Als je dit zou optellen zou je veel hoger uitkomen dan de 13% die psychopathologie heeft. Dit
komt doordat comorbiditeit vaker regel dan uitzondering is
Comorbiditeit
Top 3 meest samen voorkomende stoornissen de stoornissen die het vaakst samen
voorkomen
Ontwikkelingsperspectief – normale ontwikkeling
Vroege kindertijd
o Bedplassen
o Driftbuien
o Separatie-angst
Midden kindertijd
o Bang in donker
o Beweeglijk
Adolescentie
o Experimenteren
o Grenzen verkennen
o Stemmingswisselingen
Dit zijn dus normale veranderingen, waarbij je niet meteen hoeft te denken aan
psychopathologie
Ontwikkelingsperspectief – psychopathologie
Vroege kindertijd
o Pervasieve ontwikkelingsstoornis
o Ernstige leerproblemen
1
, o Encopresis/enuresis
o Slaapproblemenn
Midden kindertijd
o ADHD
o ODD/CD
o Ticstoornissen
o Angststoornissen
o Somatische problemen
Adolescentie
o Stemmingsstoornissen
o Eetstoornissen
o Schizofrenie
o Drugsverslaving
o Obsessief compulsieve stoornis
o Agorafobie
Ontwikkelingsperspectief – expressie van de stoornis
Vroege kindertijd
o Ontroostbaar huilen
o Slaapproblemen
o Groeiachterstand
o Prikkelbaar
Midden kindertijd
o Prikkelbaar
o Verminderd plezier
o Aandachtsproblemen
o Somatische klachten
o Lage zelfwaardering
Adolescentie
o Somberheid
o Sociale isolatie
o Negatieve cognities
o Lage zelfwaardering
o Gevoelig voor afwijzing
o Suïcidale gedachten
Wanneer sprake van (ontwikkelings)psychopathologie
Klachten
o Lichamelijk functioneren
o Gedrag
o Emoties
o Cognties
o Relaties (bijv. moeilijk om relaties aan te gaan)
Wanneer worden de klachten pathologisch?
o Wanneer de klachten
Niet passen bij de leeftijd
Niet/zeer moeilijk te corrigeren zijn
Het algemeen functioneren ernstig nadelig wordt beïnvloed
Het kind zelf en/of de omgeving doen lijden
Uiteindelijk mogelijk de ontwikkeling doen stagneren
2
, SUPER BELANGRIJK OM TE KENNEN
Stoornis
Of je iets als een stoornis kan benoemen is deels afhankelijk van de sociaal-culturele context
o Bijv. sociale angst in een individualistische cultuur zal je hier veel minder last van hebben
dan in een collectivistische cultuur
Classificatiesystemen
Twee veelgebruikte systemen
International classification of diseases
o ICD (publicatie ICD-11: 2018, effectief in 2022; nu ICD-10)
o WHO = World Health Organization
Diagnostic and Statistical manual of the mental disorders
o DSM (Nu: DSM-5)
o APA = American Psychiatric Association
Beide systemen komen tot stand door consensus onder experts
De systemen kunnen worden ‘vertaald’ naar elkaar. Ze maken dus deels gebruik van dezelfde
codes. Dit wordt steeds beter, mogelijk ooit wel maar één systeem
o Hoewel de WHO veel meer breder naar de wereld georiënteerd is, wordt er nog steeds
voornamelijk gebruik gemaakt van de DSM 5 binnen Europa
Voordelen van classificatiesystemen
Internationale eenduidigheid (onderzoek, onderwijs, beleid, communicatie)
o Iedereen heeft dezelfde richtlijnen, waardoor iedereen zo goed mogelijk gediagnosticeerd
kan worden (meestal)
Duidelijke beschrijving van de kern van de problematiek
Richtinggevend voor behandeling
Nadelen van classificatiesystemen
Mogelijk te sterk gereduceerd
o Heel veel informatie van het kind wordt niet meegenomen, misschien tellen ook andere
factoren specifiek voor dat kind ook mee, maar staan niet in het systeem
Categoriale indeling
o Je hebt wel of geen stoornis. Maar mogelijk heeft het kind geen stoornis, maar lijdt het kind
er wel nog onder
Suboptimale basis voor behandeling
o Je hebt juist heel veel informatie van de context nodig om iemand goed te gaan behandelen
Historisch overzicht ICD – niet uit hoofd kennen
ICD-6 (1948) (eerste versie met psychische stoornissen)
ICD-7 (1955)
ICD-8 (1965)
ICD-9 (1977)
ICD-10 (1992; 1996 – assen toegevoegd)
ICD-11 (juni 2018 – assen zijn komen te vervallen)
ICD-11
Classificatie van alle ziekten dus niet alleen van de psychopathologie
Historisch overzicht versies DSM – niet uit hoofd kennen
DSM-I (1952)
3
, DSM-II (1 (1968)
DSM-III (1980)
DSM-III-R (1987; assen toegevoegd)
DSM-IV (1994)
DSM-IV-TR (2000)
DSM-5 (mei 2013 Engels; april 2014 Nederlands; assen vervallen)
o Invoering NL: vanaf januari 2017
DSM-5
Tot stand koming
o Start in 1999
o Conferenties voor onderzoeksplannen
o 162 experts in werkgroepen en ‘task forces’ sinds 2007
o 300 adviseurs – internationaal
o Gericht onderzoek rond discussiepunten sinds 2005
o Presentaties op congressen
o Inspraakrondes met patiënten verenigingen
o Feedback geven mogelijk via DSM-5 website iedereen kon feedback geven
Zo was er bijv. heel veel feedback over het afschaffen van de asperger diagnose, want
die valt nu onder het autisme spectrum stoornis niet naar geluisterd, met
onderbouwing, dus er is geen asperger diagnose meer
DSM-5 classificatie
Je maakt een opsomming van de aanwezige stoornissen
Uitgebreid noteren van de specificaties & stressoren (dit doe je d.m.v. V en Z codes)
Je geeft de ernst per stoornis aan
Niveau van functioneren:
o WHO DAS (WHO Disability Assessment Schedule)
o 36 items over 6 domeinen)
o Communicatie, mobiliteit, zelfzorg, sociale omgang, activiteiten, deelname aan de
gemeenschap
o Scoring: 0% (goed functionerend) – 100% (volledig afhankelijk)
DC: 0-5 (2016)
Diagnostic Classification of Mental Health and Developmental Disorders in Infancy and Early
Childhood, Zero to Five
o Dit classificatiesysteem richt zich specifiek op kinderen met jongere leeftijd fijn, want dit
staat minder goed beschreven in de DSM-5
Maakt gebruik van een assenstelsel om stoornissen te identificeren
o As I: noteren van de stoornissen die aanwezig zijn de problematiek
o As II: relationele context (gedrag, affect, betrokkenheid) de bijzonderheden
o As III: vermelden of er medische problemen of ontwikkelingsstoornis zijn en de conditie
o As IV: psychosociale stressoren kan ook bij de ouders spelen
o As V: niveau van ontwikkeling bijv. is dit vierjarige kind in zijn doen en laten wel echt vier
Kritiek op assenstelsel:
Veel nadruk op as 1, en dus minder aandacht om de verdere assen goed in te
vullen
Historisch overzicht versies DC: 0-3
DC: 0-3 (1999)
o Begonnen dus met een classificatiesysteem voor kinderen van 0 tot 3
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller terryrutte. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.57. You're not tied to anything after your purchase.