Summary
Samenvatting Informatica – Fundament – 6 VWO – I1 Kunstmatige Intelligentie
- Course
- Level
Samenvatting: Informatica – Fundament – 6 VWO – I1 Kunstmatige Intelligentie
[Show more]
Seller
Follow
SmitJoël
Reviews received
Content preview
Joël Smit | 6VaInformatica – I Kunstmatige intelligentie
I1.1 Inleiding en achtergrondinformatie
I1.1.2 Achtergrond
Bij kunstmatige intelligentie moet programma zelf oplossingen bedenken en ervaringen
opdoen = artificial intelligence = A.I. iets kunstmatigs dat intelligent gedrag lijkt te
vertonen
Het doel van kunstmatige intelligentie
Nog beter kunnen automatiseren dan we al kunnen voorbeelden:
Zelfrijdende auto
Internet Of Things = allerlei apparaten met elkaar gekoppeld via internet
combineren met A.I. bv. koelkast boter bestellen als deze op is, wordt
automatisch gebracht met drone
Apparaten in huis bedienen A.I. herkent patronen en zet bv. koffiezetapparaat
aan als je onder douche staat
Verschillende disciplines
Psychologie hoe zitten gedachten van mens in elkaar en hoe kunnen we dit
vertalen naar machines?
Biologie hoe kunnen we complexe structuren van natuur en dieren vertalen
naar machines?
Sociologie waarom gaan mensen op bepaalde manier met elkaar om en wat
betekent dit voor omgang tussen machines en mensen?
Wiskunde hoe kunnen we universum in formeel systeem vatten zodat machines
ermee om kunnen gaan?
Neurologie hoe werkt brein en hoe kunnen we dat met machines nabootsen?
Filosofie wat is intelligentie en kunnen we het met machines maken?
Informatica slimme machines maken met computers andere disciplines
geven voedingsbodem, informatica gaat over implementatie
I1.1.3 Een tijdlijn
1913 grondlegging van moderne logica
1923 Karel Čapek bedenkt term ‘robot’
1945 speltheorie door John von Neumann
1950 Alan Turing bedenkt Turing Test zou aan moeten tonen of machine
intelligent is
1952 Arthur Samuel bouwt dam-computerprogramma computerprogramma
leerde zichzelf beter dammen dan maker basis gelegd voor machine learning
1956 John McCarthy bedenkt naam ‘Artificial Intelligence’
1958 John McCarthy bedenkt programmeertaal Lisp functionele
programmeertaal zo’n 30 jaar standaard programmeertaal voor A.I. geweest
1965 groep wetenschappers o.l.v. Joseph Weizenbaum bouwt ELIZA programma
kan dialoog voeren in Engels
1970 MYCIN = expertsysteem met ong. 450 logische kennisregels medische
diagnoses stellen over bloedinfecties
1972 Alain Colmerauer bedenkt taal Prolog veel gebruikt voor A.I. voor
redeneren met kennis en regels
1976 Simon en Newell bedenken hypothese: symboolsysteem(=computer) is in
staat om intelligent gedrag te vertonen
1988 Judea Pearl combineert kansberekeningen met intelligente systemen
Bayesiaanse netwerk
1997 Deep Blue (gemaakt door IBM) verslaat schaakkampioen Garry Kasparov
2009 Google bouwt zelfrijdende auto
2011 Watson (gemaakt door IBM) verslaat eerdere winnaars Jeopardy (= spel
waarbij je vraag moet verzinnen bij antwoord)
2011 Apple brengt eerste versie van Siri uit
1
, Joël Smit | 6Va
2012 Google brengt eerste versie van Google Now uit (soort Siri)
2015 AlphaGO verslaat wereldkampioen in Go (Chinees bordspel)
20e eeuw focus op taal, tekst en symbolen
21e eeuw vormen herkennen beeld- en spraakherkenning
Er werd al over robots en A.I. gefantaseerd voordat er computer bestonden
Robots steeds menselijker we zijn robots steeds meer als onszelf gaan zien
I1.1.5 Sterke en zwakke kunstmatige intelligentie
2 types kunstmatige intelligentie:
Zwakke kunstmatige intelligentie = weak A.I. smal expertisegebied is maar in
1 of een paar taken heel goed
Sterke kunstmatige intelligentie = strong A.I. evenaart intelligentie van mens of
overstijgt deze machine weet dat die bestaat en kan onderscheid maken tussen
zichzelf en omgeving (= zelfbewustzijn) bestaat nog niet
I1.2 Filosofie en ethiek
I1.2.2 Wanneer is iets intelligent?
Geen eenduidige definitie voor intelligentie veel factoren die meespelen bv.
leervermogen, taalbegrip, logisch inzicht, sociaal vermogen etc.
Turing Test
Alan Turing bedacht test waaruit zou moeten blijken of computerprogramma kon denken
hij noemde test imitatiespel, maar we kennen het als Turing Test werking: 3
afgesloten kamers:
1. Persoon
2. Chatbot = computerprogramma dat chatprogramma kan bedienen
3. Jury (persoon) deze chat met persoon en chatbot zonder te weten wie welke is
jury moet bepalen wie persoon is als chatbot in minstens 50% van de
gevallen in weet te slagen om als persoon gekozen te worden, is deze intelligent
Argument voor: voor voeren van gesprek is intelligentie nodig
Argument tegen: meet geen intelligentie, maar hoe goed computer kan imiteren
Chinese Kamer
John Searle kwam in 1980 met Chinese Kamer argument tegen Turing Test werking:
persoon in denkbeeldige kamer kan geen Chinees, heeft alleen instructieboekje over
wat persoon moet doen Chinees symbool geven aan persoon, deze raadpleegt
instructies en schrijft volgens instructies bepaald Chinees symbool op ander vel papier
Voor iemand buiten kamer, lijkt het alsof kamer Chinees kan begrijpen en erin kan
communiceren kamer is slechts simulatie van iemand die dit kan begrijpt niet
waarover gecommuniceerd wordt John Searle beargumenteert hiermee dat als
computer zich voordoet als intelligent, deze nog niet intelligent hoeft te zijn
Argument voor: persoon in kamer kan geen Chinees, maar kamer in geheel wel
Argument tegen: Chinese Kamer verstaat geen Chinees, net zoals Google Translate geen
Nederlands verstaat
I1.2.3 Gevaren van kunstmatige intelligentie
Technologische singulariteit = moment waarop computers slimmer zijn dan mensen
A.I. kan in verkeerde handen als extreem gevaarlijk wapen werken mogelijke gevaren:
Singulariteit waarbij kunstmatige intelligentie machtiger wordt dan mensheid
Inzetten van kunstmatige intelligentie voor nieuwe wapens zoals drones
Blind vertrouwen op kunstmatige intelligentie bij bv. zelfrijdende auto’s
Computers die foutjes maken
Computerprogramma’s doen precies waarvoor ze geprogrammeerd zijn
A.I. wordt meestal niet van regel tot regel geprogrammeerd groeit en leert zelf vaak bij
kunnen fouten bij ontstaan gevaar: mensen gaan te veel vertrouwen op A.I.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller SmitJoël. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.31. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
69052 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now