Samenvatting Taken & Colleges Neuropsychologische stoornissen (GGZ2027)
69 views 2 purchases
Course
GGZ2027 Neuropsychologische stoornissen (GGZ2027)
Institution
Maastricht University (UM)
Uitgebreide samenvatting van alle colleges en taken van Neuropsychologische stoornissen (GGZ2027)
(schrik niet van de hoeveelheid pagina's, de dia's van de lectures zijn er ook in toegevoegd vandaar)
Taak 1. De neurologische breinopbouw & verschillende scans
1. Welke cellen zitten in de hersenen (waar?)
2. Hoe communiceren de cellen?
De structuur van een neuron
Neuronen= de informatieverwerkers van het zenuwstelsel. → heeft veel overeenkomsten
met een ‘gewone’ cel, + daarnaast heeft het ook karakteristieken welke ervoor zorgen dat
een elektrisch signaal wordt voortgestuwd door chemische veranderingen in het
celmembraan.
Een neuron bestaat uit een celkern, dendrieten en een axon.
- De dendrieten verzamelen informatie.
- De cel heeft maar één axon→ welke vertakt in vele axon collaterals →welke zich
vervolgens weer vertakken in teledendria. →Aan eind elke teledendria bevindt zich
de terminal button. Deze bevindt zich in de buurt van een dendritische wervelkolom.
→De ruimte hiertussen noemen we een synaps. Bij elke terminal button wordt
informatie overgedragen door het gebruik van chemicaliën.
Een neuron ontvangt dus heel veel informatie via de vele dendrieten → Het heeft echter
maar één axon die de informatie moet samenvatten alvorens het de informatie doorstuurt. -
→Deze informatie verplaatst zich door de cel aan de hand van een elektrische stroom. →Bij
de terminal buttons wordt aan de hand van deze elektrische stroom een neurotransmitter
uitgezonden die de afstand van het synaps overbrugt en de daaropvolgende cel beïnvloedt,
zodat de boodschap doorgegeven wordt.
,Axonen
Axon= een dunne fiber met constante diameter. Het axon brengt een impuls over naar
andere neuronen, een orgaan of een spier. (kunnen meer dan meter lang zijn).
→Veel axonen van gewervelde dieren zijn bedekt met een isolerend materiaal dat een
myelineschede (myelin sheath) wordt genoemd met onderbrekingen die bekend staan als
knopen van Ranvier. (Ongewervelde axons hebben geen myelineschede). → Hoewel een
neuron veel dendrieten kan hebben, kan het slechts één axon hebben, → maar het axon kan
vertakkingen hebben → einde elke vertakking heeft een zwelling= presynaptic terminal
/end bulb of bouton. Op dat punt geeft het axon chemicaliën vrij die door de kruising tussen
dat neuron en een andere cel gaan.
- Een afferent axon brengt informatie in een structuur
- efferent axon voert informatie weg van een structuur.
→ Elk sensorisch neuron is een afferent op de rest van het zenuwstelsel, en elk
motorneuron is een efferent van het zenuwstelsel. Binnen het zenuwstelsel is een bepaald
neuron een efferent van de ene structuur en een afferent naar de andere. Als de dendrieten
en het axon van een cel volledig in een enkele structuur zitten, is de cel een interneuron of
intrinsic neuron van die structuur.
,Glia
Glia (of neuroglia), de andere componenten van het zenuwstelsel, vervullen vele functies.
Het aantal glia en neuronen is bijna gelijk. De hersenen hebben verschillende soorten glia.
De stervormige astrocyten → wikkelen zich om de synapsen van functioneel gerelateerde
axonen. → Door een verbinding tussen neuronen te omringen, beschermt een astrocyt deze
tegen chemicaliën die in de omgeving circuleren. →Door de ionen en transmitters die door
axonen vrijkomen op te nemen en vervolgens weer los te laten, helpt een astrocyt ook nauw
verwante neuronen te synchroniseren → waardoor hun axonen berichten in golven kunnen
verzenden. ➔Astrocyten daarom belangrijk voor het genereren van ritmes, zoals het
ademritme. + Astrocyten verwijden de bloedvaten om meer voedingsstoffen in
hersengebieden te brengen die verhoogde activiteit hebben.
Volgens populaire hypothese tripartite synapse, geeft de punt van een axon chemicaliën af
die ervoor zorgen dat de naburige astrocyten zelf chemicaliën afgeven, waardoor het bericht
naar het volgende neuron wordt vergroot of gewijzigd.
, Wijze waarop vloeistoffen zich rond een cel verplaatsen
3 factoren die invloed hebben op het verplaatsen van ionen in- en uit de cellen:
• De concentratie gradiënt
Alle moleculen hebben een intrinsieke kinetische energie genaamd thermal motion,
waardoor ze constant in beweging zijn. Door deze constante beweging spreiden de
moleculen zich spontaan uit van waar deconcentratie hoog is naar een lagere
concentratie. Deze spreiding wordt ook wel diffusie genoemd. Het relatieve verschil
tussen het aantal moleculen op verschillenplekken wanneer deze niet gelijkmatig
verspreid zijn, is de concentratiegradiënt.
• De voltagegradiënt
Omdat ionen een elektrische lading bevatten, kan er ook van een voltagegradiënt gesproken
worden. De voltagegradiënt= het verschil in elektrische lading tussen twee gebieden, welke
een overgang toelaat tussen de twee gebieden wanneer deze verbonden zijn. Hierbij gaat
het om de positief geladen ionen (natrium en kalium) en de negatief geladen ionen (chlorine
en chloride) in de intracellulaire en extracellulaire vloeistoffen van een neuron.
• De structuur van het membraan
In een niet-cellulaire vloeistof vinden ongehinderde bewegingen van ionen plaats, waardoor
deze evenredig worden verspreid en dus geen concentratie- of voltagegradiënt gemeten kan
worden. In intracellulaire- of extracellulaire vloeistof daarentegen verloopt dit proces
anders, omdat het celmembraan een barrière vormt voor bewegingen van ionen tussen de
interieure- en de exterieure ruimte van de cel.
Wat er in het experiment in de afbeelding hiernaast wordt weergeven, is vergelijkbaar met
wat er gebeurt in een cel.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kikibckrs. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.13. You're not tied to anything after your purchase.