Hoofdstuk 8 Urinewegstelsel
8.1 Nieren
Nieren (renes):
- Zijn twee boonvormige organen
- Liggen hoog in de buikholte, tegen de achterste buikwand,
retroperitoneaal, ter weerszijden van de wervelkolom
- Door koepelstand van het diafragma worden ze beschermd door de thorax
- Centrum van holle zijde van de nier is het nierhilum (nierpoort)
o Dit is de plaats waar de bloedvaten, zenuwtakken en lymfevaten de
nier in- en uitgaan en waar de urineleider begint
- Bovenop de nieren liggen de glandulae suprarenales (bijnieren)
o Hormoonklieren
- Nier en bijnier worden omgeven door steunvet (perirenaalvet)
o Rondom dit steunvet ligt een stevige bindweefselmantel (fascia
renalis)
Ligt ventraal tegen het peritoneum aan en dorsaal tegen de
achterste buikwand
Steunvet en bindweefselmantel fixeren de nieren en
beschermen ze tegen schokken en stoten van buitenaf
8.1.1 Bouw van de nier
Bouw:
- Buitenste laag bestaat uit een dun, stevig bindweefselkapsel (nierkapsel)
- Het nierweefsel bestaat uit twee te onderscheiden gebieden
o Cortex (schors)
Is het gespikkelde weefselgebied dat direct onder het
nierkapsel ligt
o Medulla (merg)
Ligt tussen en binnen de schors
Hebben stompe kegels en worden mergpiramiden genoemd
Hebben een gestreept uiterlijk en doen denken aan een
stralenkrans en worden daarom mergstralen genoemd
Top van mergpiramide wordt nierpapil genoemd
o Deze is naar centrum van nier gericht
o Hieruit monden 3 tot 6 mergpiramiden uit in een
holte (calix, nierkelk)
De nierkelken monden uit in een grote
centrale holte in de nier (pyelum (pelvis),
nierbekken)
Het pyelum vernauwt naar mediaal
en gaat er hoogte van nierhilum
over in de ureter (urineleider)
Nierkelken en nierbekken zijn
bekleed met overgangsepitheel
8.1.2 Doorbloeding van de nier
Doorbloeding:
- Vanuit een vertakking van de aorta abdominalis krijgen de nieren in rust
via de a. renalis (nierslagader) ongeveer 20% van het hartminuutvolume
aangeboden
, - De a.renalis vertakt ter hoogte van het nierhilum in kleine arteriën, die
langs het nierbekken en rond de nierkelken het nierweefsel binnengaan
- Als interlobaire arteriën lopen er aftakkingen langst de randen van de
mergpiramiden naar de oppervlakkige schorslaag
o Deze aftakkingen lopen in een boog over de basis van de piramiden
en worden de a. arcuatae (boogarteriën) genoemd
Vertakkingen hiervan (interlobulaire arteriën) dringen het
merg- en het schorsweefsel binnen en lopen parallel aan de
mergstralen en aan de interlobaire arteriën
Interlobulaire arteriën geven talloze arteriolen af, die in
de schors en het merg een arteriele portale circulatie
vormen
- De interlobulaire venulen en interlobaire venen die het bloed uit de nieren
afvoeren, verlopen parallel aan de arteriolen en arteriën.
- Ter hoogte van het nierhilum verenigen zich een aantal venen tot v.renalis
(nierader)
o Dit is een wijd bloedvat dat rechtstreeks uitmondt in de cava inferior
8.1.3 Het nefron
Nefron(en):
- Functionele niereenheden die zich met de bloedzuivering bezighouden
- Draagt zijn steentje bij aan de urineproductie
- Bestaat uit:
o Kapsel van Bowman
Is een ingedikt dubbelwandig zakje van eenlagig
plaveiselepitheel
Hierin zit een capillair dat als een kluwentje opgerold is =
glomerulus
o Glomerulus
De holte tussen de buitenwand en de glomerulus is de
kapselholte
Vormt een arteriële portale circulatie: een capillairnetwerk
tussen twee arteriolen (arterieel wondernet)
Kapselholte
Toevoerende arteriole naar het kapsel heet vas afferens en is de vertakking
van een interlobulaire arterie
Het afvoerende bloedvat, vas efferens is een arteriole en bevat dus zuurstof
Malpighilichaampje
Kapsel van Bowman met daarin de glomerulus
Is de filtereenheid van de nier
Liggen allen in de nierschors
Glomerulusmembraan
Buitenwand van kapsel van Bowman loopt naar binnen door en vormt de
glomerulusmembraan
Dit is gespecialiseerd epitheel dat om het capillair is gewikkeld
Het epitheel van dit bestaat uit podocyten (grote cellen met veel uitlopers,
pedikels)
Tussen de pedikels zitten nauwe spleten, filtratiespleten
o Proximale tubulus
Kapsel loop aan de basis uit in een kronkelig kanaaltje
(proximale tubulus)
Kanaaltje loop in de richting van het niermerg en krijgt een
recht verloop
In het merg is het kanaaltje recht en buigt terug in de richting
van de schors
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller han22. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.