Volledige samenvatting van 'Inleiding tot de gedragsneurowetenschappen'
35 views 1 purchase
Course
Inleiding In De Gedragsneurowetenschappen
Institution
Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
Book
Neuro
Deze samenvatting vat het volledige boek samen met afbeeldingen erbij! Ik heb het boek volledig doorgenomen en daar dus mijn samenvatting op gebaseerd, hij is dus 100% volledig! Ik haalde een 16/20 op het examen.
Inleiding tot de gedragsneurowetenschappen
H1: Perifeer en centraal zenuwstelsel
Cellen, weefsels en organen
- Andreas Vesalius: 1 van de grootste anatomen aller tijden
o maakte precieze beschrijvingen en tekeningen van het menselijk lichaam
→ dus ook hersenen en zenuwstelsel
o deed onderzoek op lijken (dissectie)
o hersenen = belangrijkste orgaan voor intelligentie en bewegings- en waarnemingsvermogen
- Anatomie = biologische studie van de morfologie of de bouw van organismen
→ kijken naar structuur
- Histologie = studie van opbouw van weefsels
→ kijken naar structuur
o Weefsels = cellen, intercellulaire substantie en weefselvocht
- Fysiologie = de studie van de levensprocessen die zich afspelen in levende wezens
→ kijken naar functie
Delen van het zenuwstelsel
- Centrale zenuwstelsel = hersenen + ruggenmerg
- Perifere zenuwstelsel = alle zenuwcellen of zenuwuitlopers buiten de hersenen of het ruggenmerg
o Afferente zenuwen = zorgen voor aanvoer van informatie naar het centrale zenuwstelsel
→ verbinding zintuigcellen – centrale zenuwstelsel
→ extern of interne informatie
→ sensorische prikkels
o Efferente zenuwen = zorgen voor afvoer van informatie van het centrale zenuwstelsel naar de rest
van het lichaam
→ verbinding centrale zenuwstelsel - spieren
→ motorische prikkels
o Autonome gedeelte = staat in voor de neuronale connecties naar klieren en gladde spieren van
inwendige organen
o Somatische gedeelte = omvat afferente en efferente zenuwen, die ervoor zorgen dat sensorische en
motorische prikkels van en naar het centrale zenuwstelsel worden geleid
o Craniale zenuwen = zenuwen die ontspringen in de hersenen
→ gemengd of motorisch of sensorisch
o Spinale zenuwen = zenuwen die in verbinding zijn met het ruggenmerg
→ sensorisch en motorisch (gemengd)
1
,Academiejaar 2021-2022 Kato Vermeire
Zenuwstelsel in beeld
- As van het ruggenmerg = verticaal
- As van het voorste deel van de hersenen = horizontaal
→ achterste deel van de hersenen = schuin
- Rostraal = in de richting van de neus
- Caudaal = in de richting van de voeten
- Ventraal = anatomische posities aan de voorzijde van het lichaam
= anterieur
- Dorsaal = anatomische posities aan de achterzijde van het lichaam
= posterieur
- Lateraal = anatomische posities aan de zijkant van het lichaam
- naast assen zijn er ook snijvlakken / doorsneden
o Coronale vlak = verticaal vlak dat van ene oor tot andere oor loopt
o Horizontaal vlak = loodrecht op coronale vlak, loopt van oor tot oor
o Sagittale vlak = verticaal vlak, loopt van voor naar achter
→ scheidt linker- en rechterhelft van het zenuwstelsel
→ 2 helften van het zenuwstelsel, het is bilateraal symmetrisch
Verschillende delen van het centrale zenuwstelsel
- Witte stof = zenuwverbindingen (CZS)
- Grijze stof = cellichamen van de zenuwcellen (CZS)
o Bv. Cortex = buitenste schorslaag
o Ook in de diepte van de hersenen
- Bescherming = hersenvliezen en de schedel
- Telencephalon = het grootste deel van de hersenen dat de cerebrale
hemisferen omvat
- Prosencephalon = voorhersenen, Telencephalon + diencephalon
- Mesencephalon = middenhersenen, eerste stukje van de hersenstam
- Pons en medulla oblongata = andere delen van de hersenstam
- Cerebellum = kleine hersenen, zit aangehecht op de hersenstam en is ook
intens verbonden met de hersenstamkern → bevat immense aantallen
neuronen
- Medulla spinalis = ruggenmerg, waar de meest caudale delen van de hersenen
op aansluiten, hersenstam dus over in het ruggenmerg, wordt omringd door
ruggenmergvliezen en ruggenwervels, het is 40-45 cm lang met doorsnede ca.
1cm
2
,Academiejaar 2021-2022 Kato Vermeire
Telencephalon
- Grote hersenen
- 2 hemisferen → verbonden via het corpus callosum
→ gescheiden door de grote longitudinale fissuur (fissura longitudinalis cerebri)
- Buitenkant van de hemisferen wordt gevormd door het geplooide oppervlak van de cerebrale cortex
(hersenschors) met daaronder witte stof van de zenuwvezels
- Cerebrale cortex = hersenschors, een laag van grijze stof die veel bloedvaten en cellichamen van cerebrale
zenuwcellen, bestaat uit 6 lagen
- Corticale oppervlak: sterk geplooid, groeven, diepe groeven (sulcus, fissuur) en windingen (gyrus)
→ witte stof onder hersenschors = uitlopers van neuronen (axonen of zenuwvezels) die informatie van en
naar de cortex transporteren en die georganiseerd zijn in zenuwbanen (baan of tractus)
- Associatievezels = verbinden verschillende delen van de cortex binnen dezelfde hemisfeer
- Commissurale vezels = verbinden de 2 hersenhemisferen
o Corpus callossum = grootste commissurale vezel dat de 2 hersenhelften verbindt
- Projectievezels = verzorgen de verbindingen tussen de hersenstam en de cortex
- 4 grote hersenkwabben/-lobben in de grote hersenen:
▪ Frontale kwab
1. Meest anterieur
2. Gescheiden van de rest van de cortex door de fissuur van Rolando (sulcus centralis)
3. Spraak en redeneren, emoties en de controle van bewegingen
4. Prefrontale cortex:
- Meest anterieure deel
- Uitgebreide verbindingen met de thalamus en het limbisch systeem
- Speelt een rol in bepaalde hogere geheugen- en denkprocessen, emotioneel gedrag,
motivatie en keuze en planning van gedragingen in functie van de omgevingscontext
(executieve functies)
▪ Pariëtale kwab
1. Posterieur aan de frontale kwab
2. Achter sulcus centralis
3. Somatosensorische cortex:
- Anterieure deel van de pariëtale kwabben
- Ontvangt en interpreteert gewaarwordingen (tast, temperatuur, pijn…)
4. Posterieure deel:
- Integreert sensorische input van de somatische en sensorische regio’s (voornamelijk voor
de controle van bewegingen)
▪ Occipitale kwab
1. Meest posterieure deel van de cortex
2. Ontvangen en verwerken visuele input
▪ Temporale kwab
1. Inferieur t.o.v. de frontale en de pariëtale kwab
2. Gescheiden door de fissuur van Sylvius (sulcus lateralis)
3. Betrokken bij het begrijpen van gesproken taal, gehoor en geheugen
3
, Academiejaar 2021-2022 Kato Vermeire
Cerebrale cortex
- Grijze stof grote hersenen bestaat uit cellichamen van neuronen en gliacellen
o Cerebrale cortex/cortex cerebri
1. = hersenschors, buitenste laag buitenste laag grijze stof, intens doorbloed
2. Bestaat bij de mens hoofdzakelijk uit een gelaagd hersenweefsel = neocortex (ook
neopallium of isocortex genoemd)
- Betrokken bij hogere functies (uitvoeren van complexe bewegingen,
informatieverwerking, redeneren, abstract denken en spreken)
- 6 lagen:
I. Moleculaire laag = lamina molecularis
II. Buitenste korrellaag = lamina granularis externa
III. Buitenste piramidelaag = lamina pyramidalis externa
IV. Binnenste korrellaag = lamina granularis interna
V. Binnenste piramidelaag = lamina pyramidalis interna
VI. Spoelvormige laag = lamina fusiformis
- Deze lagen bevatten verschillende verhoudingen van neuronen en steuncellen
- De piramidecel = typische cerebrale neuron, in lagen III en V (maar vaak ook in andere
lagen), met efferente uitlopers naar ruggenmerg of andere corticale
gebieden
- De korrelcellen = in lagen II en IV, maken meer lokale contacten
- Neocortex kan erg verschillend zijn in verschillende delen van de hersenen
Bv. IV niet goed en V wel goed ontwikkeld in primaire motorische cortex
→ daarom ook wel eens agranulaire cortex genoemd
Bv. IV goed en V niet goed ontwikkeld in primaire somatosensorische cortex en
primaire visuele cortex
- Heeft ook verticale structuur van corticale kolommen → bestaan uit parallelle bundels
piramidecellen, vormen functionele eenheden die door alle schorslagen heen lopen
- Witte stof grote hersenen: zenuwuitlopers (axonen) die met myelineschede omringd zijn
Hersenbundels
- Bescherming CZS = bindweefselmembranen en benige structuren (schedel en wervelkolom)
- 3 hersenvliezen zitten rond de hersenen en zetten zich voort rond het ruggenmerg → ruggenmergvliezen
1. Dura mater = buitenste, harde hersenvlies, vergroeid met beenvlies aan binnenzijde schedel
*subdurale ruimte = ruimte tussen dura mater en arachnoidea*
2. Arachnoidea = middelste hersenvlies, spinnenwebvlies, veel bloedvaten
1. Bestaat uit een dun membraan en bindweefselbalkjes
2. Overbrugt de groeven van de hersenoppervlakken → er ontstaan holtes met vocht
*subarachnoidale ruimte = ruimte tussen arachnoidea en pia mater*
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller katovermeire. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.79. You're not tied to anything after your purchase.