Hoorcollege 1. – 5 april 2022:
Introductie case studies (A1, A2)
Introductie ‘single case experimental designs’ (Morley: hfst 1)
Case studies
We gaan van het grootschalige onderzoek naar het kleinschalige onderzoek.
Case studie is geval studie. Gaat vaak over enkele of op zichzelf staande gevallen. Vaak hele
specifieke vragen en hierdoor niet heel erg generiek. Belangrijk om oog te hebben voor de context
van de case.
Wat zijn mogelijke cases?
- Individuen. Bijv. onderzoek doen naar delinquenten jongeren.
- Organisaties. Bijv. een organisatie die een verandering ondergaat.
- Landen. Bijv. hoe kan het dat men in Engeland voor de Brexit heeft gestemd?
- Groepen. Bijv. hangjongeren onderzoeken.
- Patiënten. In de medische wetenschappen kom je heel veel case studies tegen. Vaak
gevalsbeschrijvingen van een nieuwe ziekte. Als je in een medisch tijdschrift gaat zoeken en
je zoekt op casestudies zul je daar vaak nieuwe gevalsbeschrijvingen zien.
- Een case kan bijna alles zijn.
Maar ook:
- Interactievormen (samenwerkingsverbanden, relaties, etc.).
- Beslissingen.
- Projecten.
- Nieuwe lesmethode.
- Onderzoeksopzet.
- Etc.
- Je hoeft bij case studies niet per se aan personen te denken, kunnen ook gebeurtenissen of
processen die onderzocht worden zijn. Toepasbaar op een heel breed scala van
verschijnselen. Dus alles waar je wetenschappelijk in geïntereseerd zou kunnen zijn.
Case studies
Wat voor soort onderzoeksvragen kan een case study beantwoorden?
- Bij een case study beantwoord je vooral hoe en waarom vragen. Case studies gaan vaak diep
en inhoudelijk in op de theorie van waarom gebeurt er iets, hoe gebeurt iets, hoe heeft iets
kunnen gebeuren.
- Een case study heeft dat in overeenstemming met experimenten, die zijn ook sterk gericht
op hoe en waarom.
- Het verschil is dat je bij een experiment actief iets gaat veranderen, terwijl je bij een case
study over het algemeen niet iets actief gaat veranderen.
,Voorbeeld van een case study: sociale uitsluiting
- Er is onderzoek gedaan naar Rob. Hij is een lastige jongen. Daarom willen andere kinderen
niet altijd met hem spelen. Het interessant hiervan is, is dat het om een individueel geval
gaat, dat gebruikt wordt om een theorie aan te toetsen. De theorie die de onderzoeker wil
toetsen is: we hebben heel vaak gedacht dat een groep sociale normen heeft en die oplegt
aan individuen. En dat zodanig sociaal gedrag wordt afgedwongen.
Wat je hier ziet is dat elk kind individueel een nare ervaring met Rob heeft en denkt “ik wil
even geen contact met hem”. Uiteindelijk wordt Rob hierdoor collectief buitengesloten. Dat
biedt een nieuw perspectief op hoe collectieve uitsluiting plaatsvindt. Dus dat het niet per se
door gedeelde normen hoeft plaats te vinden maar dat het kan komen door een individuele
aaneenschakeling van individuele afwegingen.
- Je ziet heel duidelijk terug dat het hier gaat om een hele theoretische vraag “hoe gaat sociale
uitsluiting in zijn werk?”
Het grappige is dat dit in eerste instantie niet de reden van observatie was.
Generalisatie
Generalisatie direct naar de theorie: Bij case studies wordt er direct gegeneraliseerd naar de theorie.
Een case studie wordt dus vaak gebruikt om een theorie te toetsen. Dit gebeurt ook bij een
experiment, waarbij je bijvoorbeeld een oude en nieuwe vorm van behandeling met elkaar vergelijkt.
Dus bij een case studie en experiment ga je direct theoretische conclusies trekken.
Statistische generalisatie: Bij grootschalig onderzoek, bijvoorbeeld vragenlijstonderzoek (survey) zit
er nog een laag tussen. Daar onderzoek je iets in een steekproef. Je wilt dat deze representatief is
voor de populatie waardoor je iets kan zeggen over de populatie. Op basis hiervan hoop je iets over
de theorie te zeggen.
Dus dan heb je eerst die statistische generalisatie, en daarna ga je kijken wat zijn de implicaties voor
de theorie. Dus dan gaat het eigenlijk in twee stappen.
In het plaatje zie je dat een case study direct een generalisatie heeft naar de theorie. Dat heeft een
experiment ook.
Wat je ziet bij vragenlijstonderzoek (survey) daar heb je statistische generalisatie. Generalisatie naar
een statistische populatie.
,Herhaling: replicatie
Net als bij experiment: voer hetzelfde onderzoek nog een keer uit, komen er dan dezelfde resultaten
uit?
Je hebt verschillende vormen replicatie.
➢ Letterlijke replicatie: je hebt een bepaalde theorie en je kijkt in een nieuw geval
(onderzoek): ‘observeer ik hetzelfde opnieuw’?
➢ Theoretische replicatie: wat je dan doet is dat je vanuit de theorie gaat kijken wat
zijn nou eigenlijk de grenzen van mijn theorie?
Als je bijv. warm water tegen je hand komt zeg je au. En dan zou je kunnen zeggen
maar je ziet het gebeuren, het komt doordat je het ziet, je hebt er een pijnlijke
associatie bij, je reageert niet op de echte pijn.
Wat je hier zou kunnen doen is iemand een blinddoek om doen, warm water over de
hand kijken of ze nog steeds au zeggen, je theorie was het kwam door de pijn en niet
door de associatie. Je hebt een bepaalde theorie en je kan bijv. proberen andere
oorzaken die dat er mogelijk zijn uit te sluiten.
Of je observeert iets voor één groep mensen en geldt dat nou ook voor een andere
groep. Zo kan je onderzoeken in hoeverre dat je theorie opgaat en in hoeverre niet.
Dit zie je bij experimenten ook heel veel, we gaan een net iets ander experimentje
doen om te kijken of we nog steeds hetzelfde effect vinden of niet.
Soorten Case Study
Doel:
- Exploratief (‘exploratory’). Het ontwikkelen van theorie als deze nog niet aanwezig is.
- Verklarend (‘explanatory’). Als je wel een theorie hebt maar je wil kijken of je verklaring voor
een oorzaak-gevolg relatie (causaal verband) ondersteund kan worden in een specifiek geval.
- Beschrijvend (‘descriptive’). Zit een beetje tussen bovenstaande in. Het gaat met name over
het beschrijven van gevallen waardoor je causale theorieen kan gaan ontwikkelen.
, Designs.
Je hebt dus verschillende designs van case studies. Dit hoeft niet bijvoorbeeld slechts één enkele
groep te zijn.
- Plaatje, linksboven is bij 1 geval: single case holistic design.
Dan ben je naar één situatie/groep/persoon aan het kijken.
Let op dat er in de grafische weergave ook altijd de context staat. Dat wil zeggen dat de
context ook van belang is bij case studies. Er wordt nooit echt ingezoomd op alleen maar één
geval, altijd een persoon of case in interactie met de omgeving.
➢ Bijv. onderzoek waarin gestreefd wordt een bepaald beeld te schetsen van de
redactie van het NOS journaal.
- Plaatje, linksonder: single case multiple units/ embedded design.
Dat is bijvoorbeeld als je het hebt over het voorbeeld van Rob. Dan heb je de klas die
geobserveerd wordt. Maar binnen die klas kijk je naar alle individuele leerlingen en hoe die
zich tot elkaar verhouden.
Dus dat je één case hebt maar dat daar meerdere units in zitten.
➢ Onderscheid maken tussen wat er gebeurt in drie verschillende afdelingen binnen de
nieuwe redactie. Je kijkt eerst naar het proces binnen 3 deelredacties en daarna
wordt het gecombineerd tot een totaal beeld.
- Plaatje rechtsboven: multiple case design.
Dan heb je meerdere cases. Bijvoorbeeld als je aan theoretische replicatie gaat doen: ik
verwacht een bepaald fenomeen wel in het ene geval te observeren, maar niet in het andere
geval. Dan heb je één studie maar kijk je naar verschillende cases.
➢ Bijv. als je wil nagaan of er verschillen bestaan tussen de redacties van RTL en NOS,
waarbij beide redacties in hun totaliteit worden bekeken. Beide worden onderzocht
en daarna beschreven, waarna naar overeenkomsten en verschillen kan worden
gekeken.
- Plaatje rechtsonder: Multiple cases met embedded/ multiple units.
➢ Bijv. men wil nagaan of er verschillen zijn tussen de processen van nieuws maken
binnen de redactie van RTL en NOS waarbij zowel bij RTL als NOS 3 deel redacties
worden bekeken.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller RTDZ. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.02. You're not tied to anything after your purchase.