Deze samenvatting bevat alle informatie voor deeltoets 1 van het vak Algemene Economie. Dit vak wordt gegeven op de opleiding Business Studies Inholland, 1e leerjaar.
Welvaart: beschikken over goederen + diensten -> bevrediging van behoeften
Middelen: grondstoffen, machines + arbeid
Schaarste: het weinig hebben van bijv. een product
Economisch handelen: het streven naar maximale welvaart d.m.v. schaarse middelen ->
bedrijf koopt producten -> maakt andere producten -> verkoopt ze weer
1. Meso-en micro-economie: kenmerken van markten + bedrijfstakken van
ondernemingen -> goederen, aanbod + veranderingen in vraag + aanbod, als prijzen
veranderen
2. Macro- economie: beschrijving & analyse van alle verschijnselen -> heel land, bijv.
totale consumptie, investeringen van alle bedrijven + overheid van dat land
3. Monetaire-economie: verschijnsel geld + de rol van banken in de economie
4. Internationale economische betrekkingen: bestudeert de buitenlandse handel van
landen, internationale kapitaalstromen + monetaire betrekkingen -> bedrijven
In 1957 -> 6 landen (België, Frankrijk, Luxemburg, Italie, Nederland & West-Duitsland)
vormden de voorloper van de EU (europese unie), de EEG (Economische Gemeenschap)
Figuur 1.2 -> de bedrijfsomgeving
Directe omgevingsfactoren: marktpartijen van de onderneming op haar in- en
verkoopmarkten. -> verschillende schakels, van leverancier tot afnemer
Ingaande stroom van goederen en diensten: grondstoffen, arbeid & kapitaal
Uitgaande stroom: producten/diensten die op verschillende afzetmarkten wordt geleverd
Indirecte omgevingsfactor -> werknemers- en werkgeversorganisaties, overheid, culturele
omgevingsfactoren -> Publieke opinie & media
Onderneming heeft een geringe invloed op de indirecte omgeving, andersom kan
heel groot zijn
De sociale omgeving van een bedrijf is van belang
Invloed van technologie -> belang in de concurrentiestrijd
Macro-omgevingsfactoren:
Conjuncturele ontwikkelingen: ontwikkeling van wisselkoersen en prijzen -> belangrijke
grondstoffen en demografische ontwikkelingen
Mutatie (waardeverandering) in % berekenen:
De toename te delen door het beginbedrag x100
Nominale stijging: de waardestijging van een variabele
Reële stijging: de volumeverandering van een variabele
Tabel 1.1
Productie van een onderneming = aantal werknemers x productie per werknemer
(de arbeidsproductiviteit)
Productie van een land =
Het bruto binnenlands product (bbp) = aantal werknemer (Av) x Arbeidsproductiviteit (ap)
Bbp = Av x ap
Bbp = het bruto binnenlands product
Av = de vraag naar arbeidskrachten, het aantal werknemers of de totale
werkgelegenheid
ap = arbeidsproductiviteit, de productie per eenheid arbeid, per tijdseenheid
De relatie is als volgt:
Gbbp = GAv + Gap
G = de variabele, dat er sprake is van groei in percentage
2 oorzaken voor:
1. Een toename van het aantal werkenden
2. De arbeidsproductiviteit
Tabel 1.2
Loonsom neemt toe bij:
Een toename van het loon per werknemer
Een toename van de vraag naar arbeid
De onzuiverheid bij een mutatieberekening is 0,1%, dat is een verwaarloosbaar verschil bij
het afronden
L = Lwn x Av
L = de totale loonsom
Lwn = de loonsom per werknemer
Av = de hoeveelheid werknemers
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sanne_zethof. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.