Uitwerkingen van de hoorcolleges en werkgroepen van het vak Vergelijkend en Internationaal Privaatrecht, gegeven aan de Universiteit Leiden in het collegejaar .
Hey Anita, you know you have a record of another academic year than you bought today?
Seller
Follow
nancestoke
Reviews received
Content preview
Hoorcolleges en werkgroepen Vergelijkend en
Internationaal Privaatrecht
INHOUDSOPGAVE
HOORCOLLEGE 1 – INTRODUCTIE IN DE RECHTSVERGELIJKING................................. 2
WERKGROEP 1 – INTRODUCTIE IN DE RECHTSVERGELIJKING................................... 10
HOORCOLLEGE 2 – EIGENDOM EN EIGENDOMSOVERDRACHT................................... 16
WERKGROEP 2 – EIGENDOM EN EIGENDOMSOVERDRACHT....................................... 24
HOORCOLLEGE 3 – KOOPRECHT EN VERBORGEN GEBREKEN................................... 31
WERKGROEP 3 – DE KOOPOVEREENKOMST EN VERBORGEN GEBREKEN...............37
HOORCOLLEGE 4 – INTRODUCTIE IN HET IPR................................................................ 43
WERKGROEP 4 – INTRODUCTIE IN HET IPR.................................................................... 50
HOORCOLLEGE 5 – CONFLICTENRECHT; HET GOEDERENRECHTELIJK REGIME......56
WERKGROEP 5 – CONFLICTENRECHT; HET GOEDERENRECHTELIJK REGIME..........63
HOORCOLLEGE 6 – CONFLICTENRECHT: HET TOEPASSELIJKE KOOPRECHT...........67
WERKGROEP 6 – CONFLICTENRECHT: HET TOEPASSELIJKE KOOPRECHT...............73
,Hoorcollege 1 – Introductie in de rechtsvergelijking
Prof. mr. E. Koops
Rechtsvergelijking kan je verklaren waarom er verschillen in de wereld zijn gekomen
tussen de verschillende rechtsgebieden. Hierdoor moeten ze ook beter begrijpelijk en
inzichtelijk worden. Internationaal privaatrecht houdt zich bezig met de vragen die
ontstaan omdat we in een gefragmenteerde samenleving leven.
We leven in een gefragmenteerde wereld, hierdoor komen verschillen in spraak,
cultuur enzovoort. In juridische zin leven we in een gevallen wereld, met de val van
het West-Romeinse keizerrijk. Na 212 was er een groot deel van de wereld die
hetzelfde recht gebruikte. Maar hoe is dan de rechtsverscheidenheid in de wereld
gekomen? We moeten beginnen bij het begin.
Geschiedenis
De achtergrond van de versplintering is geleden in de inval van de barbaren. Het
einde van het West-Romeinse rijk in stappen:
406 – Inval over de Rijn
410 – Alarik plundert Rome
455 – Geiserik plundert Rome
476 – Odoaker zet Romulus Augustulus af en verklaart zichzelf tot koning (rex)
De barbaren namen allemaal hun eigen stammenrechten mee. Dit was allemaal
ongeschreven recht. We weten dit omdat in de kerstnacht van 800 iets bijzonders
gebeurde. Het Romeinse rijk was gevallen, of toch niet? Karel de Grote laat deze
nacht zich kronen door de Paus als keizer van het Romeinse Rijk. Hij noemt dit zelf
het herstel van het Romeinse Rijk. Na zijn dood valt het rijk weer snel uiteen. Er zijn
twee belangrijke gebeurtenissen:
- Karel zorgt dat alle stammenrechten op schrift gesteld moeten worden.
Gewoonte stolt in een rechtsboek, mensen referen aan een rechtsboek in
plaats van aan de telkens veranderende gewoonte.
- Karel bestuurt zijn rijk door middel van fazallen. Hij geeft grote delen van zijn
rijk in leen (pacht/erfpacht). Je krijgt de opkomst van het feodalisme. Een
baron krijgt een groot stuk grond wat hij ook weer in leen geeft aan anderen.
Binnen het stuk grond oefent hij de soevereiniteit van de keizer uit. De keizer
bestuurt dus met behulp van de fazallen. Je ziet vanaf dit moment de opkomst
van nieuwe regels. Het personaliteitsbeginsel raakt verwikkeld met het
territorialiteitsbeginsel.
In Frankrijk was een van de eerste juristen Philippe de Beaumanoir. Hij woonde ten
noorde van Parijs en schreef over het gewoonterecht van Frankrijk. Hij zei dat geen
twee systemen van gewoonterecht gelijk zijn, maar zij zijn ook niet geheel
, verschillend. Het zijn elkaar overlappende diagrammen. Natuurlijk drijf je namelijk
handel met de buren en zijn er verschillen maar ook overeenkomsten op punten.
Een groot deel van de kaart op dia 6 is rood. Het blauwe stukje is van de Franse
koning, het rode deel is allemaal in leen/eigendom van Hendrik II. Hendrik II is geen
Fransman, maar de koning van Engeland. De koning van Engeland was in de
twaalfde eeuw de grootste magnaat in Frankrijk, groter dan de Franse koning zelf. Hij
heeft dit verworven door huwelijk en veroveringen. Als de uitspraak van de jurist ook
opgaat voor de Engelse koning, wat maakt Engeland dan zo anders dan Frankrijk?
Het uitgangspunt is dat Hendrik een Franse potentaat is. De rechtstaal van Engeland
en de hoftaal zijn tot de 16e eeuw Frans geweest. De Engelsen voelden zich dus
Frans.
Civil law en common law
Maar wat is er gebeurd? We praten nu over civil law en common law. Common law
verspreid zich over de wereld als een gevolg van de Engelse expansie. Civil law
heeft zich over de wereld verspreid door Europese expansie en kolonialisme. Bruin
op sheet 7 zijn gemengde landen, zij hebben een gemengd systeem van Common
en Civil law. Er zijn gebieden waar de Europeanen nooit zijn geweest, maar waar je
naar andere factoren moet kijken om de expansie van civil law te verklaren. Zij
hebben het Duitse systeem overgenomen, omdat dat op dat moment volgens hen
het meest moderne systeem van privaatrecht was. Dit geldt ook voor Turkije, zij
hebben het Zwitserse recht gekopieerd. Dit heeft allebei niets met kolonianisme te
maken.
Het gevaar van dit soort kaarten zijn dat je denkt dat binnen common law alles
hetzelfde is. Het is niet zo dat we maar twee rechtssystemen kennen in de wereld.
De kaart laat zien dat er grosso modo twee rechtsfamilies zijn.
Het voordeel van een familie tegenover een systeem is dat als je als systeem gaat
kijken we maar twee opties hebben, in families kan je denken in bijvoorbeeld broers
en zussen.
We gaan kijken waarin common law verschilt van de civil law en wat dit verschil
verklaart.
Structuurbepalende kenmerken:
- Bronnen van het recht (precedent, wetboek)
- Relatie tussen soeverein en rechter
- Rechterlijke organisatie en oordeelsvorming
- Opleiding van juristen (advocaten, rechters)
- Positie van universiteiten (doctrine)
Voorbeelden:
- Derdenbeding
- Rechterlijke interpretatie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nancestoke. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.