepaard.

De neurale stamcellen → neuronen + (macro)glia → outward migration het opbouwen van
lagen/zones.

,Zone 1: cellen op grens met ventrikels = ventriculair dit wordt epitheel van het ventrikelsysteem
genoemd.
Zone 2: neuronen schuiven na differentiatie een zone naar buiten op dit is de intermediaire zone
Zone 3: axonen van deze neuronen groeien op hun beurt naar buiten dit is de marginale zone
Het ruggenmerg is eigenlijk op deze manier opgebouwd. Dit is de simpelste ontwikkeling, dit vindt je
in het meest caudale deel van het lichaam. Bij de mens vindt er vaak een complexere migratie plaats
bijvoorbeeld bij de cerebrale cortex en basale ganglia. Er is daarbij migratie van neuronen naar de
marginale zone.

Bij een lissencephaal brein is er wel cortex, maar is er niet zoveel cortex dat het helemaal gerold is.
Het is glad. Bij een gyrencephaal brein heeft het veel windingen. Ook bij mensen bestaat er een
mogelijkheid tot een lissencephaal brein: deze mensen hebben een laag IQ.

Ventro-dorsale differentiatie van de neurale buis:
Neuronen in de dorsale intermediaire zone worden sensibele neuronen. Neuronen in de ventrale
intermediaire zone worden motor neuronen. De sulcus limitans scheidt het motorisch deel van het
sensibele deel.

Telencephale ontwikkeling: hemiferisatie
Het telencephalon is een vesikel die indeukt. Je krijgt hierbij linker en rechter helften. De fissura
longitudinale cerebri splijt het cerebrum in 2 delen tot aan de corpus callosum. Vanaf het corpus
callosum is het niet meer gescheiden, dit is bij de hersenpan. Het niet-gescheiden deel wordt in een
embryo de lamina terminalis genoemd. Dit is bij de rostrale grens van de embryonale voorhersenen,
het brein groeit hier overheen. De lamina terminalis is vanuit waaruit de links-rechts communicatie
ontwikkelt bijvoorbeeld de corpus callosum. Ook het vormen van hemisferen kan verkeerd gaan.

De telencephale ontwikkeling gebeurt in fases:
- Primaire groei: hemisferen ontstaan. De laterale delen groeien sneller hierdoor ontstaan de
fissura longitudinale cerebri
- Secundaire groei: ontstaan van lobi, kwabben en de ontwikkeling van fissura lateralis. Dit is
de plek waar de cerebrale cortex zo hard gegroeid is dat het over een ander deel is heen
gegroeid dit is de insula.
- Tertiaire groei: gyri(windingen), sulci (groeven). Er is overgroei van diepe delen door de
cortex.
Om alles kwijt te kunnen ontstaat er een sagittale vouwing in een C-vorm. Dit gebeurd bij
bijvoorbeeld de laterale ventrikels, nucleus caudatus en hippocampus.

In de telencephale ontwikkeling vindt er ook connectiviteit plaats. Er is spectaculaire ontwikkeling
van axonale uitgroei: de nuclei worden gespleten door axonale verbindingen tussen gebieden. De
myelinisatie vindt vaak plaats pas na de geboorte. Heel veel connecties zijn daarom nog niet meteen
online. Sommige connecties pas volledig gemyeliniseerd in het derde decennium.

College 2 taxonomie, terminologie, macroscopie, neuro-axis
Mensen hebben een neuro-axis die in het brein een hoek van bijna 90 graden maakt. De mens staat
op 2 benen, hierdoor is ons gezicht niet parallel aan onze buik. De snuit zit niet in het verlengde van
onze rug. De as is gebogen. Bij de meeste dieren is dit gewoon recht. Hierbij staan ruggenmerg en
brein in het verlengde van elkaar. Dit heeft invloed op een aantal dingen: globale neuroanatomie
(brein en ruggenmerg zien er anders uit) en invloed op terminologie.

, Macroscopie = wat je met je blote oog kan zien
Taxonomie = indeling
Terminologie = anatomische termen die gebruikt worden

Bij een muis kan je richting aangeven. Dorsaal = rugkant en is ook
de bovenkant dus superior. Aan de andere kant zit de buikkant
ventraal en onderkant inferior. Loodrecht hierop staat de
rostraal/caudale as. De caudale kant staat gelijk aan de
achterkant (posterior) en de rostrale kant staat gelijk aan de
voorkant (anterior). Het menselijk brein kan je ook zo
beschrijven. In een embryonale toestand met de mens is dit ook
de situatie. Stel het brein voor als een buis, je hebt dan ook een
kant richting de staart en de snuit. Tijdens de embryonale
ontwikkeling ontstaat uiteindelijk geen buis meer, maar er komt
uiteindelijk een gebogen neuro-axis uit.

In het menselijk brein is de rostrocaudale as gekromd. De dorso-ventrale as staat altijd
loodrecht op de rostrocaudale as.

We gaan van de hersenen een soort landkaart maken, dit is handig om overzicht te
houden. Je kan zo een organisatie maken ofwel een taxonomie. De taxonomie is
gebaseerd op de embryologie. Bij 2 assen (2D) hebben we het principe van de
embryologische neurale buis. De rostro-caudale as ontstaat vanuit hersenblaasjes. Deze
as loopt van snuitkant naar staartkant. De dorso-ventrale as ontstaat vanuit het ventrale
of dorsale deel van de neurale buis. Staat haaks op de rostro-caudale
as.

Het centraal zenuwstelsel is feitelijk een soort buis. Een buis die aan
de dorsale kant van caudaal naar rostraal kan openknippen. De
opgeknipte buis kan je uitrollen tot een vlakke kaart. Het midden van
de kaart representeert de ventrale zijde van het centraal zenuw
stelsel. De beide zijkanten van de kaart representeren de dorsale zijde
van het centraal zenuwstelsel. In het plaatje zijn nu per lijn een
dorsale en een ventrale kant aangegeven. In het cerebrum zijn vanuit
de ventrale kant de nuclei ontstaan en vanuit dorsaal de cortex.

- Cerebrum (telencephalon)
o Cerebrale cortex dorsaal
o Cerebrale nuclei ventraal: zijn niet te zien op
deze doorsnede doordat ze meer lateraal zijn
- Diencephalon
o Hypothalamus ventraal: overwegend motorisch
gebied
o Thalamus dorsaal
- Middenhersenen
o Van alles ventraal
o Tectum dorsaal: overwegend sensibel gebied
- Metencephalon
o Pons ventraal

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Juul13. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.10. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

56326 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.10  2x  sold
  • (0)
Add to cart
Added