Samenvatting heel leerjaar 2 van de Anatomie en Fysiologie van de behandelde onderwerpen binnen de VVT. Dit betreft de volgende onderwerpen: 1. Zorg en begeleiding van ouderen. 2. Zorg en begeleiding van chronisch zieken. 3. Zorgvragers met dementie. 4. Psychogeriatrische aandoeningen. 5. Zorgvrage...
H6 Zorg en begeleiding van ouderen:
Kenmerken van ouderen:
Belangrijkste kenmerk van ouderen: lichamelijke veroudering en de gevolgen die
dat heeft voor het lichamelijk, psychisch en sociaal functioneren.
Gerontologie: wetenschap die onderzoek doet naar de normale processen die
zich afspelen bij het ouder worden.
Psycho-geriatrie: wetenschap die zich bezighoudt met psychische stoornissen
die op oudere leeftijd kunnen optreden. (afwijkingen in gedrag en beleving)
Endogene factoren: erfelijke eigenschappen die van invloed zijn op het
verouderingsproces
BV: * erfelijkheid
Exogene factoren: factoren van buitenaf die van invloed zijn op het
verouderingsproces
VB: * Voeding
Roken
Stress
UV straling
Vergrijzing: als het aantal ouderen ten opzichte van het aantal jongeren
toeneemt.
Lichamelijke verouderingsverschijnselen:
Gerimpelde huid, grijs haar
Zintuigelijke functies nemen af
Motoriek neemt af
Spijsvertering wordt zwakker
Pompkracht van het hart wordt minder
Reserve vermogen ontbreekt
Ouderdomsdoofheid: achteruitgang van het binnenoor
Geleidingsdoofheid: trommelvlies en de botjes in het middenoor geven de
geluidstrillingen niet goed door aan het binnenoor (gehoorapparaat helpt goed)
Oorzaken geleidingsdoofheid:
Infectie in het middenoor
Hoofdletsel of aangeboren afwijkingen
Ziekte als otosclerose
Perceptiedoofheid: centrale doofheid (binnenoor werkt niet meer goed)
Oorzaken:
Erfelijke en genetische oorzaken
Verouderingsprocessen
Blootstelling aan harde geluiden
Bepaalde medicatie
,Succesvolle veroudering: ouderdomsziekten en handicaps komen weinig voor en
er is sprake van een geode mentale en lichamelijke conditie.
Functionele leeftijd: functioneren van iemand op een bepaalde leeftijd.
Voorbeelden ziektebeelden die kunnen ontstaan als gevolg van
veroudering:
Diabetes: suikerziekte
Trombose: bloedpropjes in de bloedbaan
Hypertensie: te hoge bloeddruk
Osteoporose: botontkalking
Atrofie van organen: verschrompeling
Oogziektes als staar en slijtage van het netvlies
CVA, hersenbloeding, herseninfarct
Psychische ouderdomsverschijnselen:
Bemoeilijkte aanpassing van veranderingen
Kleine stressbestendigheid
Dingen slechter kunnen inprenten
Verminderde motivatie
Veranderd slaappatroon
Tempo en hoeveelheid informatie in het geheugen neemt af
Sociale ouderdomsverschijnselen:
Andere positie
Andere rollen
Minder contacten, relaties
Lichamelijk minder mobiel
Opgegroeid met andere normen en waarden
Pathologische veroudering: als bij de veroudering van 1 van de bovenstaande
ziektebeelden sprake is.
Beperking: moeilijkheden die iemand heeft t.a.v. gedrag of uitvoeren van
activiteiten (gevolg stoornis)
Stoornis: afwezigheid of afwijking van psychologische, fysiologische of
anatomische functie of structuur.
Handicap: participatieprobleem (nadelige positie die iemand heeft met een
beperking)
Geriatrie: wetenschap die zich bezighoudt met het ontstaan en behandeling en
preventie van ziekten bij bejaarden
Klinische geriatrie: als die wetenschap in de praktijk wordt toegepast (bijv.
ziekenhuis)
Kenmerken geriatrische zorgvrager:
(hoog) bejaard
Multiple pathologie (meerdere ziekmakende aandoeningen)
Storingen of tekortkomingen in de ADL
Neiging tot blijvende hulpbehoevendheid
, Labiel lichamelijk geestelijk en sociaal evenwicht.
Cognitieve veroudering:
Cognitie: vermogen om te kennen en te leren
Belangrijkste cognitieve functies:
*waarnemen *geheugen *oriëntatie *vaardigheden
*concentratie *intelligentie *taalgebruik
Cognitieve veroudering kan beïnvloed worden door gebeurtenissen in het leven.
Daardoor nemen het reactievermogen en het concentratievermogen af.
Psychogeriatrie: wanneer cognitieve veroudering ook pathologische vormen
aanneemt zoals Parkinson en alle vormen van dementie.
Zorg- en begeleidingsbehoeften van ouderen:
Kwetsbare ouderen:
Multimorbiditeit: optreden van meerdere ziekten tegelijkertijd.
Wat kan iemand nog meer kwetsbaar maken:
Wel of niet hebben van:
1. Kennis
2. Sociale vaardigheden
3. Financiële middelen
4. Sociaal netwerk
5. Bepaald opleidingsniveau
NPO: nationaal programma ouderenzorg
NPO is opgezet door de overheid en gericht op de groep kwetsbare ouderen en
probeert die kwetsbaarheid te beïnvloeden door:
Vroeg in de ziekte in te grijpen
Dreigend verlies van zelfstandig functioneren op te vangen
Oudere mensen te helpen om goed met hun ziekte om te gaan
Ouderen te ondersteunen om mee te doen aan de samenleving als het niet
meer vanzelf gaat.
ICF: beschrijft het menselijk functioneren in termen van lichamelijke functies,
activiteiten, participatie of deelname aan het maatschappelijk leven.
Verlies van cognitieve functies:
Delirium: tijdelijke psychische stoornis, zoals een aandacht, concentratie of
geheugen stoornis.
Wanneer -> bij één of meer ziekten, het gebruik van medicijnen of het stoppen
van medicijnen.
Oorzaken verlies cognitieve functies (m.u.v. veroudering):
Vitamine gebrek
Niet goed werkende schildklier
Verlies van cognitieve functies kan uiteindelijk leiden tot ingrijpende problemen.
,Verminderde mobiliteit:
Mobiliteit: vermogen om je te kunnen verplaatsen.
Als verpleegkundige is het belangrijk om:
- Voorlichting en instructie geven over het belang van bewegen
- Te weten welke hulpverleners iets kunnen betekenen bij
mobiliteitsproblemen.
- Op de hoogte te zijn van de ontwikkelingen op het gebied van
voorzieningen die van belang kunnen zijn bij mobiliteitsproblemen.
Multimorbiditeit:
Optreden van meer dan één ziekte bij één zorgvrager in een bepaalde
periode.
Comorbiditeit is hetzelfde
Polyfarmacie: veel medicijnen tegelijkertijd gebruiken
Diseasemanagement: zorgbeleid op basis van kennis over een ziekte)
Casemanagement: zorgbeleid op basis van een specifieke situatie)
Ondervoeding en uitdroging:
Ondervoeding: als iemand te weinig voedingsstoffen binnenkrijgt
Uitdroging: als je meer vocht uitscheidt dan opneemt.
Gevolgen van ondervoeding en uitdroging:
Afname van spierkracht
Afname algemene conditie
Verminderen hart- en longcapaciteit
Verminderen immunologische afweer
Verminderen wondgenezing
Als verpleegkundige: observeer je het voedsel en vochtgebruik & stimuleer je dat
ze voldoende kans hebben om te eten en drinken.
Isolement:
Niet instaat zijn contacten met anderen te leggen terwijl daar wel behoefte
voor is.
Dit kan leiden tot:
Vereenzaming
Relatieproblemen
Verwaarlozing
Depressie
Als verpleegkundige: moet je er achter komen wat de gevoelens van de ZV zijn.
En wat hij zou willen.
H7 Zorg en begeleiding van chronisch zieken:
Kenmerken van chronisch zieken:
Er is sprake van een chronische ziekte als de ziekte:
1. Minimaal 6 maanden duurt
, 2. Er geen genezing mogelijk is
3. Er voortdurende interventie met medicijnen of speciale benodigdheden
nodig zijn
4. Aandoening zorgt voor beperking in zelfzorg, onafhankelijk wonen en
sociale interactie
5. Er gevolgen zijn voor activiteiten en maatschappelijke participatie
6. Er gezondheidszorg nodig is
Verloop van een chronische ziekte:
Verschillende fasen:
1. Prodomale fase 4. Chronische fase
2. Diagnostische fase
3. Behandelfase
Prodomale fase:
Voorafgaande fase
Hierin doen zich de eerste verschijnselen voor
Van de verschijnselen hangt af hoelang deze fase duurt
Diagnostische fase:
Deze begint als een ZV zich meldt bij een arts
Artsen proberen in deze fase vast te stellen wat de oorzaak is
De behandeling is meestal het bestrijden van de symptomen
Behandelfase:
Doel is vaak verslechtering voorkomen of voor verbetering zorgen
Deze kan soms pijnlijk, belastend of vermoeiend zijn door medicijnen,
leefregels, hoop etc.
Chronische fase:
In deze fase is het duidelijk dat de behandeling niet meer zal leiden tot
verder herstel
Zorgvrager staat voor de opgave de situatie te accepteren.
Verschillende verlopen van een ziekte in de chronische fase:
Progressief verloop: ziekteverschijnselen worden geleidelijk erger en de
beperkingen nemen toe
Permanent verloop: ziekteverschijnselen en beperkingen blijven lange tijd
hetzelfde. Wordt niet beter maar ook niet slechter
Cyclisch verloop: perioden dat de verschijnselen toenemen en ook dat ze weer
afnemen
Prognose: hoelang iemand nog te leven heeft
LOK: lichamelijke onverklaarbare klachten
CVS: chronische-vermoeidheidssyndroom
Hiervan wordt gesproken als er van alle andere oorzaken geen sprake is
Zorg- en begeleidingsbehoeften van chronisch zieken:
Veel optredende problemen bij een chronische ziekte:
1. Problemen bij de verwerking
2. Problemen bij het aanpassen van de leefstijl
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Ismaydevries. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.